Over bouwmethodieken voor hoge verticale, in het werk gestorte betonconstructies Betonconstructies zijn er in allerlei soorten en maten. In deze Betoniek Standaard bekijken we hoge, verticale betonconstructies. Voorbeelden zijn brugpijlers, schoorstenen, koeltorens en opslagsilo’s, maar ook - vaak minder zichtbaar - stabiliteitskernen in kantoorgebouwen. De bouwtechnieken voor deze veelal indrukwekkende betonconstructies nemen we nader onder de loep en bekijken wat er speelt bij het kiezen van de beste bouwmethodiek voor een specifiek bouwproject.
BandUitgaveSTANDAARD v o o r t e c h n o l o g i e e n u i t v o e r i n g v a n b e t o nfebruari20151116Op naarde topOver bouwmethodiekenvoor hoge verticale,in het werk gestortebetonconstructies2 februari 2015 STANDAARD 16 I 11Op naar de topBetonconstructies zijn er in allerlei soorten enmaten. In deze Betoniek Standaard bekijken wehoge, verticale betonconstructies. Voorbeeldenzijn brugpijlers, schoorstenen, koeltorens enopslagsilo's, maar ook, vaak minder zichtbaar,stabiliteitskernen in kantoorgebouwen. Debouwtechnieken voor deze veelal indrukwek-kende betonconstructies nemen we nader onderde loep en we bekijken wat er speelt bij hetkiezen van de beste bouwmethodiek voor eenspecifiek bouwproject.Deze beschouwing wordt gedaan aan dehand van de bouw van een stabiliteitskern vaneen gebouw, omdat hier de keuze vaak hetmeest complex is. Voor alle duidelijkheid:het betreft hier die stabiliteitsconstructie diein een onafhankelijke bouwstroom, voorafen los van de rest van het gebouw (zoals ver-diepingsvloeren) wordt geconstrueerd.Omdat deze constructies veel te hoog zijnom in ??n keer te worden gestort, is eenbelangrijk gemeenschappelijk kenmerk vande gebruikte methodieken de repeterendeof continue inzet van de betonbekisting.We onderscheiden hierin de volgendedrie hoofdsystemen:? Klimmen, een bouwproces waarbij instappen wordt gebouwd (geklommen);? Glijden, een continu bouwproces; en? Vijzelen, een proces tussen klimmen englijden in.Deze laatste methode is in de laatste decennianiet in Nederland toegepast en wordt daaromop deze plek niet besproken. Eerst bekijkenwe de uitvoering van klimmen en glijden,waarbij ook aandacht is voor varianten binnendeze hoofdsystemen en diverse specifiekeaspecten. Daarna vergelijken we de relevanteeigenschappen en bespreken we de belang-rijkste criteria voor het maken van een goedekeuze. Er wordt afgesloten met een aanzetvoor de afweging.KlimmenBij klimmen wordt de verticale betoncon-structie in een aantal, veelal gelijke, stappengeproduceerd. De bekistingshoogte is hierbijgelijk aan de hoogte van elke stap, ofwel deklimstaphoogte. Bij een stabiliteitskern, vaakeen rechthoekige verticale koker, is de klim-staphoogte meestal gelijk aan de verdiepings-hoogte. De wanden van de kern wordentussen twee verticale bekistingen gestort (fig. 2).We maken onderscheid tussen de binnen- ende buitenkist.voorpagina:Toepassing vanglijbekisting bijde bouw van hetnieuwe Stads-kantoor in Utrechtfoto: Bert Spiertz1De kern van Donau CityTower 1 in Wenen werduitgevoerd met klimbekistingfoto: PERI GmbH, Wei?enhorn3februari 2015 STANDAARD 16 I 11klimsteigerklimvlonderwandbekisting =binnenkistbuitenzijde kernbinnenzijde kernnaloopsteigernaloopsteigerstort nstort n + 1stort n + 2wandbekisting =buitenkist2Principe klimbekisting bij een (stabiliteits)kernDe buitenkist wordt geplaatst op de zoge-noemde klimsteiger, die is opgehangen aanspeciaal ingestorte ankers in de laatst gestorteonderliggende wand. Binnenin de kern wordteen klimvlonder gemonteerd waarop de bin-nenkist wordt geplaatst.Een van de bekistingen (binnen of buiten) isde stelkist. Deze wordt als eerste geplaatst enop maat gesteld. Met de andere bekisting, desluitkist, wordt na het aanbrengen van dewapening en de in te storten voorzieningen(waaronder klimankers en inkassingen voorhet klimmen), de wandbekisting