Betoniek114|28 Betoniek oktober 2009B A N D U I T G AV E14 28oktober 2009 V a k b l a d V o o r b o u w e n m e t b e t o nbeschermingsfactor 70Op het strand, in de zomer, heerlijk bakken in de zon. Veel mensen genietenervan. Maar bij al het zonnen moet je niet vergeten je goed in te smeren meteen zonnebrandolie, liefst met een hoge beschermingsfactor.Voor beton geldt min of meer hetzelfde. Ook beton moet tijdens het verhardenworden beschermd tegen weersinvloeden, in dit geval verdamping van water.We noemen dit de nabehandeling of curing in het Engels.Als we goed nabehandelen krijgen we de gewenste goede kwaliteit van beton.E?n van de mogelijkheden die we daarbij hebben is het aanbrengen van eencuring compound. In deze Betoniek zetten we allerlei aspecten rond het ge-bruik ervan eens op een rij.2 14|28 Betoniek oktober 2009Na het storten lijkt het werk gedaan te zijn: de be-tonspecie is op zijn plaats gebracht en voldoendeverdicht. Het wachten is op de verharding: de be-tonspecie wordt beton. Of anders gezegd: het cementreageert met het aanwezige water. Om deze reactiegoed te laten verlopen, moet er voldoende wateraanwezig zijn: niet te veel, maar ook niet te weinig.Aan de hand van de water-cementfactor kan demaximale hoeveelheid water worden bepaald. Weweten dat het van groot belang is geen extra watertoe te voegen. Maar ook het omgekeerde geldt: dereactie tussen cement en water gaat door totdat ??nvan beide niet meer aanwezig is. Als het water opis, voordat het cement voldoende heeft gereageerd,krijgt het product niet de gewenste dichtheid endaarmee duurzaamheid. We moeten daarom aan-dacht hebben voor het verlies van water, zoals hetverdampen van water uit betonspecie.VerdampingVerdampen van water lijkt niet zo voor de hand lig-gend, maar alles wat nat is, zal in de lucht drogen.Denk hierbij maar aan de was die we buiten hangenom te drogen. Dit geldt ook voor betonspecie. Dezezit vol water en zal daarom drogen. Bij het drogenverdampt het water aan het oppervlak. Omdatvooral betonspecie en jong beton nog veel waterbevatten en ook water nodig hebben voor de reac-tie, moet het uitdrogen van het oppervlak vooralin deze fase worden voorkomen. Want water datverdampt, is niet meer beschikbaar voor de reactiemet cement. Dit zal vooral in de buitenste laag (dedekking) merkbaar zijn en dat is nu juist de plaatswaar we voor de duurzaamheid een goede kwaliteitbeton willen hebben.Het verdampen van water is een natuurlijk proces,dat doorgaat zolang het materiaal vochtiger is dande omgeving. Het vervelende is dat het verdampenvan water niet zichtbaar is. Alleen als er te veelwater verdampt, wordt het zichtbaar in de vormvan scheurvorming: plastische krimp. Maar ookdaarv??r kan verdamping al tot schade / minderekwaliteit beton leiden: er is immers minder waterbeschikbaar voor de reactie van cement. We moetendus maatregelen nemen om het verdampen tegen tegaan of in ieder geval zoveel mogelijk te beperken.We noemen dit het nabehandelen van beton.nabehandelenAls we praten over het nabehandelen van beton,hebben we het eigenlijk over het voorkomen dat erwater aan het oppervlak verdampt dat bestemd isvoor de reactie met cement. We kunnen dat heelsimpel doen door aan het oppervlak voldoendewater aan te brengen dat kan verdampen. Om ditte bereiken kunnen we het betonoppervlak onderwater zetten, maar ook met jute lappen afdekkenen deze nat houden.Een andere mogelijkheid is het voorkomen van ver-damping door het aanbrengen van een afsluitendelaag, zoals bijvoorbeeld een plastic folie. Een andervoorbeeld is de bekisting zelf. Die zorgt ervoor dat hetwater in het beton blijft. Door deze voldoende lang telaten staan kan het beton worden nabehandeld.Voor grote betonoppervlakken, denk hierbij aan vloe-ren, is er nog een andere mogelijkheid: curing com-pound. Hierop gaan we in deze Betoniek in.kader 1 ? dispersieEen dispersie is een mengsel van tweestoffen, waarbij ??n van de stoffen fijn ver-deeld is in een andere stof. De fijn verdeel-de (gedispergeerde) stof is in zeer kleinebolletjes verdeeld, maar niet opgelost. Degedispergeerde stof kan zowel in vaste alsin vloeibare vorm aanwezig zijn. Een dis-persie is meestal melkachtig van kleur. Hetmaken van een dispersie heet dispergeren.1 In een dispersie is de werkzame stof in zeer kleine bolletjes verdeeld,maar niet opgelost314|28 Betoniek oktober 20092 Werking van curing compoud: na het verdampen van het water vormt zich een filmlaag die het verdampen van water uit het beton verhindertkader 2 ? Sperco?ffici?ntAls een proefstuk gevuld met betonspecie ineen ruimte met een lage luchtvochtigheid wordtgeplaatst, zal het water aan het oppervlak verdam-pen. Hierdoor neemt het gewicht af. Door het proef-stuk op vaste tijdstippen te wegen kan wordenbepaald hoeveel water er verdampt is.Wanneer op de betonspecie in het proefstuk curingcompound wordt aangebracht, wordt de verdam-ping gereduceerd. Deze reductie van de verdam-ping wordt duidelijk in het kleinere gewichtsverlies.Het gewichtsverlies in het geval van onbehandeldebetonspecie kan worden vergeleken met het ge-wichtsverlies in geval van de behandelde betonspe-cie met curing compound. Het percentage waterdat hierdoor niet verdampt wordt de sperco?ffi-ci?nt genoemd.Een sperco?ffici?nt van 100%, dat wil zeggen dat ergeen verdamping optreedt en de filmlaag een dichteafsluiting vormt, lijkt een ideale situatie, maar is ditniet. Doordat de filmlaag afsluit en het water tegen-houdt, ontstaat er een druk onder de filmlaag met alsgevolg blazen. Om dit te voorkomen moet een curingcompound een filmlaag vormen die dampopen is. Hetgevolg is dat de sperco?ffici?nt kleiner is dan 100%.Andere benamingen voor de sperco?ffici?nt zijn decuring efficiency factor, de water retentiefactor ofhet vochtvasthoudend vermogen.werking curing compoundCuring compound is een vloeistof die wordt gebruiktom uitdroging van betonspecie te voorkomen. Wekennen het als een vaak witgekleurde vloeistof. Dezekleur wordt veroorzaakt doordat in de vloeistof zeerkleine deeltjes zijn opgelost. We noemen een derge-lijke vloeistof een dispersie (zie kader 1). De opgelos-te deeltjes zijn de werkzame stof, de vloeistof waarinze zijn opgelost noemen we de drager, veelal water.Wanneer we de curing compound op een oppervlakaanbrengen, zal het water verdampen. De opgelostedeeltjes zullen bij voldoende kleine afstand aaneen-vloeien tot een filmlaag. Deze filmlaag belemmerthet verdampen van het water uit het beton tijdensde verharding.Ook nadat het beton is verhard, blijft de filmlaagaanwezig. Op dat moment heeft de filmlaag geenfunctie meer: de belemmering van de verdampinguit het beton is niet meer nodig. Of de filmlaag ookdaadwerkelijk moet verdwijnen is afhankelijk vanhet verdere gebruik van het betonoppervlak.We hebben de werking van curing compound ophoofdlijnen beschreven. In deze beschrijving vra-gen enkele punten om een nadere toelichting.? In deze Betoniek maken we een verschil tussencuring compound en filmlaag.- Een curing compound is de vloeistof, waarinkleine deeltjes werkzame stof in water zijn op-gelost en die op het beton wordt aangebracht.4 Voorhetaanbrengenvancuringcompoundwordteendrukspuitgebruikt4 14|28 Betoniek oktober 20093 Voor de werking van curing compoud is een juiste dosering van belang- De filmlaag is het product dat ontstaat op hetoppervlak van beton nadat het water uit decuring compound is verdampt en de deeltjeswerkzame stof aaneengevloeid zijn.? Hoe dichter de filmlaag is, hoe meer water erwordt tegengehouden. De effectiviteit van de film-laag wordt uitgedrukt in een sperco?ffici?nt. Dezesperco?ffici?nt geeft aan welk percentage waterbehouden blijft in het beton ten gevolge van hetaanbrengen van de curing compound (zie kader 2).? De drager moet na het aanbrengen van de curingcompound verdampen. Hiervoor kan water