BetoniekXD3XF1XD2XA2XS3?XF413|21 Betoniek januari 2006 1Het milieuvraagstukWaren we in auto-advertenties al gewend aan het gebruik van cryptischeafkortingen zoals ABS, ESP of PDC, met de nieuwe milieuklassen voorbeton kunnen we er ook wat van. XA3, XD2 of XC1. Welke moeten we nuhebben? Het lijkt een enorme opgave om de juiste nieuwe milieuklassevoor alle betonnen bouwdelen te benoemen. Hoe ver bent u? Beheerst ude nieuwe codetaal al? Om u te helpen zijn er al een aantal stappenplannenverschenen die u op weg helpen. In deze Betoniek bekijken we een aantalvoorbeeldconstructies en bespreken we de van toepassing zijndemilieuklassen.B A N D U I T G AV Ejanuari 2 0 0 6 V A K B L A D V O O R B O U W E N M E T B E T O N13 21XD3XF1XD2XA2XS3?XF4vochtig, vochtig met dooizouten, zeewater of agres-sief.Om in de nieuwe situatie een betonconstructie in tedelen in een milieuklasse moeten we ons afvragenwelke mechanismen de integriteit van die construc-tie kunnen aantasten. Bij elk aantastingsmechanis-me hoort een hoofdgroep. Binnen een hoofdgroepwordt op basis van de mate van aantasting de vantoepassing zijnde milieuklasse vastgesteld. In tabel 1zijn de hoofdgroepen voor de milieuklassen met hetbijbehorende aantastingmechanisme weergegeven.Waar hebben we de milieuklassen voor nodig?In de ontwerpfase willen we iets af kunnen sprekenover de duurzaamheid van een betonconstructie.Daarvoor gebruiken we o.a. een milieuklasse.De intentie van de in de normen opgenomen milieu-klassen is dat een constructie de belasting uit deomgeving tenminste 50 jaar kan opnemen.In wijzigingsblad A3 van NEN 6720 (VBC) vindt deconstructeur de eisen waarmee hij bij iedere milieu-klasse rekening moet houden. De betontechnoloogvindt die eisen in NEN 8005.De ontwerper van de betonconstructie bepaalt welkemilieuklassen van toepassing zijn. De constructeurhoudt vervolgens rekening met de minimale dek-king en wapeningsdetailleringregels die bij dezemilieuklassen horen. Op die manier zorgt de con-structeur ervoor dat de scheuren in het beton vol-doen aan de eisen die aan de maximale scheurwijdtezijn gesteld. De betontechnoloog stelt in een laterstadium van het bouwproces de betonspecie samenen houdt rekening met de maximale waterbindmid-delfactor en het minimale bindmiddelgehalte.Indeling van milieuklassenIn een eerdere Betoniek is de nieuwe indeling vanmilieuklassen besproken (zie tabel 4). Het belangrijk-ste verschil met de benadering volgens NEN 5950(VBT) is dat de indeling in milieuklassen is gebaseerdop de aantastingsmechanismen voor beton en degevolgen hiervan voor de duurzaamheid. Voorheenbepaalde de omgeving waar de betonconstructie inwerd geplaatst de milieuklasse. Dit kon zijn: droog,13|21 Betoniek januari 20062Duurzaamheid van een betonconstructieEisen waar de constructeur rekeningmee houdt:· Dekking· Wapeningsdetailleringsregels(vertaald van maximale scheurwijdte)NEN 6720 (VBC), wijzingingsblad A3Ontwerper bepaalt de van toepassing zijnde mulieuklassen NEN-EN 206-1Eisen waar de technoloog rekeningmee houdt:· Maximale waterbindmiddelfactor· Minimaal bindmiddelgehalteNEN 8005Tabel 1: Overzicht van aantastingmechanismen per hoofdgroep vande milieuklassenFiguur 1: Duurzaamheid vertaald naar constructieve en betontechnologische eisenHoofdgroep AantastingmechanismeX0 Geen risico op corrosie van wapeningof aantasting van betonXC Corrosie van wapening ingeleid doorcarbonatatieXD Corrosie van wapening ingeleid doorchloriden (niet afkomstig uit zeewater)XS Corrosie van wapening ingeleid doorchloriden afkomstig uit zeewaterXF Aantasting van beton door vorst endooi wisselingen al dan niet metdooizoutenXA Aantasting van beton door chemischestoffenOpmerking: nadere uitleg over de aantastingmechanismen isbeschreven in Betoniek 13/03middels een cijfers aangeven of we te maken hebbenmet een groter risico (XC3) of een kleiner risico (XC1)op corrosie van de wapening.Welke milieuklasse is van toepassingEen aanduiding voor een milieuklasse gaat verderdan alleen de aanduiding van de hoofdgroep. Voorelke hoofdgroep die van toepassing is moeten webepalen in welke mate er aantasting kan plaatsvin-den. De combinatie van de