gesloten.Vervolgens wordt het beton gestort. Na degebruikelijke verhardingsperiode wordt dewandbekisting weer geopend (ontkist) en debekisting schoongemaakt. Het echte `klim-men' begint met het monteren van de op-hangvoorzieningen op de ingestorte ankersin het pas ontkiste wandgedeelte en met hetomhoog brengen van de klimsteiger en devlonder. Hoe het omhoog brengen wordtuitgevoerd, wordt later belicht. De cyclusherhaalt zich weer met het plaatsen van destelkist voor de volgende stap.Aan (en onder) de klimsteiger en vlonder zijnzogenoemde naloopsteigers bevestigd omper fase de gebruikte ophangvoorzieningente kunnen verwijderen en het ontkiste betoneventueel nog verder na te behandelen en afte werken.Om de maatvoering in verticale richting tebeheersen, wordt bij het plaatsen van de stel-kist vanaf de fundatie met een laserstraal op-gelood. Eventuele afwijkingen in het gestortebeton kunnen in de volgende cyclus bij hetdan plaatsen van de stelkist worden gecorri-geerd. Het verticale transport van wapening,beton en in te storten materialen wordt bijdeze bouwmethodiek in het algemeen uitge-voerd met een bouwkraan. Voor de klimbewe-ging van de bekisting hoeft dit niet altijd hetgeval te zijn, zoals nu nader wordt bekeken.4 februari 2015 STANDAARD 16 I 11Varianten in klimmenIn de methoden om te klimmen worden tweevarianten onderscheiden: met een kraanof met een automatisch hydraulisch klim-systeem. Bij de eerste variant worden deklimsteigers en bekistingen met een kraan bijelke cyclus een stap hoger gebracht. Binnendeze variant worden weer twee subvariantenonderscheiden: wandbekisting los dan welvast op de klimsteiger/vlonder.Los op de klimsteigerBij het klimmen met de kraan en wandbekistinglos op de klimsteiger/vlonder, wordt de wand-bekistingen los gehouden van de klimsteiger(fig. 3). Deze worden elke cyclus na het ontkis-ten met de kraan van de klimsteiger/vlonderverwijderd en opgeslagen op maaiveldniveau.Daarna en na het aanbrengen van de ophang-voorzieningen, wordt de klimsteiger/vlondermet de kraan een stap hoger geplaatst enworden de wandbekistingen met de kraanweer terug gehesen, geplaatst en gesteld.Vast op de klimsteigerIn deze variant wordt geklommen met de kraanen wandbekisting vast op de klimsteiger/vlon-der. Als de wandbekistingen ??n geheel vormenmet de klimsteiger/vlonder (foto 4), kunnen zesamen in ??n handeling (kraanbeweging) eenklimstap omhoog worden gehesen. Bij dit sys-teem kunnen de wandbekistingselementen opde klimsteiger/vlonder handmatig met eentandheugelmechanisme van de wand af of naarde wand toe worden verplaatst. Dit kan overeen afstand van circa 0,75 m (fig. 5). Hiermeewordt werkruimte gecre?erd waarin de wape-ning en in te storten voorzieningen aan de stel-kist kunnen worden aangebracht.Automatisch hydraulisch klimsysteemOok bij de variant met een automatisch hy-draulisch klimsysteem vormen de wandbekis-tingen ??n geheel met de klimsteiger/vlonder(fig. 6). Maar in plaats van met een kraan,wordt het geheel met een hydraulisch klim-systeem langs verticaal gemonteerde railsomhoog bewogen. Deze rails worden beves-tigd aan ingestorte ankers en worden aan hetbegin van iedere nieuwe klimcyclus eerst zelfomhoog verplaatst. Deze bekistingssystemenworden per project op maat gemaakt en doorde bekistingsleverancier in grote delen op debouwplaats aangevoerd en gemonteerd.wandbekistingklimsteigernaloopsteiger4Klimmen met kraanmet bekisting vastop klimsteigerfoto: PERI GmbH,Wei?enhorn3Principe klimmen met kraan met bekisting los op klimsteiger/vlonderbron: PERI GmbH, Wei?enhorn5februari 2015 STANDAARD 16 I 11GlijdenHet basisidee van een glijbekisting bestaat uittwee verticale parallelle bekistingen, beidecirca 1,25 m hoog en met een tussenafstandgelijk aan de wanddikte. De bekisting is zowelaan de boven- als onderzijde open en wordt ineen ononderbroken proces in stapjes van 10tot 30 mm omhoog bewogen. Tijdens