wor-den gebruikt, zoals meestal in Nederland, maarhet is ook mogelijk een curing compound op basisvan oplosmiddelen te gebruiken. In die situatie isde werkzame stof in een oplosmiddel opgelost. Ditoplosmiddel zal na het aanbrengen van de curingcompound verdampen. Het gebruik van oplosmid-delen vraagt in verband met de gezondheid van debouwvakkers wel om aandacht.Nu we globaal weten hoe een curing compoundwerkt, gaan we in op hoe we dit product kunnenaanbrengen.aanbrengenZoals we al eerder hebben genoemd: curing com-pound is een vloeistof. Het voordeel van een vloei-stof is dat deze kan worden verspoten: de curingcompound wordt over het oppervlak verneveld.Hierdoor kan er een gelijkmatige laag worden aan-gebracht. Voor de werking moet er een aaneenge-sloten filmlaag worden gevormd. Er moet dus ookvoldoende worden aangebracht (fig 3).Om te bepalen wat voldoende is, zijn opgelostedeeltjes van belang. Hoeveel deeltjes in de curingcompound zijn opgelost, wordt uitgedrukt in hetvaste stofgehalte. Een hoog vaste stofgehalte wilzeggen dat er veel deeltjes in de vloeistof aanwezigzijn. Er zal dan niet zoveel vloeistof moeten wor-den aangebracht om een filmlaag te vormen. Bijeen laag vaste stofgehalte zijn er minder deeltjesaanwezig, in dat geval zal het verbruik hoger liggenom dezelfde filmlaag te vormen.Wanneer we naar gebruikelijke curing compoundskijken met een daarbijbehorend vaste stofgehalte,zien we dat het verbruik in de ordegrootte ligt van140 tot 200 gr per m2. Per kg komt dat neer op 5 tot7 m2. Bij een ruw oppervlak kan dit verbruik noghoger liggen. Om te laten zien wat dit in de prak-tijk inhoudt, gaan we uit van een vloer met eenoppervlakte van 1000 m2. We gebruiken voor hetaanbrengen van de curing compound een drukspuitmet een inhoud van 10 liter. Met deze nevelspuitkunnen we zo'n 50 m2 voorzien van curing com-pound. Om de gehele vloer van curing compoundte voorzien zullen we dus zo'n 20 keer de drukspuitmoeten vullen en leegspuiten.514|28 Betoniek oktober 2009Vanwege dit grote verbruik wordt er gewerkt meteen nevelspuit met een vrij grote spuitkop. Het blijftwel moeilijk de curing compound gelijkmatig aan tebrengen. Je moet het vergelijken met het schilderenvan een wand. Het valt niet mee een dikke laag verfin ??n keer dekkend aan te brengen. Bij het schilde-ren werk je vaak in dunnere lagen die kruiselingsover elkaar worden aangebracht. Op die manierwordt het resultaat egaal en dekkend (fig. 4).Als laatste nog een aandachtspunt. Het vernevelenvan de curing compound heeft de neiging een grootoppervlak te raken. Ook niet bedoelde oppervlak-ken kunnen worden bedekt. In sommige gevallenis dit niet gewenst. Denk hierbij aan stortnaden enwapening. Als dat gebeurt, moet de curing com-pound of de filmlaag worden verwijderd voordatwordt doorgegaan met het volgende stort.tijdstip aanbrengenDe werking en het aanbrengen van de curing com-pound zijn bekend. Een volgende vraag is: wanneer6 Door curing compound over elkaar aan te brengen wordt het resultaategaal en dekkend5 Het aanbrengen/vernevelen van curing compound met een drukspuit6 14|28 Betoniek oktober 2009de vorming van de filmlaag verstoren. De curingcompound kan zijn werk niet goed uitvoeren: erwordt geen gesloten filmlaag gevormd.We moeten de curing compound dus aanbrengenn?dat de bleeding van de betonspecie gestopt is.Maar wanneer is dat? In de praktijk wordt daarvoorhet tijdstip aangehouden waarop het oppervlak vanhet beton mat wordt.Er zijn natuurlijk ook betonsamenstellingen dievrijwel geen bleeding kennen, zoals aardvochtigemengsels die in de wegenbouw worden toegepast,maar ook sommige zelfverdichtende en hogesterk-tebetonmengsels hebben vrijwel geen bleeding.Bij deze samenstellingen kan de curing compounddirect na het storten en verdichten worden aange-bracht. Bij de aanleg van betonwegen gebeurt datook: direct achter de slipformpaver wordt de curingcompound op het beton