aanduiding van de hoofd-groep (bijvoorbeeld XD) en een aanduiding voor demate van aantasting (bijvoorbeeld 3) levert de milieu-klasse (in dit geval XD3). Om de mate van aantastinggoed te kunnen bepalen moeten we de verschillendeaantastingsmechanismen begrijpen. In Betoniek13/03 zijn deze uitgebreid beschreven. Hierondervolgt een korte samenvatting.Corrosie van wapeningDe hoofdgroep XC, carbonatatie, is bij gewapendbeton altijd van toepassing. Bij carbonatatie dringtkoolstofdioxide (CO2) uit de lucht het beton in.Dit heeft een verlaging van de pH-waarde in hetbeton tot gevolg waardoor wapening minder wordtbeschermd tegen corrosie. De mate van binnendrin-gen van koolstofdioxide bepaald het risico op aan-tasting van de wapening en is afhankelijk van devochthuishouding in de betondekking.Hoofdgroep XD, wapeningscorrosie ingeleid doorchloriden, is alleen van toepassing als chloriden(niet uit zeewind of zeewater) op het beton terechtkunnen komen en daarna kunnen binnendringen(bijvoorbeeld dooizouten). Het risico op aantastingis afhankelijk van de vochthuishouding in de beton-dekking.Hoofdgroep XS is vergelijkbaar met hoofdgroep XD.Alleen zijn de chloriden afkomstig uit zeewater.De mate van contact met zeewater bepaald het risicoop wapeningscorrosie.Technisch gezien is deze verandering een verbete-ring. Het wordt nu mogelijk veel nauwkeuriger aante geven welke risico's een betonconstructie ten aan-zien van duurzaamheid loopt en daarop te anticipe-ren. Een nadeel is echter dat er meer deskundigheidwordt gevraagd om de juiste milieuklassen te benoe-men. Een taak die van oudsher bij de ontwerper vande betonconstructie ligt. En inderdaad, u leest hetgoed; milieuklassen. Er kunnen namelijk meerdereaantastingmechanismen van toepassing zijn en daar-mee dus ook meerdere milieuklassen. De construc-teur en de betontechnoloog moeten op basis van deopgegeven milieuklassen de maatgevende eisen kie-zen voor de dekking, maximale scheurwijdte, maxi-male waterbindmiddelfactor en het minimaal bind-middelgehalte.Welke hoofdgroepen zijn van toepassingDe indeling in hoofdgroepen kent feitelijk 3 catego-rieën: "Corrosie van de wapening", "Aantasting vande beton" en "Geen risico". Eerst moeten we vaststel-len welke hoofdgroep(en) van toepassing is (zijn).Belangrijk is om ons af te vragen of we met gewa-pend beton te maken hebben. Is dit niet het geval,en maken we ongewapend beton, dan vervallen demilieuklassen in de hoofdgroepen XC, XD en XS.Daar wordt immers gesproken van de aantasting vande wapening. Het is wel mogelijk dat ongewapendbeton wordt aangetast door mechanismen vanhoofdgroep XF en/of XA. Ongewapend beton komtom die reden niet automatisch in de milieuklasseX0: "Geen risico". Als vast staat dat de hoofdgroepenXF of XA niet van toepassing zijn, en dus ook de aan-tasting van het beton vervalt, pas dan is de hoofd-groep X0 van toepassing.Voor gewapend beton moeten we alle hoofdgroepenbeschouwen, met uitzondering van X0. De redenhiervoor is dat er altijd een kans bestaat, hoe kleinook, dat de aanwezige wapening gaat roesten.Binnen een hoofdgroep, bijvoorbeeld XC, kunnen we13|21 Betoniek januari 2006 3Tabel 2: Mogelijk van toepassing zijnde hoofdgroepen bij gewapend- of ongewapend beton.HoofdgroepenGeen risico Corrosie van wapening Aantasting van betonX0 XC XD XS XF XAGewapend beton 4 4 4 4 4Ongewapend beton 4 1) 4 41)X0 is alleen van toepassing als vast staat dat XF en XA niet van toepassing zijn.13|21 Betoniek januari 20064Tabel 3: Mogelijke vragen om de juiste milieuklassen te bepalenHoofdgroep Vraag: Reden van de vraagX0 Is de betonconstructie gewapend? Vaststellen of hoofdgroep XO van toepassing isIs hoofdgroep XF of XA van toepassing?XC Is de betonconstructie gewapend? Vaststellen of hoofdgroep XC van toepassing isStaat deze constructie buiten beschut Vaststellen of XC3 of XC4 van toepassing isof onbeschut?Is de omgeving van de constructie altijd Vaststellen of XC1 of XC2van toepassing isdroog of nat, of is die nat en af en toe droogEnzovoort XD Kan er chloride tegen de betonconstructie Vaststellen of hoofdgroep XD van toepassing isaankomen, bijvoorbeeld via dooizouten ofchloridehoudend