dezebeweging wordt bovenin de bekisting en inlagen van circa 200 mm de betonspecie ge-stort en komt uit de onderzijde het opgestevenen/of verharde beton. Bij het klimmen wordtde bekisting aan het begin van elke cycluslosgehaald, schoongemaakt en ingeolied omaanhechting van de betonspecie bij de vol-gende stort te voorkomen. Bij glijden blijft debekisting steeds in contact met de betonspecieen moet voortdurend omhoog bewegen, omstorten betonvolgende fasestort n + 3stort nstort n + 1stort n + 2monterenophangvoor-zieningenontkisten doorbekisting naarachter te rijdenklimmenmet kraanontkisten doorbekisting naarachter te rijdenomhoog brengenvan verticale klimrailsomhoog brengenklimsteiger met bekistinglangs klimrailsstorten betonvolgende fasestort n + 3stort nstort n + 1stort n + 25Verschillendebouwfasen klimmenmet kraan metbekisting vast opklimsteigerbron fig. 5 en 6:BAM6Verschillendebouwfasen klimmenmet automatischhydraulischklimsysteem6 februari 2015 STANDAARD 16 I 11te voorkomen dat het opstijvende en ver-hardende beton zich aan de bekisting gaathechten. Gaat de betonspecie namelijk aande bekisting hechten dan wordt de specie metde bekisting mee omhoog getrokken.De wandbekisting wordt ondersteund doorhorizontale gordingen die aan verticale juk-ken zijn bevestigd (fig. 7 en foto 8). Doorhydraulische vijzels worden deze jukken aanzich in de betonnen wand bevindende klim-staven omhooggetrokken. De vijzels zijnonderling gekoppeld en worden centraalbediend. De jukken zijn omgeven door eenwerksteiger. Vanaf deze steiger wordt dewapening gevlochten, het beton in rondganggestort en verdicht en worden de sparingen/in te storten voorzieningen aangebracht.Het aanbrengen van de wapening is eenkritische en arbeidsintensieve processtap. Allewapeningsstaven worden handmatig stukvoor stuk in het werk aangebracht en vast-gemaakt. De verticale wapening wordt aan-gebracht met de overlappingslassen op ver-schillende hoogten (gestaffeld), dit om piekenin de vlechtwerkzaamheden te vermijden.Sparingen, stekkenbakken en overige in testorten voorzieningen worden op of in dewapening geplaatst en vastgezet.Met hydraulische vijzels op de speciale klim-staven worden de jukken en daarmee degehele glijbekisting, met kleine stapjes om-hoog getrokken. Belangrijk is namelijk dat denormale wapening niet wordt belast om zo deaanhechting ervan met het omhullende betonniet te verstoren. De verticale klimstaven zijnvan massief staal met een diameter van30 mm en worden tussen de normale wape-ningsstaven aangebracht. Soms wordt eenkoker, die met de bekisting mee glijdt, om destaven aangebracht om aan het eind van hetwerk de klimstaven te kunnen terugwinnen.Vooral bij omvangrijke, moeilijke constructiesen bij lage glijsnelheden is het van belang destapgrootte per keer zo klein mogelijk te hou-den. Zo kan de bekisting, ook bij calamiteiten,altijd nog heel langzaam omhoog glijden omte voorkomen dat het verhardende betonhecht aan de bekisting.De snelheid waarmee de betonspecie vol-doende sterkte of stijfheid opbouwt, is eenbelangrijke factor in het bepalen van de maxi-maal te realiseren glijsnelheid. Het is zekerniet de enige. Ook de mogelijkheden van hettotale bouwproces, de aanvoer van alle bouw-materialen, het vlechten van het wapenings-staal, het storten en verdichten van debetonspecie, de controle op de maatvoeringenzovoort, spelen een belangrijke rol hierin.De verticale snelheid kan vari?ren van 3,6 totmeer dan 6 m per etmaal. Vanwege de bekis-tingshoogte van 1,2 m kan de verblijftijd vanhet beton in de wandkist vari?ren van circaacht uur tot soms minder dan vijf uur.hydraulische vijzelverticaal jukwerksteigerglijbekisting methorizontalegordingennaloopsteigerklimstaaf7Principe opbouwglijbekisting7februari 2015 STANDAARD 16 I 11Bij het glijden wordt voor de maatvoering inverticale richting vanaf de fundatie, continu meteen laserstraal opgelood naar een