gespoten (foto 7).moeten we de curing compound aanbrengen? Voordit punt is niet alleen de curing compound van be-lang, maar vooral ook het beton.Er bestaat de mogelijkheid dat er door het onderlig-gende beton water wordt aangevoerd. We kennendit fenomeen onder de naam bleeding (het uit-treden van water uit de betonspecie na het stortenen verdichten). In vrijwel elke betonspecie treedtbleeding op (zie Betoniek 14/02). Omdat waterlichter is dan betonspecie, verplaatst het zich naarhet oppervlak. Eenmaal aan het oppervlak aange-komen zal het water daar als waterlaagje zichtbaarzijn en afhankelijk van de verdampingssnelheidverdampen.Als we de curing compound aanbrengen terwijl debleeding van het beton nog niet is gestopt, zal hetbleedingwater zich vermengen met de curing com-pound. Maar ook de continue aanvoer van water zal7 Het aanbrengen van een witgekleurde curing compound direct achter een slipformpaver714|28 Betoniek oktober 2009Combinatie curing en vlinderenEen veel gebruikte toepassing van curing com-pounds is de nabehandeling van grote oppervlak-ken, zoals brugdekken of vloeren. Bij deze con-structies is het gebruikelijk het oppervlak na hetstorten te vlinderen. Om hierbij een goed resultaatte krijgen is het nodig dat er voldoende vocht in detoplaag aanwezig is. Anders gezegd: het beton moeteen juiste smeu?gheid hebben. Als het beton tedroog is, leidt het vlinderen tot oppervlakteschade:het oppervlak wordt opengetrokken. Om dit tevoorkomen, wordt het beton wat vochtig gemaakt.Dit zou met water kunnen, maar waarom kan daar-voor niet een vloeistof worden gebruikt die tochmoet worden aangebracht: de curing compound?Dit is niet raadzaam. Door het vlinderen wordt debovenlaag van het beton als het ware gekneed. Decuring compound wordt in de toplaag verwerkt envormt geen filmlaag. Dit is niet gewenst. Het adviesis dus: als er voor het vlinderen vocht nodig is: ge-bruik gewoon water.Zeker bij het vlinderen is er nog een punt van aan-dacht. Deze vervolgbewerking zal immers pas star-ten als het beton voldoende is aangetrokken. Vooralbij drogend weer zal er in deze periode veel waterverdampen. Bij drogend weer denken we natuurlijkin eerste instantie aan een lekker zomers weertje:zonnig met een windje. Berucht is ook het weer inde winter: met een relatief lage RV vindt een groteverdamping van water plaats. Daarbij komt nog datbij koud weer de tijd voordat het beton aantrekt veellanger is. Het is goed aandacht te hebben voor detijd tussen storten en het aanbrengen van de curingcompound. Ook dan vindt er verdamping van waterplaats en zijn misschien maatregelen noodzakelijk.SchoonmakenNu we weten hoe en wanneer we de curing com-pound moeten aanbrengen zijn we nog niet hele-maal klaar. Er rest nog een klusje dat altijd moetgebeuren na het werken: schoonmaken. Dit onder-deel is vooral bij curing compounds van belang.Het water in de curing compound zal immers ookverdampen in gebruikte apparatuur.Curing compound is dan ook bekend om de verve-lende vervuiling. Een dikke harde laag, vooral op enin de spuitkop, die moeilijk of niet te verwijderenis. Het resultaat is dat de spuitkop verstopt raakt enniet meer werkt: er komt geen mooie verspreiddenevel uit, maar een dun straaltje (fig. 8). De curingcompound wordt hierdoor niet gelijkmatig ver-deeld met alle gevolgen van dien.De oplossing van dit probleem is simpel: direct nagebruik van de drukspuit alles reinigen met wateren de spuitkop in water opslaan.8 Als de spuitkop verstopt raakt komt er geen mooie verspreidde nevel uit, maar een dun straaltje8 14|28 Betoniek oktober 2009Verwijderen filmlaag?Curing compound heeft invloed op het verderegebruik van het betonoppervlak. Dit blijkt belang-rijk te zijn bij de keuze van een curing compound.Na het storten is namelijk in veel gevallen het werknog niet gedaan: het oppervlak krijgt nog een ver-volgbewerking: het aanbrengen van tegels, hydrofo-beren of