water?Is er sprake van chloride houden water dat Vaststellen of XD2 van toepassing ispermanent tegen de betonconstructieaankomt?Komt er chloride afkomstig van dooizouten Vaststellen of XD1 of XD3 van toepassing isin het beton? Zo ja is de constructie buitenbeschut of onbeschut?Enzovoort XS Staat de constructie in de buurt van de kust Vaststellen of hoofdgroep XS van toepassing isen komt deze in contact met zeewater of(zoute) zeewind?Staat de constructie geheel of gedeeltelijk Vaststellen of XS 2 of XS 3 van toepassing isin het zeewater?Is er sprake van (zoute) zeewind? Vaststellen of XS1 van toepassing isEnzovoort XF Wordt het beton blootgesteld aan vorst? Vaststellen of hoofdgroep XF van toepassing isWordt er ook gestrooid als er sneeuw of Vaststellen of XF2/XF4 of XF1/XF3 van toepassing isijs ligt? Met andere woorden komen erdooizouten op het beton?Is de betonconstructie horizontaal of Vaststellen of een verzadigde (XF3/XF4) of beperktverticaal georiënteerd? verzadigde (XF1/XF2) betonconstructie vantoepassing isWordt de constructie belast door chloride Vaststellen of XF4 van toepassing ishoudend spatwater.Enzovoort XA Is er een kans op chemisch aantasting? Vaststellen of hoofdgroep XA van toepassing isDoor bijvoorbeeld: Sulfaten in de grondof grondwater?Opslag chemische stoffen?Komt er een (vloei)stof tegen het beton De mate van agressiviteit vaststellenaan met een lage pH-waarde?Onderzoek de grond of het grondwater De mate van agressiviteit vaststellenen vergelijk die met tabel 5. (achterzijdeuitvouwblad)Enzovoort In tabel 3 echter is een aanzet gegeven van vragendie je kunt stellen om tot een goede keus te komen.Om antwoord te kunnen geven op dit soortvragen moeten we soms gedetailleerde informatieverzamelen. Dat is niet eenvoudig. Zeker alswe ontdekken dat de normen ook nog een bepaaldeinterpretatieruimte laten. Dat betekent dat we voorelke constructie goed moeten nadenken of eenmilieuklasse nu wel of niet van toepassing is. Inde volgende voorbeelden gaan we proberen onszelfvragen te stellen waarbij de antwoorden moetenleiden tot de van toepassing zijnde milieuklassen.Voorbeeld 1: een bedrijfsvloerIn dit voorbeeld bekijken we een monoliet afgewerk-te gewapende bedrijfsvloer.Per hoofdgroep gaan we na welke milieuklassen vantoepassing zouden kunnen zijn en in welke situaties.Dit levert ons inzicht op in de vragen die we moetenstellen.X0: Als eerste stellen we vast dat we te maken heb-ben met een gewapende vloer. Dit betekent dat X0vervalt.XC: De vloer is gewapend en dat betekent dat hoofd-groep XC van toepassing is. Er is kans op wapenings-corrosie als gevolg van carbonatatie. Maar hebbenAantasting van betonDe hoofdgroep XF is alleen van toepassing als hetbeton blootgesteld wordt aan vorst, al of niet incombinatie met dooizouten. De kans op aantastingis afhankelijk van het feit of er wel of geen dooi-zouten aanwezig zijn en of de poriën van het betonal dan niet verzadigd zijn met water.De hoofdgroep XA is alleen van toepassing als ersprake is van chemische aantasting. Om vast testellen of dit het geval is en in welke mate, wordttabel 2 in hoofdstuk 4 van NEN-EN 206-1 toegepast(tabel 5, achterzijde van het uitvouwblad).De keuze/het vraagstukDe juiste milieuklasse(n) kiezen is alleen mogelijkals er voldoende informatie beschikbaar is over deconstructie. Bijvoorbeeld: wordt het beton buitenof binnen toegepast, is het beschut of onbeschutof wordt de constructie belast met chemicaliën.De ontwerper van de constructie zal zich over dezevragen moeten buigen om tot de juiste keuze tekomen. Om dit vraagstuk goed op te lossen moetenwe alle hoofdgroepen, één voor één, onder de loepnemen. Eerst moeten we vast stellen of de hoofd-groep van toepassing is en daarna in welke mate.Omdat iedere situatie haar eigen specifieke omstan-digheden kent, kunnen we hier geen uitputtendevragenlijst geven die voor iedere situatie geldig is.13|21 Betoniek januari 2006 5Bedrijfsvloerwe nu te maken met een "droge"vloer? Of is er een"matige of hoge luchtvochtigheid"? Of hebben weeen situatie waarin de vloer "afwisselend nat endroog" is. Als de bedrijfshal waar de vloer ligt goedwind- en