richtmerk opde bovenkant van de bekisting. Afwijkingen vande verticale lijn kunnen hiermee worden gecon-stateerd en bijgestuurd. Dit bijsturen kan doorde vijzels verschillend aan te sturen of door metsteunbalken de bekisting af te zetten tegen hetgestorte en verharde beton. Voor beide metho-den geldt dat het bijsturen geleidelijk dient teworden uitgevoerd om zichtbare overgangenin de wanden te vermijden.In bepaalde gevallen kan het nodig zijn hetglijproces toch te onderbreken. In geval vaneen calamiteit als zware storm of storing in debetonaanvoer, maar ook wordt soms beslotenvoor een uitvoering in niet-volledig volconti-nue diensten, bijvoorbeeld in een vijf- of zes-daagse werkweek. Bij een onderbrekingwordt de bekisting langzaam vrij getrokkenvan het beton (ca. 400 mm) zodat deze goedkan worden schoongemaakt. In geval vanstroomuitval kan de bekisting met een hy-draulische handpomp worden vrij getrokken.BetontechnologieBij zowel klimmen als glijden spelen beton-technologische aspecten een belangrijke rol.KlimmenKenmerkend in het klimproces is dat de klim-bekisting wordt afgesteund op eerdergestorte onderliggende delen. Dit geeft eenbelasting op het beton. De grootte van dezebelasting wordt bepaald door afmetingen engewicht van de gehele klimsteiger en bekis-ting. Het is van belang dat het beton in diedelen sterk genoeg is om de belasting op tekunnen nemen op het moment van klimmen.Deze sterkte-eis is voor het ontwerp van hetbetonmengsel een bepalende factor. Hetsterkteniveau van het beton wordt gestuurddoor de cementkeuze en de water-cementfac-tor. In barre winterse omstandigheden kunnenextra voorzieningen als isoleren van de bekis-ting en verwarming nog wel eens uitkomstbieden. De overige betontechnologische uit-gangspunten, bijvoorbeeld consistentiegebieden gehalte aan fijn materiaal, zijn niet andersdan gebruikelijk voor een wandstort.GlijdenGlijden is een continu proces waarbij het op-stijfgedrag van de betonspecie een kritischefactor is. De betonspecie wordt steeds laags-gewijs in de bekisting gestort, terwijl de be-kisting langzaam omhoog schuift. Dat bete-kent dat de gestorte laag na een bepaalde tijden afhankelijk van de glijsnelheid onderuit debekisting komt. Op dat moment moet ditbeton een bepaalde sterkte of stijfheid heb-ben om te blijven staan. Dit opstijfgedrag iseen bepalende factor bij het ontwerp van hetbetonmengsel. Vaak worden vooraf een aan-tal betonsamenstellingen met verschillendopstijfgedrag ontwikkeld en getest.Soms moet de glijsnelheid worden aangepastvanwege extra werkzaamheden voor het aan-brengen van sparingen en/of aanpassingen8Detail glijbekisting, foto: Jaap Cederhout, BAMMeer informatie over de bouwmethodiekglijden is te vinden in Betoniek Standaard12/14 Glijden. Daarnaast zijn meerdereartikelen hierover te lezen in Cement 2009/5.8 februari 2015 STANDAARD 16 I 11aan de bekistingen. Dat vereist dan vijf totacht uur eerder aanpassingen aan debetonspecie, om het opstijfgedrag van hetbeton dat onder de kist uitkomt tijdig tewijzigen. Omgekeerd moet de glijsnelheidsoms worden aangepast aan het opstijf-gedrag van de betonspecie, indien die doorexterne factoren wordt be?nvloed. Bijvoor-beeld door hoge temperaturen (overdag doorveel zonneschijn), lage temperaturen(`s nachts door sterke afkoeling) of door ver-traging van truckmixers vanwege verkeersop-stoppingen. Door een anticiperende houdingvan `glijmeester' en betoncentrale kan echtervaak met een tijdige aanpassing naar eenander mengsel met een beter opstijfgedrag,op deze externe factoren worden ingespeeld.Naast een goede beheersing van het opstijf-gedrag moet ook de verwerkbaarheid binneneen zeer kleine bandbreedte liggen. In depraktijk wordt meestal ten minste consisten-tiegebied 3 toegepast. Het mengsel moetnatuurlijk een goede samenhang hebben,stabiel zijn en vooral niet te plakkerig omsterke vervuiling van de bekisting te voor-komen. In