verven. Allemaal werkzaamheden waarbijhet belangrijk is dat er materiaal kan hechten ophet betonoppervlak.Nu weten we dat de curing compound zijn werkheeft gedaan als het beton voldoende verhard is.De filmlaag kan op dat moment verdwijnen, maargebeurt dat ook en is dit nodig?Het antwoord op deze vraag is niet eenduidig, maarafhankelijk van het type curing compound. Er zijntypen curing compounds die biologisch afbreek-baar zijn en door de invloed van weer en wind enUV licht na verloop van tijd verdwijnen. Maar erzijn ook typen curing compounds die vrijwel niette verwijderen zijn en er voor zorgen dat er geenhechting kan optreden. De vervolgbewerking vanhet oppervlak is dus belangrijk bij de keuze van eencuring compound.In het volgende deel gaan we wat dieper in op deverschillende typen curing compounds.type curing compoundsWe hebben tot nu toe steeds gesproken over curingcompounds in het algemeen. Er zijn echter verschil-lende typen. We kunnen deze grofweg in 3 groepenindelen op basis van de werkzame stof. Zo zijn er cu-ring compounds op basis van paraffine, polymeren(bijvoorbeeld acrylaat) en hars. Elk type curing com-pound heeft zijn sterke en minder sterke kanten. Wezetten deze eens op een rij (zie tabel 1).ParaffineEen curing compound op paraffinebasis bevatkleine bolletjes paraffine in water. Na het aanbren-gen van de curing compound verdampt het wateren vormt de paraffine een vettige laag, die water-afstotend is. Als er een curing compound op basisvan paraffine is gebruikt, kun je dat duidelijk ziendoordat het water druppels vormt op het oppervlak(parellen).Omdat paraffine een waterafstotende laag vormten daarmee het verdampen van water goed be-perkt, heeft de curing compound op paraffinebasiseen hoge sperco?ffici?nt. Het heeft echter ook eengroot nadeel: de filmlaag is moeilijk te verwijderen.Het oppervlak blijft vettig en de aanhechting metvervolglagen is minimaal tot nihil. Paraffine is daar-om ongeschikt als er een vervolgbewerking komt.Ook met de aanwezigheid van stortnaden en stek-ken in de buurt van het oppervlak dat met curingcompound wordt behandeld, is het opletten met hetgebruik. Mocht het verwijderen van de filmlaag tochnodig zijn, moet er mechanisch worden gereinigd(hoge druk waterstralen).Het vettige karakter van de filmlaag heeft nog eennadeel: er ontstaan snel vlekken op het oppervlakdoor een overmaat aan paraffine of aanhangend stof.Het wordt daarom afgeraden een curing compoundop paraffine basis te gebruiken bij schoon beton.PolymerenWe komen polymeren zoals acrylaat, latex enpolyvinylacetaat tegen als grondstof van curingcompounds. Een curing compound op basis van po-lymeren bevat ??n van deze polymeren in kleine bol-letjes. Na het verdampen van het water vouwen depolymeren zich uit en met de omliggende polyme-ren vormen ze een film. Deze filmlaag is kleurloosen glanzend. De wittige kleur van de aangebrachtecuring compound is daarmee verdwenen.Hoe dicht deze filmlaag is, is afhankelijk van de hoe-veelheid polymeren, ofwel het gehalte aan vaste stofen de aangebrachte hoeveelheid. Als we deeffectiviteit uitdrukken in de sperco?ffici?nt scoortdit type curing compound het laagst.De aanwezigheid van de filmlaag is bij aanhechtingvan later aan te brengen tegelwerk en verflagengeen probleem (laagwaardige hechting). De filmlaagkan zondermeer blijven zitten. Wanneer echter eenhoogwaardige hechting wordt vereist (denk aan eenstortnaad), is het raadzaam de filmlaag te verwijde-ren om eventuele verstoring te voorkomen. Het ver-wijderen van de filmlaag kan worden bereikt doormiddel van borstelen of het zogenaamde wapperen(spuiten met lage druk waterstralen).914|28 Betoniek oktober 2009HarsEen curing compound op basis van hars bevat klei-ne bolletjes gevuld met hars. Er zijn verschillendetypen hars. Voor een curing compound wordt vaakgebruikt gemaakt van koolwaterstof harsen. Na hetaanbrengen van de curing compound, verdampthet