waterdicht is en de ruimte verwarmd is,dan kunnen we spreken van droog (XC1).Onverwarmde ruimtes die in contact kunnen staanmet de buitenlucht hebben vaker een hogere lucht-vochtigheid en komen in aanmerking voor XC3. Demilieuklasse XC4 kan ook voorkomen, bijvoorbeeldals een deel van de loods open is en het vaak kaninregenen. In een dergelijke situatie kan de klasse"wisselend nat en droog" van toepassing zijn.XD: We moeten nagaan of XD van toepassing isomdat we te maken hebben met gewapend beton.Waar zou chloride vandaan kunnen komen? Wordter gestrooid met dooizouten? Dat zou kunnen voor-komen als de vloer in aanraking komt met sneeuwen/of ijsafzettingen. In dat geval hebben we te makenmet een "wisselend nat en droog" milieu(XD3).In een dichte afgesloten bedrijfshal die verwarmdwordt valt dit niet te verwachten. Daarnaast kan nogeen aspect meespelen dat vaak over het hoofd wordtgezien. Als er gedurende de winter op de wegengestrooid wordt en de bedrijfsvloer wordt tevens alsparkeerplaats gebruikt komt, net als bij parkeer-gara-ges, klasse XD3 in aanmerking.XS: Het roesten van de wapening door zouten uitzeewater of -wind (XS) is in principe niet van toepas-sing. Staat de bedrijfshal echter langs de kustlijn,dan kunnen we toch te maken hebben met chlorideuit zeewind. De hal moet dan wel deels open zijn ofde roldeuren moeten vaak open staan (XS1).XF: Is de opslagloods verwarmd of goed geïsoleerden hebben we geen vorst op de vloer, dan vervalt deXF klasse. Maar als er ijs op de vloer kan komen ofals de temperatuur van de vloer onder 00 Celsiuskomt, dan moeten we rekening houden met aantas-ting door vorst (XF3). Als er ook nog gestrooid wordt,dan geldt klasse XF4, vorstschade in combinatie metdooizouten. XF1 en XF2 zijn van toepassing bij betonmet een beperkte verzadiging met water.In het algemeen zijn dit verticale betonoppervlak-ken. Horizontale oppervlakken, waar ook regen en/ofsneeuw op kan vallen, komen in klasse XF3 en XF413|21 Betoniek januari 20066XA: Deze groep is alleen van toepassing als er sprakeis van chemische aantasting van de vloer. Dit is ineerste instantie niet het geval, tenzij op de vloerchemische stoffen worden opgeslagen of wanneer erarbeidsprocessen plaatsvinden waarbij chemicaliënworden gebruikt. Wordt de hal gebruikt voor deopslag van aardappels of bieten, dan kunnen zurendie uit de groenten vrijkomen er voor zorgen dathoofdgroep XA van toepassing is. De milieuklassewordt dan bepaald volgens tabel 5 op de achterzijdevan het uitvouwblad.Onderzijde: De benadering van de vloer tot nog toeis die vanaf de bovenzijde. De onderzijde echter kanwel eens een heel ander verhaal zijn. Maar zoals wede bovenzijde beschouwen moeten we ook de onder-zijde van de vloer beschouwen.XC: Waar is de vloer op aangebracht? Als de vloer opeen folie is gestort, dan kan er geen koolstofdioxideuit de lucht in de poriën van het beton binnendrin-gen. We praten dan over een permanent natte situ-atie (XC1). Als de vloer op een zandbed zonder folieligt en staat er niet permanent grondwater tegen-aan, dan komen we eerder uit in XC2.XD: Hoofdgroep XD is op de onderzijde niet van toe-passing omdat er geen chloriden te verwachten zijn.Dit kan anders zijn als er chloridehoudend grond-water tegen de vloer staat (bijvoorbeeld brakwater)en er geen folie is aangebracht.XS: Hoofdgroep XS is meestal niet van toepassing.XF: De XF groep is verder niet van toepassing.XA: Hoofdgroep XA is alleen van toepassing als degrond of het grondwater chemische stoffen bevat diehet beton kunnen aantasten (zie ook voorbeeld 2).Conclusie: Er zijn nogal wat combinaties van milieu-klassen mogelijk. Dit is afhankelijk van het ontwerpen het gebruik van de opslaghal en de plaats waar deopslagloods staat. Het is niet mogelijk te stellen dateen bedrijfsvloer automatisch in één bepaaldemilieuklasse valt. We moeten alle informatie verza-melen en dan keuzes maken welke milieuklassenvan toepassing zijn.Vervolg: Er moet een overzicht gemaakt wordenvan de van toepassing zijnde milieuklassen aan debovenzijde en de onderzijde. De constructeur en debetontechnoloog kunnen vervolgens de maatgevendemilieuklassen selecteren.Voorbeeld 