de praktijk betekent dit een ietshoger zandgehalte en een hoger gehalte aanfijn materiaal. Dit zorgt voor een smeerlaagtussen betonspecie en bekisting en een rede-lijk dichte oppervlaktekwaliteit.Klimmen of glijden?Vier bouwmethodieken hebben de revuegepasseerd. Hoe maken we nu de afwegingom tot de beste methode voor een bepaaldbouwwerk of project te komen? Basis voorelke afweging zijn de relevante eigenschappenvan de methodieken, maar ook bepaaldeprojectkenmerken en randvoorwaarden.Daarom zetten we deze hier eerst op een rijtje.Eigenschappen bouwmethodiekenIn tabel 1 is een globaal overzicht gemaaktvan de relevante eigenschappen van de vierbesproken methodieken. De belangrijksteverschillen worden kort toegelicht.StijgprocesDe stijgsnelheid bij het klimmen zonderexterne beperkingen zoals kraanbeschik-baarheid, is voor alle varianten circa vijfwerkdagen voor ??n cyclus. De klimvariantenTabel 1 Eigenschappen van bouwmethodiekenmethodiek nummer 1 2 3 4omschrijving klimmen metkraan, wand-bekisting losklimmen metkraan, wand-bekisting vastklimmenautomatischglijdenstijgproces stijgsnelheid o o o oooookraanhandelingen per cyclus * 3 1 0 0windafhankelijkheid oooo oooo - -werktijden standaard standaard standaard volcontinue **werkruimte ooooo o o oostartkosten materieel o oo ooooo oooodirecte uitvoeringskosten *** oooo oo o ooocomplexiteit uitvoering oo oo oooo oooooproduct betonoppervlak glad glad glad ruwmaatvastheid voorzieningen +++ +++ +++ +Toelichtingo = laag ... ooooo = hoog/groot+ = goed ... +++ = heel goed* kraanhandelingen voor het klimmen van de bekisting** volcontinu = 24 uur per dag, 7 dagen per week*** kraan- en mensuren9februari 2015 STANDAARD 16 I 11verschillen onderling duidelijk in de afhanke-lijkheid van de kraan. Door deze afhankelijk-heid kan de stijgsnelheid negatief wordenbe?nvloed vanwege een verminderde beschik-baarheid van de kraan. Deze beschikbaarheidkan worden beperkt door andere bouw-processen en niet te vergeten de weersom-standigheden (wind). De kraanafhankelijk-heid en daarmee een risico op een lagerestijgsnelheid, geldt dus niet voor het auto-matisch klimmen en glijden.De bouwmethodiek glijden wordt zo veelmogelijk ononderbroken uitgevoerd, dat wilzeggen 24 uur per dag, zeven dagen perweek. De veel hogere bouwsnelheid per dagin combinatie met het werken in het week-end, resulteert daardoor in een zeer kortedoorlooptijd voor het bouwdeel. Dit houdtwel in dat er op de bouwplaats in ploegendient te worden gewerkt. Dat geldt ookvoor de betoncentrale, om zo dag en nachtbetonspecie te kunnen leveren.De menselijke kant van de uitvoering van eenwerk in continudienst moet zeker niet wordenonderschat. De werkomstandigheden zijnsoms allesbehalve ideaal; de stortploeg werktvaak ge?soleerd en kan ook niet zomaar evenvan het werk weglopen. De werkzaamhedenspelen zich veelal af op grote hoogte, hetis vaak nat, winderig, koud en de nachtenvormen een verhaal apart.De bouwmethodieken verschillen duidelijk inde startkosten voor het benodigde materieel.Het laagst zijn de kosten voor klimmen metde kraan met een losse wandbekisting,omdat hier standaard bekistingselementenkunnen worden ingezet. Voor de anderemethodieken zijn deze kosten hoger door despeciale bekistingen en voor automatischklimmen en glijden natuurlijk vanwege debenodigde hydraulische stijginstallatie. Ookde directe uitvoeringskosten verschillen voorde bouwmethodieken. Door de kraaninzeten de arbeidsintensieve werkzaamheden zijnde kosten voor de eerste methodiek hoog.Bij glijden zijn de vlechtkosten relatief hogervanwege het handmatig per staaf aan-brengen van de wapening.De stijgmethode maakt het automatisch klim-men in de uitvoering duidelijk complexertegenover de andere twee klimvarianten; decomplexiteit van de glijmethode ligt op eennog hoger niveau door de speciale eisen aanvoorbereiding en logistiek, maatvoering en deafwijkende eisen aan de