water en vormt de hars een filmlaag. Deze laagis mat en kleurloos. Echter bij een te hoge doseringkan er een dikkere filmlaag worden gevormd, dieeen zekere geelverkleuring van het oppervlak geeft.De harsen geven een redelijke dichte filmlaag. Ditis uiteraard afhankelijk van het vaste stofgehalteen de aangebrachte hoeveelheid. De sperco?ffici?ntvan dit type curing compound ligt meestal in tus-sen die van curing compounds op basis van de poly-meren en paraffine.Het grote voordeel van curing compounds op basisvan harsen is de afbreekbaarheid van de filmlaag.Onder inwerking van het UV licht en weer en wind,breekt de filmlaag in kleine stukjes en verpulvert.Dit vindt plaats in een periode van zo'n 5 tot 6 we-ken. Dit effect zorgt ervoor dat het verwijderen vande filmlaag vaak achterwege kan blijven.Wanneer de laag te dik is of wanneer een vervolg-bewerking eerder noodzakelijk is, kan door borste-len of wapperen de filmlaag worden verwijderd.Mocht er een geelverkleuring zijn opgetreden, kandeze ook worden verwijderd door het oppervlakchemisch te reinigen.Voorbeelden voor gebruikZoals uit tabel 1 blijkt, zijn er verschillende aspec-ten die bij de keuze van de curing compound eenrol spelen. We laten zien aan de hand van enkelevoorbeelden waar welke type curing compoundkunnen worden gebruikt in bepaalde situaties:? Een curing compound op paraffinebasis kan wor-den toegepast in de wegenbouw en bij glijwerk.Dit geeft een hoge sperco?ffici?nt en in beidegevallen komt er geen vervolgbewerking op hetoppervlak, hoewel het optreden van vlekken bijglijwerk niet altijd gewenst is.? Curing compounds op basis van polymeren kun-nen goed worden gebruikt bij vloeren waaroptegelwerk wordt aangebracht.? Curing compound op basis van harsen wordenveelal aangebracht bij brugdekken of tunnelvloe-ren waarop asfalt wordt aangebracht. Vanwegehet aanbrengen van hydrofobeermiddelen moetde filmlaag worden verwijderd. Bij dit type curingcompound is de filmlaag biologisch afbreekbaar.In de praktijk kan het natuurlijk goed, dat eenander type curing compound om goede redenenwordt toegepast.normen en regelgevingIn het voorgaande hebben we stilgestaan bij wateen curing compound is en hoe deze goed kan wor-den aangebracht. We komen curing compoundsook tegen in onze normen en regelgeving.VBUIn NEN 6722: Voorschriften Beton ? Uitvoering(VBU) wordt in bijlage B de nabehandeling en be-scherming van beton behandeld. Deze bijlage isnormatief, dus van toepassing als norm. In dezebijlage staan de verschillende vormen van nabehan-deling genoemd, waaronder het aanbrengen vantype sper-co?ffici?ntbijzonderhe-den filmlaagbijwerking aandachtspunten bijvervolgbewerkingverwijderenvan filmlaagparaffine ++ vettig enkleurloosdonkere vlekken bijteveel aanbrengengeen hechting mechanischreinigenpoly-meren0 glanzend enkleurloosdonkere vlekken bijteveel aanbrengenalleen laagwaardigehechtingborstelen ofwapperenhars + mat en kleur-loosgeelverkleuring bijteveel aanbrengenfilmlaag is afbreekbaardoor UV en weer enwindborstelen ofwapperenTabel 1: Elk type curing compound heeft zijn sterke en minder sterke kanten14|28 Betoniek oktober 200910kader 3 ? Proefbeschrijving bepaling sperco?ffici?ntMOt ? (MBt ? MCt)MOtSt = ? 100%Voor het bepalen van de sperco?ffici?nt van curingcompound wordt in principe de volgende proefgebruikt.Er worden 3 typen proefstukken gemaakt, denk hier-bij aan tegels met een dikte van 4 ? 