2: funderingenLaten we eens kijken naar de vragen rondom beton-nen funderingen.X0: Meestal hebben we te maken met een gewapendefundering. Dit betekent dat X0 vervalt. Bij ongewa-pende funderingen die niet in aanmerking komenvoor de hoofdgroepen XF en XA is X0 wel mogelijk.XC: Voor dat deel van de fundering dat permanentonder water staat geldt XC1. Voor het gedeelte van defundering dat in de zone zit waar tussen het grond-waterpeil zich beweegt, komen we uit op XC2. Stekende funderingen boven de grond uit, maar zijn ze welbeschut, dan komt XC3 om de hoek kijken. En als defundering boven de grond uit komt, maar onbeschutin weer en wind staat, dan is XC4 van toepassing.XD: Meestal is XD niet van toepassing op funderin-gen omdat er geen chloridebron is. Als het grondwa-ter veel chloriden bevat (brakwater), dan zou XD wel13|21 Betoniek januari 2006 7tot de mogelijkheden behoren.XS: Dit is alleen van toepassing als de funderingin of aan zee toegepast wordt.XF: Meestal is dit niet van toepassing. Mocht defundering echter boven de grond uitsteken, dan zouer een mogelijkheid kunnen zijn dat water op hetbetonoppervlak bevriest. Als duidelijk is of er eventu-eel op of nabij de fundering gestrooid wordt, dankan een indeling in XF worden gemaakt.XA: Een fundering ligt niet vanzelfsprekend inhoofdgroep XA. We moeten eerst vaststellen of eragressieve stoffen in de grond of het grondwatervoorkomen die het beton kunnen aantasten.Daarna kan eventueel een indeling worden gemaaktin een XA klasse. Zie hiervoor tabel 5 op de achter-zijde van het uitvouwblad.Conclusie: Er zijn veel soorten funderingen. De éénstaat gedeeltelijk boven de grond en de ander ver-dwijnt er geheel in. Dit heeft invloed op de milieu-klasse. Daar komt bij dat de samenstelling van degrond en het grondwater bepalen of er sprake is vaneen XA klasse.Bouwput, onderwaterbeton met paalkoppenVoorbeeld 4. GeluidsschermIn dit voorbeeld kijken we naar een geluidsscherm,uitgevoerd in gewapend beton langs een weg.De betonnen elementen staan buiten, onbeschutin weer en wind: milieuklasse XC4.Als XD van toepassing is, dan heeft dat te makenmet opspattend water van de weg waarop eerderdooizouten zijn gestrooid. Hoever moet dit geluids-scherm van de weg liggen voordat we niet meer spre-ken van een spatzone? Is de weg voorzien van ZOABof niet? Een eensluidend antwoord is niet te geven,want de ene soort asfalt zorgt voor meer opspattendwater dan de andere soort. Hier moet de ontwerperzelf beslissen wat van toepassing is.XS is alleen van toepassing als het geluidsscherm13|21 Betoniek januari 20068Voorbeeld 3. WoningbouwIn dit voorbeeld kijken we naar een binnenblad vaneen spouwmuur. Hierbij valt op dat we te makenhebben met een droge omgeving, die meestal ookwel wordt verwarmd. Dat resulteertbij een gewapen-de wand al snel in XC1. In een woning hebben wemet een verticale wand niet te maken met chloriden(al dan niet van zee). Dit betekent dat XD en XS nietvan toepassing zijn. Vorst en een agressieve omge-ving liggen ook niet voor de hand en daarmee kun-nen XF en XA vervallen.Dit voorbeeld maakt duidelijk dat je snel voor allehoofdgroepen kunt nagaan of ze van toepassing zijnof niet.woningbouw13|21 Betoniek januari 2006 9langs de kust is gelegen. XF is altijd van toepassing.De verticale wand is beperkt verzadigd met water.Als het geluidscherm in de spatzone ligt, hebbenwe te maken met dooizouten (XF2). Valt het schermbuiten de spatzone, dan komen we in XF1 terecht.Hoofdgroep XA is hierop meestal niet van toepas-sing.Tot slotDe voorbeelden spreken voor zichzelf. Er is geenstandaardantwoord op de vraag welke milieuklassevan toepassing is. Er moeten eenvoudige en moeilij-ke vragen beantwoord worden om tot de juiste keuzete komen. Dit kan situaties opleveren waarin bewustvoor zwaardere milieuklassen wordt gekozen als nietalle benodigde informatie beschikbaar is. We moetenechter nooit vergeten dat het verzwaren van de eisenten aanzien van duurzaamheid ook zijn effect heeftop de mengbaarheid, verwerkbaarheid, (eventuele)verpompbaarheid, verdichtbaarheid en kostprijsvan het beton. Deze aspecten zijn ook van belangvoor het vervaardigen