betonspecie.ProductInherent aan de glijmethodiek is de maatvast-heid van sparingen en ingestorte voorzienin-gen (maatvastheid ongeveer 20 mm) wat min-der dan bij een klimbekisting. Ook het uiterlijkvan het betonoppervlak is door het continueglijproces anders dan bij de klimbekisting.Projectkenmerken en randvoorwaardenNa de eigenschappen van de bouwmethodie-ken bekijken we nu de belangrijkste project-kenmerken en randvoorwaarden.BouwwerkVanwege het mogelijke repetitie-element isde hoogte van het beschouwde bouwdeeleen belangrijke parameter voor de keuze. Hoehoger de investerings- en voorbereidingskos-ten per bouwmethode of bekistingssysteem,hoe groter de minimale hoogte waarvoordeze bouwmethodiek wordt toegepast. Zowordt de glijmethodiek bij gebouwen vaakpas vanaf een hoogte van negen verdiepin-gen toegepast en de automatische klimbekis-ting vanaf twintig verdiepingen.Een ander belangrijk aspect bij het maken vande keuze, is het verloop van de wanddikteover de hoogte. Als de wanddikte vaak veran-dert, dus met sprongen dikker en/of dunnerwordt, is de glijmethodiek minder geschikt.Zijn er grote aantallen voorzieningen die met10 februari 2015 STANDAARD 16 I 11een hoge nauwkeurigheid moeten wordeningestort dan is de glijmethodiek ook mindergeschikt. Hoewel er het laatste decenniumsprake is van een duidelijke procesverbete-ring, blijft dit een kritisch punt. Een, vaakduurder, alternatief is het achteraf boren enlijmen van stekken.Een ander aspect is de oppervlaktekwaliteit:indien er hoge eisen worden gesteld aan dekleur en structuur van de in het zicht blijvendeonbewerkte betonoppervlakten, scoort deglijmethodiek minder tegenover de anderesystemen. In veel gevallen, bijvoorbeeld bijtrappenhuizen in kernen, kan dit nadeel ech-ter worden opgelost door een extra afwer-kingslaag of bewerking.Bouwtijd en planningOver het algemeen kunnen we stellen dat eenverkorting van de totale bouwtijd van eenproject kosten bespaart door verlaging vande algemene bouwplaatskosten. Daar staattegenover dat snellere bouwmethodieken ookhogere kosten met zich meebrengen. Hetblijft dus steeds voor elk project zoeken naareen optimum.Ook kan het zijn dat uit de totale bouwcyclusvan het project ? waarvan de verticale beton-constructie een onderdeel is ? een optimalebouwtijd volgt die bepalend is. Bijvoorbeeldbij een gebouw met kernen kan het zijn dateen klimbekisting met kraan te langzaam isten opzichte van het aanbrengen van de ver-diepingsvloeren. Daardoor vertraagt het degehele cyclus en veroorzaakt meerkosten.Andersom kan echter ook het geval zijn, alseen snellere bouwmethodiek geen versnellingvan de bouwcyclus tot gevolg heeft. Daar-door staan tegenover de meerkosten van debouwmethodiek geen besparingen. Soms isde door de opdrachtgever gewenste bouwtijdvan het gehele project zodanig kort dat dezemaatgevend is voor de keuze voor een (snelle)bouwmethodiek.Als de volledige kern wordt gebouwd voordatmet de vloeren wordt begonnen, kan dezetijdelijke situatie maatgevend zijn voor destabiliteit van de kern en daarmee de hoeveel-heid toe te passen wapening. Er wordt danextra wapening aangebracht ten opzichte vanwat nodig is voor de gebruiksfase. Bij hettoepassen van een klimbekisting wordtmeestal eerder met de vloeren begonnendan bij het toepassen van een glijbekisting.Gevolg is dat er minder snel sprake is vanextra wapening en dus extra kosten.BouwkraanMeestal wordt al in een zeer vroeg stadiumvan de bouwvoorbereiding gekozen voor eenbepaalde kraan en kraanopstelling. Op basisvan een kraananalyse kan worden bepaaldhoeveel kraantijd er voor de verschillendeactiviteiten beschikbaar is, zoals voor het bou-wen van de kern. Deze beschikbare kraantijdis dan medebepalend voor de keuze van hettoe te passen bekistingssysteem.Bij het toepassen van een glijbekisting of eenautomatische klimbekisting waarbij de kerntot de volledige hoogte wordt voorgeklom-men, kan de