5 cm:A betonspecie wordt in een mal aangebracht, het op-pervlak blijft onbehandeld;B betonspecie wordt in een mal aangebracht, hetoppervlak wordt behandeld met curing compound;C curing compound wordt op een glasplaat aange-bracht.De proefstukken worden na het maken geplaatst ineen klimaatruimte met een vaste temperatuur enlage luchtvochtigheid.Bij deze proef wordt gebruikgemaakt van betonmet weinig tot geen bleeding. De curing compoundwordt aangebracht op het moment dat het opper-vlak mat wordt. Op verschillende vaste tijdstippenwordt het gewicht van de proefstukken bepaald.Via de proefstukken A kan het massaverlies van deonbehandelde betonspecie worden bepaald (MOt).Via proefstukken B kan het massaverlies van debehandelde betonspecie worden vastgesteld (MBt).De meting aan proefstukken C zijn nodig om het ge-wichtsverlies van de curing compound zelf te bepa-len (MCt). Hierbij verdampt ook water om de filmlaagte vormen. Deze verdamping moet niet als verdam-ping van de betonspecie worden meegenomen.Met de metingen kan de sperco?ffici?nt op de ver-schillende tijdstippen op de volgende wijze wordenvastgesteld:curing compound. Hierbij wordt aangegeven datde curing compound aan een vastgestelde geschikt-heid moet voldoen. Hiervoor wordt verwezen naareen komende Europese norm. Tot die tijd moet eencuring compound voldoen aan de volgende eisen:? het vochtvasthoudend vermogen (= sperco?ffi-ci?nt) moet ten minste 70% bedragen, bepaald alshet gemiddelde van de waarde bij 1, 3 en 7 dagen;? de hechting van afwerklagen of verfsystemenmag niet nadelig worden be?nvloed;? curing compound mag geen vlekvorming of extraaanhechting van vuil op het betonoppervlak ver-oorzaken.De laatste twee eisen hebben we al eerder in dezeBetoniek toegelicht. Op de eerste eis, de sperco?ffi-ci?nt, gaan we nu nader in.Bepaling sperco?ffici?ntEen eis aan de sperco?ffici?nt lijkt eenvoudig tecontroleren voor het gebruik. Deze moet vermeldstaan op de productinformatie. Als dat niet het ge-val is, kan deze worden opgevraagd bij leverancier.Deze zal de sperco?ffici?nt laten bepalen op basisvan proeven. En hier begint enige onduidelijkheid.Op dit moment zijn er twee proeven om de sper-co?ffici?nt van een curing compound te bepalen:? als eerste proef 75.1 uit de RAW 2005: `vermogenvan nabehandelingsmiddel tot beperking van hetvochtverlies';? daarnaast is sinds april 2007 een Europese pra-tijkrichtlijn NPR-CEN/TS 14754-1 `Curing com-pounds ? beproevingsmethoden ? deel 1: bepa-ling van de effici?ntie van de waterretentie vanstandaard curing compounds' beschikbaar.Het principe van de proef is in beide voorschriftengelijk: het waterverlies van zowel behandelde alsonbehandelde proefstukken wordt op verschillendetijdstippen bepaald. De sperco?ffici?nt is het per-centage water dat niet verdampt als gevolg van detoepassing van een curing compound, zie voor eenuitgebreide proefbeschrijving kader 3.Qua uitvoering zijn er tussen de twee beproevings-methoden verschillen, zie tabel 2. De belangrijksteverschillen betreffen:? het te gebruiken cement (CEM III/B CEM I R);? de klimaatruimte (30 ? 2 ?C 35 ? 2 ?C);? en de tijdstippen. (1, 3, 7 en 14 dagen 6, 24 en72 uur).1114|28 Betoniek oktober 2009Of deze verschillen leiden tot een andere waarde voorde sperco?ffici?nt is (nog) niet bekend. Dit leidt totde aanbeveling om bij de sperco?ffici?nt aan te gevenwelke methode gebruikt is om hem te bepalen.Voorlopig sluit proef 75.1 uit de RAW qua tijdstip-pen van beproeving aan bij de genoemde tijdstippenin de VBU en is deze proef in Nederland gangbaar.Of dit zo blijft, hangt af van een aantal ontwikke-lingen in de toekomst. Hierbij kan worden gedachtaan vergelijkende onderzoeken, de komst van deEuropese norm op het gebied van uitvoering enz.tot slotGoed nabehandelen van beton in de verhardingsfa-se is essentieel voor de eindkwaliteit. Hiervoor zijnverschillende methoden beschikbaar. Voor grote op-pervlakken zoals brugdekken en wegen wordt vaakgebruikgemaakt van een curing compound. In dezeBetoniek hebben we de werking van een curingcompound beschreven, en zijn de verschillendestappen tijdens het gebruik en de typen curingcompound de revue gepasseerd. Uit dit alles blijktdat bij een juiste keuze en verwerking een curingcompound een goede methode van nabehandelingkan zijn.literatuur? NPR-CEN/TS 14754-1 Curing compounds ? Be-proevingsmethoden ? deel 1: Bepaling van deeffici?ntie van de waterretentie van standaardcuring compounds? RAW 2005 proef 75.1 Vermogen van nabehande-lingsmiddel tot beperking van het vochtverlies? Audenaert, K., Boel, V., de Schutter, G., Ployaert,Cl., Janssens, F., Nieuwe proefmethode voor dedoeltreffendheid van curing compounds. Cement2002/1? Neville, A.M., Properties of Concreteproef 75.1 raw 2005 nPr-Cen/tS 14754?1afmetingen proefstukkenoppervlak (in mm?) 40.000 50.000 ? 