van een duurzame beton-constructie.Geluidscherm A2 te Maastricht13|21 Betoniek januari 200610ColofonBetoniek is een praktijkgerichtvoorlichtingsblad op het gebied van debetontechnologie en verschijnt 10 keerper jaar. In de redactie zijn vertegen-woordigd: ENCI, MEBIN, CUR, BAM Civielen de Bouwdienst Rijkswaterstaat.Uitgave: ENCI MediaPostbus 3532,5203 DM 's-HertogenboschRedactie: 073 - 640 12 31E-mail: encimedia@enci.nlWebsite: www.enci.nlAbonnementen/adreswijzigingen:Abonnementen en adreswijzigingenvoor betoniek worden verzorgd door:Betapress Abonnementen ServicesPostbus 97, 5126 ZH Gilzetel: 0161 - 45 95 86fax: 0161 - 45 29 13email: betoniek@Betapress.Audax.nlAbonnementsprijzen 2006:Nederland 1 21,00België 1 22,00Overige landen 1 29,00Aanmeldingen/opzeggingen:Abonnementen kunnen op ieder gewenstmoment ingaan en worden automatischvoor een jaar verlengd, tenzij één maandvoor vervaldatum schriftelijk wordt opge-zegd.Overname van artikelen en illustratiesis toegestaan, onder voorwaarde vanbronvermelding.ISSN 0166-137xBeton bestellenBij het bestellen van betonspecie is het van belang dat de aannemer aande betoncentrale duidelijk maakt aan welke eisen de betonspecie moetvoldoen. Dat betreft ten minste de eisen aan de verwerkbaarheid van debetonspecie en aan de eigenschappen van het verharde beton.In de nieuwe betonvoorschriften NEN-EN 206-1 en de Nederlandse aan-vulling NEN 8005 gaat dat op een aantal punten toch anders dan wegewend waren. Nieuwe termen en definities en soms méér te benoemeneigenschappen. In de volgende aflevering Betoniek zetten we alles nogeens overzichtelijk voor u op een rijtje.In onze volgende uitgaveFoto pagina 1: Bedrijfsvloer13|21 Betoniek januari 2006nieuwsBeeld schoon betonIne ter BorchDen Bosch: ENCI Media, 2005132 pagina'sISBN-10 90-71806-61-8Het boek Beeld Schoon Beton iseen `smaakmaker' om ontwerpersen opdrachtgevers enthousiast temaken voor de esthetische kwali-teiten van schoon beton. Maar hetis meer dan een plaatjesboek.Het geeft tevens technische infor-matie over hoe deze esthetischekwaliteit tot stand komt.Het boek is opgezet vanuit hetbeeld. Voorts is het esthetischebeeld vertaald naar de techniek.Beeld Schoon Beton slaat een brugtussen de denkwereld en taal vande ontwerper en die van de bou-wer/producent, met als doel deonderlinge communicatie te ver-beteren, in het belang van de uit-eindelijke kwaliteit.Naast de foto's en teksten bevathet boek ook een beeld-CD metfoto's van betonoppervlakken dievrij kunnen worden gebruikt alsreferentiemateriaal.Beeld Schoon Beton' is tot standgekomen als een gezamenlijkeinspanning van VOBN (betonmor-tel), BFBN/BELTON (prefab beton)en ENCI (cement), met medewer-king van ABT adviseurs voorbouwtechniek.Hoofdstukindeling: Sferen enexpressies in beton - Van sfeernaar specificatie - Techniek prefab- Techniek in het werk gestortHet boek is verkrijgbaar vanaf26 januari 2006 en kost 34,50.Voor meer informatie over hetboek en de bestelwijze kunt ucontact opnemen met ENCIMedia, encimedia@enci.nl.Tijdens GevelTOTAAL 2006 (zie de agenda hiernaast) is hetboek tegen een gereduceerde prijste koop bij de gezamenlijk standvan ENCI en BFBN.agenda25-27 januari 2006GevelTOTAAL 2006, RotterdamMeer informatie: www.geveltotaal2006.nl7 februari 2006De Constructeur en de NEN-EN206-1/NEN 8005, UtrechteMeer informatie: www.betonvereniging.nl14 februari 2006Boortunnels Rotterdam,onderdeel van Randstadrail,RotterdamMeer informatie: www.betonvereniging.nl14-16 februari 200650. Betontage "Concrete solutions",Neu-UlmMeer informatie: www.betontage.de15 februari 2006GevelTOTAAL 2006, RotterdamMeer informatie: www.geveltotaal2006.nl14-16 februari 200650. Betontage `Concretesolutions', Neu-UlmMeer informatie: www.betontage.de15 februari 2006Ledenvergadering Stutech,Den Bosch Onderwerpen o.a.interactie hulpstoffen en cementen chromaatreductieMeer informatie: www.stutech.nl13-14 maart 20066th European Cement Conferenceand Exhibition, LondenMeer informatie:www.propubs.com/ec200613-16 maart 2006Betonpaviljoen, Den BoschMeer informatie: www.betonpaviljoen.nl14-19 mei 2006Cursus betonmicroscopie, DelftMeer informatie: www.betonpaviljoen.nl9 