bouwkraan niet aan de vloerenworden afgesteund. Dit moet gebeuren aande kern. Het gevolg hiervan is dat de kraanrelatief dicht naast de kern moet (kunnen)worden opgesteld, wat kan inhouden dat dekraan in het toekomstige gebouw wordtgepositioneerd. Dit laatste kan weer gevolgenhebben voor het bouwproces. Een andernadeel van deze opstelling kan zijn dat dekern in de weg staat met betrekking tot dekraanbewegingen. Als de kern tot volledigehoogte wordt voorgeklommen, moet dekraan immers al vanaf het begin van devloerencyclus op de volledige hoogte staan.BouwlocatieVeelal vinden de bouwactiviteiten van hoog-bouwprojecten in de binnenstad plaats, met11februari 2015 STANDAARD 16 I 11zeer beperkte werkruimte. Dit kan een belang-rijke rol spelen bij de keuze voor een bouw-methodiek. Bijvoorbeeld bij klimmen metbekisting los op de klimsteiger is bij elke klim-cyclus tijdelijk tussenopslag van de bekistingnodig. Maar ook bij de glijmethodiek moeten,voordat wordt gestart, alle in te storten voor-zieningen en de wapening voor de eerstebouwlagen op het werk aanwezig zijn. Ookhiervoor is voldoende opslagterrein nodig.Een ander aspect van bouwen in binnen-steden is de toegestane geluidsbelasting naarde omgeving. Het continue proces van deglijmethodiek geeft dag en nacht en ook inhet weekend geluidsbelasting af aan deomgeving. Zeker in de binnenstad is het ver-lenen van de benodigde vergunningen nietaltijd een vanzelfsprekendheid.Bedrijfskennis en beschikbaar materieelMedebepalend voor de keuze van de bouw-methodiek, zijn de binnen het bedrijf aan-wezige kennis en het beschikbare materieel.Met het toepassen van een bekistingssysteemwaarmee een bouwbedrijf veel ervaring enkennis heeft opgebouwd in eerdere projec-ten, kan het bedrijf zijn risico's beheersen endoor effici?nt werken zijn kostprijs verlagen.Daarnaast zal een bedrijf eerder een eigen,beschikbaar bekistingssysteem inzetten daneen extern alternatief systeem inhuren.Is bepaalde kennis en ervaring niet aanwezigbinnen een bouwbedrijf dan kunnen dezezaken natuurlijk worden ingevuld door sa-menwerking met een extern bedrijf. Zo wordtin de Nederlandse praktijk voor de glijmetho-diek vaak een beroep gedaan op gespeciali-seerde bedrijven uit Duitsland en Oostenrijk.AfwegingWe hebben nu de relevante eigenschappenvan de bouwtechnieken, respectievelijk derelevante projectkenmerken en randvoor-waarden op een rijtje gezet. Hoe bepalen wede optimale projectbouwmethodiek?Een eerste stap in de afweging kan zijn hetmaken van een globale voorselectie op basisvan de betreffende projectkenmerken enrandvoorwaarden, in combinatie met eerderopgebouwde ervaringen. Een hulpmiddelhierbij kan de keuzematrix in tabel 2 zijn. Indeze matrix lezen we horizontaal per bouw-methodiek vier criteria uit: aantal bouwlagen(hoofdcriterium), kraanbeschikbaarheid,opslagterrein en eisen aan betonoppervlakTabel 2 Keuzematrix bouwmethodiekbouwmethodiek hoofdcriterium aanvullende criteriabouwlagen kraan beschik-baarheidgrootte opslagterreineisen aan beton-oppervlak< 9 9 t.m.20> 20 beperkt ruim beperkt ruim laag hoog1 klimmen met kraan enbekisting los op steiger2 klimmen met kraan enbekisting vast op steiger3 klimmen met auto-matisch klimsysteem4 glijdenlegendavoldoet aan criteriumvoldoet niet aan criteriumcriterium niet van toepassing bron: Keuzesysteem klimbekistingen, rapport Stubeco studiecel A05 200812 februari 2015 STANDAARD 16 I 11Uitgave?neas, uitgeverij van vakinformatie bvDr. van Helvoortstraat 3, 5281 BJ BoxtelT: 0411 65 00 85, E: info@aeneas.nlWebsite www.betoniek.nlRedactie T: 0411 65 35 84E: betoniek@aeneas.nlVormgeving Inpladi bv, CuijkAdvertentieverkoop Bureau Van Vliet,Frank Oudman, T: 023 571 47 45,E: f.oudman@BureauVanVliet.comAbonnementen/adreswijzigingen?neas, Dr. van Helvoortstraat 3, 5281 BJBoxtel, T: 0411 65 00 85,E: abonnementen@aeneas.nlAbonnementen 2015Jaarabonnement; 4x Betoniek Standaard,4x