5000hoogte (in mm) circa 40 50 ? 2klimaatruimtetemperatuur (in ?C) 30 ? 2 35 ? 2 40 ? 2relatieve vochtigheid (in %) 40 ? 3 40 ? 3 geventileerdcement CEM III/B 42,5 LH HS CEM I Rspecietemperatuur (in ?C) 15 tot 20 20 ? 2vullen mallen 2 lagen met verdichting 1 laagaanvullende eisen oppervlak wordt geborsteld nahet stoppen van de bleedinghet verdichten en afwerken moet binnen45 minuten na het doseren van het waterplaatsvinden.het mat worden van het oppervlak moetbinnen 30 minuten plaatsvindencuring compound moet drogenbuiten de klimaatruimtehet behandelde proefstuk wordt direct nahet aanbrengen van de curing compoundmet een onbehandeld proefstuk in deklimaatruimte geplaatst. Alle proefstuk-ken moeten binnen 30 minuten wordenteruggeplaatst)weegtijdstippen 1 dag 6 uur3 dagen 24 uur7 dagen 72 uur14 dagenTabel 2 Twee beproevingsmethoden voor de sperco?ffici?ntIn onze volgende uitgave14|28 Betoniek oktober 20091214/29 ? Technische betonrechercheU zult de scenes uit de politie series van TV vastwel kennen. We zien een kamer die overhoopgehaald is met bloedspetters op de muur. Watis hier gebeurd?Dan haalt de technische recherche een haaronder de ravage vandaan. Op basis van die haaren het patroon van de bloedspetters wordt ver-volgens de hele zaak opgelost. Niet echt meerde stijl van Derrick of Baantjer, maar zo gaat dattegenwoordig.Kan zoiets ook bij beton? In de volgende Beto-niek nemen we een kijkje achter de schermenbij de technische recherche van beton, in ditgeval de microscopisten.dankwoordDe redactie van Betoniek bedankt Cees Cornet, Hen-ri?tte Dikmans en Toine Leijten voor het inbrengenvan hun kennis en expertise bij de totstandkomingvan dit nummer.40 jaar betoniekBetoniek bestaat 40 jaar! Om dit te vierenwordt Betoniek in een geheel nieuw jasje gesto-ken. Op de Betondag 2009 wordt het 400e jubi-leumnummer in de nieuwe stijl gepresenteerd.Wij nodigen u graag uitop 19 november, 11.00uur in het Betonthea-ter. Leden van Betoniekkrijgen dan tevens eenleuke en interessanteverrassing!BetoniekBetoniek40 JaarAbonnementsprijzen 2009:Nederland 46 (excl. 6% btw)Belgi? 51 (excl. 6% btw)Kijk voor de mogelijkheden vanmeelees- en online abonnementenop www.betoniek.nl.Aanmeldingen/opzeggingen:Abonnementen kunnen op iedergewenst moment ingaan en wordenautomatisch voor een jaar verlengd,tenzij twee maanden voor de verval-datum schriftelijk wordt opgezegd.Overname van artikelen en illustra-ties (met uitzondering van foto's) istoegestaan onder voorwaarde vanbronvermelding.ISSN 0166-137xRedactie en uitgever stellen dezeuitgave zorgvuldig en naar besteweten samen. Zij aanvaarden echtergeen enkele aansprakelijkheid voorschade, van welke aard ook, diehet gevolg is van handelingen en/of beslissingen gebaseerd op deinformatie in deze uitgave. Niet altijdkunnen alle rechthebbenden vangebruikt beeldmateriaal worden ach-terhaald. Belanghebbenden kunnencontact opnemen met de uitgever.ColofonBetoniek is h?t vakblad over hetmateriaal beton en verschijnt 10 keerper jaar. Betoniek wordt uitgegevendoor ?neas in opdracht van hetCement&BetonCentrum. In de redactiezijn vertegenwoordigd: BAM Infra, BMC,BTE Nederland BV, CUR Bouw & Infra,ENCI, Mebin en TNO.Uitgave:?neas, uitgeverij van vakinformatie bvPostbus 101, 5280 AC, BoxtelT: 0411 65 00 85E: info@aeneas.nlWebiste:www.betoniek.nlRedactie:T: 0411 65 35 84E: betoniek@aeneas.nlVormgeving:Twin Media bvAbonnementen/adreswijzigingen:Uitgeverij ?neasPostbus 101, 5280 AC, BoxtelT: 0411 65 00 85E: info@aeneas.nl
Reacties