juni 2006Betonkanorace, LeeuwardenMeer informatie: www.betonvereniging.nl3-4 augustus 2006Advanced testing of freshcementitious materials, Stuttgart (D)Meer informatie:www.cement-testing2006.de13 21B A N D U I T G AV Ejanuari 2 0 0 6LiteratuurInternetSpecialist gezocht(www.dacam.nl)Sinds het begin van 2005 is het bedrijf Dacam inNederland actief. Deze onafhankelijke organisatiestelt zich ten doel om vraag en aanbod op het gebiedvan betonherstel, reparatie van kelderlekkages envloersystemen samen te brengen.Organisaties kunnen via de website aangeven waar-voor een specialist of advies gevraagd wordt. Binnen24 uur wordt er vervolgens door een of meer expertseen afspraak gemaakt. Desgewenst ontvangt de vra-ger daarna binnen 21 dagen een advies en een offer-te.Dacam Nederland is gevestigd in Almere en is bereik-baar via haar website of via telefoonnummer 036 -8440945.13|21 Betoniek december 2005ProductenZelfreinigend betonIn de Belgische kustplaats Oostende wordt voor heteerst zelfreinigend beton e dito glas toegepast.Inititafnemer is de bouwpromotor Groep Versluys.Versluys vond het zelfreinigende beton bij eenBelgische betonfabrikant en besloot het als eerste inde Benelux toe te passen. Dit bijzondere beton, datvoorzien is van titaandioxide, siert de gevel van hetappatementengebouw Commodore. In contact metzonlicht heeft het beton een fotocatalytisch effect.Bart Versluys: 'Dat zorgt ervoor dat de organischevervuiling die zich vasthecht aan het beton, automa-tisch wordt afgebroken'.Het beton is 40 procent duurder dan gewoon betonmaar daar staat tegenover dat men de gevel de eerstedecennia niet hoeft te zandstralen. En om het ver-schil te tonen tussen gewoon beton en het zelfreinig-de beton beton wordt een klein stukje gevel voorzienvan traditioneel beton.Het beton is niet de enige nieuwigheid in ditgebouw. Ook met het glas wil Versluys vernieuwendwerken. Daarom wordt een glas met zelfreinigendeeigenschappen toegepast. Op het glas is een coatingaangebracht met dezelfde fotocatalytische eigen-schappen als het beton. Testen hebben laten zien datde ramen heel wat minder gereinigd hoeven worden.Bovendien zou de isolatie van dit glas drie keer beterzijn dan die van de traditionele dubbele beglazing.2 Corrosie ingeleid door carbonatatieVoor beton dat wapening of andere ingesloten metalen bevat en is blootgesteld aan lucht en vocht, moeten de volgende milieuklasseoor beton dat wapening of andere ingesloworden aangehouden:OPMERKING De vochtconditie heeft betrekking op de betondekking op de wapening of op andere ingesloten metalen. In veel gevallenkan de vochtconditie in de betondekking worden aangenomen hetzelfde te zijn als die van de omringende omgeving. In die gevallenkan de indeling van de omringende omgeving in milieuklassen volstaan. Dit zal echter niet het geval zijn indien het beton van deomringende omgeving is afgesloten.X0 Voor beton zonder wapening of ingeslotenmetalen: alle milieus, behalve bij vorst/dooi,afslijting of chemische aantastingVoor beton met wapening of ingesloten metalen:zeer droogBeton binnen gebouwen met zeer lageluchtvochtigheidXC1XC2XC3XC4Droog of blijvend natNat, zelden droogMatige vochtigheidWisselend nat en droogBeton binnen gebouwen met lage luchtvochtigheidBeton blijvend onder waterBetonoppervlakken langdurig in contact met waterVeel funderingenBeton binnen gebouwen met matige of hoge lucht-vochtigheid Beton buiten beschut tegen regenBetonoppervlakken in contact met water, maar dieniet onder milieuklasse XC2 vallenKlasse-aanduiding Beschrijving van het milieu Informatieve voorbeelden waar de milieuklassenzich kunnen voordoen1 Geen risico op corrosie of aantasting3 Corrosie ingeleid door chloriden anders dan afkomstig uit zeewaterVoor beton met wapening of andere ingesloten metalen, blootgesteld aan water dat chloriden, inclusief dooizouten, bevat die komenuit andere bronnen dan zeewater, moeten de volgende milieuklassen worden aangehouden:OPMERKING Voor vochtcondities wordt ook verwezen naar onderdeel 2 van deze tabel.XD1XD2XD3Matige vochtigheidNat, zelden droogWisselend nat en droogBetonoppervlakken blootgesteld aan chloridenuit de