Betoniek Vakblad en toegang tot hetonline archief: 125,- (excl. btw).Buiten Nederland geldt een toeslag voorextra porto. Abonnementen lopen per jaaren kunnen elk gewenst moment ingaan.Opzeggen moet altijd schriftelijk gebeuren,uiterlijk twee maanden voor vervaldatum.Kijk voor de mogelijkheden van onlineabonnementen op www.betoniek.nl.? ?neas, uitgeverij van vakinformatie 2015.Betoniek wordt tevens elektronisch opge-slagen en ge?xploiteerd. Alle auteurs vantekstbijdragen in de vorm van artikelenof ingezonden brieven en/of makers vanbeeldmateriaal worden geacht daarvan opde hoogte te zijn en daarmee in te stem-men, e.e.a. overeenkomstig de publicatie-en/of inkoopvoorwaarden. Deze liggen bijde redactie ter inzage en zijn op te vragen.Hoewel de grootst mogelijke zorg wordtbesteed aan de inhoud van het blad, zijnredactie en uitgever van Betoniek niet aan-sprakelijk voor de gevolgen, van welke aardook, van handelingen en/of beslissingengebaseerd op de informatie in deze uitgave.Niet altijd kunnen rechthebbenden vangebruikt beeldmateriaal worden achter-haald. Belanghebbenden kunnen contactopnemen met de uitgever.ISSN: 2352-1090Betoniek Standaard is onderdeel van Betoniek Platform, h?t kennisplatform over technologie enuitvoering van beton. Betoniek Standaard verschijnt 4x per jaar en is een uitgave van ?neas, uit-geverij van vakinformatie bv, in opdracht van het Cement&BetonCentrum. In de redactie zijnvertegenwoordigd: BAM Infraconsult, BTE Nederland, ENCI, Mebin en TNO. Voor de jaarlijkseuitgave over het Examen Betontechnoloog BV wordt samengewerkt met de Betonvereniging.(aanvullende criteria). De aanvullende criteriaspelen niet bij iedere bouwmethodiek een rol.Als voorbeeld nemen we een stabiliteitskernvan vijftien verdiepingen. Volgens het hoofd-criterium (aantal bouwlagen) in de keuze-matrix is in dat geval klimmen met kraan enbekisting vast op steiger en glijden interes-sant. Worden vervolgens de aanvullendecriteria beschouwd en is er sprake van eenbeperkt opslagterrein en/of worden er hogeeisen aan het betonoppervlak gesteld, wordtglijden minder aantrekkelijk.De volgende stap is het in detail uitwerken envergelijken van alternatieven op basis van deeerder geselecteerde bouwmethodieken. Dekeuze wordt daarna meestal bepaald door detwee belangrijkste criteria: tijd en geld, waarbijtijd ook weer in geld kan worden uitgedrukt.Tot slotIn deze Betoniek Standaard hebben we de inNederland gebruikte bouwmethodieken voorhoge, verticale, in het werk gestorte beton-constructies ? met name stabiliteitskernen vangebouwen ? nader onder de loep genomen.Deze bouwmethoden onderscheiden zichniet alleen in bouwsnelheid en bouwkostenvan elkaar; onder andere de geometrie vanhet bouwwerk en de logistieke mogelijkhedenop de bouwplaats zijn ook aspecten die bij dekeuze voor een methode behoren te wordenbeschouwd. Dit veelvoud aan aspecten, dieper bouwproject verschillend kunnen zijn,maakt dat dit proces steeds voor elk projectopnieuw moet worden doorlopen. Met dezeBetoniek Standaard hopen we meer inzichtte hebben gegeven in dit complexe proces.DankwoordDe redactie spreekt haar dank uit aan de heerJaap Cederhout voor zijn inbreng van kennisen expertise bij de totstandkoming van ditnummer.Literatuur1 Keuzesysteem klimbekistingen,rapport Stubeco studiecel A05 2008.2 Betoniek Standaard 12/14 Glijden.3 Cederhout, J., Kiezen tussen klimmenof glijden. Cement 2009/5.4 Merkblatt Gleitbauverfahren, DeutscherBeton- und Bautechnik-Verein e.V.Betoniek VakbladNaast Betoniek Standaard is ook Betoniek Vakblad onderdeel van het Betoniek-abonnement. Dit magazine van groot formaat bevat artikelen over onder meer pro-jecten, ontwikkelingen, onderzoek, regelgeving en onderwijs, geschreven door delezers van Betoniek zelf. Kijk voor meer informatie op www.betoniek.nl/vakblad.abonnement. Dit magazine van groot formaat bevat artikelen over onder meer pro-
Reacties