luchtZwembaden Beton blootgesteld aan chloride-houdend industriewaterBrugdelen blootgesteld aan chloridehoudend spat-water Verhardingen Vloeren van parkeerplaatsenvoor voertuigen4 Corrosie ingeleid door chloriden afkomstig uit zeewaterVoor beton met wapening of andere ingesloten metalen, blootgesteld aan chloriden uit zeewater of aan lucht dat zout uit de zee beoor beton met wapening of andere ingeslomoeten de volgende milieuklassen worden aangehouden:XS1XS2XS3Blootgesteld aan zouten uit de lucht, maar niet indirect contact met zeewaterBlijvend onder zeewaterGetijde-, spat- en stuifzones.Constructies bij of aan de kustDelen van constructies in zeeDelen van constructies in zee.5 Aantasting door vorst/dooi-wisselingen met of zonder dooizoutenIndien beton is blootgesteld aan flinke vorst/dooi-wisselingen en nat is, moeten de volgende milieuklassen worden aangehouden:XF1XF2XF3XF4Niet volledig verzadigd met water, zonderdooizoutenNiet volledig verzadigd met water, met dooizoutenVerzadigd met water, zonder dooizoutenVerzadigd met water, met dooizouten of zeewaterVerticale betonoppervlakkenVerticale betonoppervlakken van wegconstructiesblootgesteld aan vorst en met de lucht meegevoer-de dooizoutenHorizontale betonoppervlakken blootgesteld aanregen en vorstWegen en brugdekken blootgesteld aan dooizoutenBetonoppervlakken blootgesteld aan directgesproeide dooizouten en vorst Spatzones vanconstructies in zee blootgesteld aan vorst6 Chemische aantastingIndien beton is blootgesteld aan chemische aantasting door natuurlijke grond en grondwater, zoals aangegeven in tabel 5, moeten demilieuklassen worden aangehouden zoals hieronder is aangegeven. De indeling van zeewater hangt af van de geografische ligging,zodat de indeling die geldt op de plaats van gebruik van het beton van toepassing is.OPMERKING Het kan nodig zijn een speciale studie te verrichten om de van toepassing zijnde milieuklasse vast te leggen in geval OPMERKING Het kan nodig zijn een speciale st· waarden buiten die van tabel 5;· andere agressieve chemicaliën;· chemisch verontreinigde grond of chemisch verontreinigd water;· hoge watersnelheid in combinatie met de chemicaliën volgens tabel 5.XA1XA2XA3Zwak agressief chemischMatig agressief chemischSterk agressief chemischmilieu volgens tabel 5milieu volgens tabel 5milieu volgens tabel 5Tabel 4 Indeling milieuklassenHet agressieve chemische milieu, zoals hieronder ingedeeld, is gebaseerd op natuurlijke grond en grondwater met een water-/grond-temperatuur tussen 5 0 C en 25 0 C en een zo lage watersnelheid dat een statische situatie wordt benaderd.De ongunstigste waarde van alle afzonderlijke chemische bestanddelen bepaalt de klasse.Indien twee of meer agressieve bestanddelen tot dezelfde klasse leiden moet aan het milieu de naasthogere klasse worden toegekendndien twee of meer agressieve bestanddtenzij een speciale studie voor een dergelijk bijzonder geval aantoont dat dit niet nodig is.a Kleigrond met een doorlaatbaarheid kleiner dan 10 -5 m/s mag in een lagere klasse worden geplaatst.b De beproevingsmethode schrijft de extractie voor van SO2-4 door middel van zoutzuur; als alternatief mag de extractie met behulpvan water worden toegepast, indien op de plaats van gebruik van het beton ervaring beschikbaar is.c Indien gevaar bestaat voor opeenhoping van sulfaationen in het beton ten gevolge van nat/droog-wisselingen of capillaire opzuigiIndien gevaar bestaat voor opeenhoping vmoet de grenswaarde van 3000 mg/kg worden verlaagd tot 2000 mg/kg.ChemischebestanddelenGrondwaterSO42- mg/lpHCO2 mg/l agressiefNH4+ mg/lMg2+ mg/lGrondSO42- mg/kga totaalZuurgehalte ml/kgReferentiebeproevings-methodeEN 196-2ISO 4316prEN 13577:1999ISO 7150-1 of 7150-2ISO 7980EN 196-2bDIN 4030-2XA1= 200 en = 600= 6,5 en = 5,5= 15 en = 40= 15 en = 30= 300 en = 1000= 2000 en = 3000 cXA2> 600 en = 3000< 5,5 en = 4,5> 40 en = 100> 30 en = 60> 1000 en = 3000> 3000 c en = 12000XA3> 3000 en = 6000< 4,5 en = 4,0> 100 en tot verzadiging> 60 en = 100> 3000 tot verzadiging> 12000 en = 24000> 200 Baumann Gully Niet aangetroffen in de praktijkTabel 5 Grenswaarden voor de milieuklassen met chemische aantasting
Reacties