Scheurvorming en gewapend beton zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Het is daarom van groot belang om goed te kunnen rekenen aan scheurvorming. Om meer inzicht te krijgen in rekenmodellen is een SBRCURnet-commissie in het leven geroepen die graag gebruikmaakt van uw input. Met een uurtje aandacht kun je al veel betekenen!
Gewapend beton kan eigenlijk niet zonder het optreden van scheurvorming. De wijdte van de scheuren moet echter worden beheerst omwille van duurzaamheid, stijfheid, beoogde functionaliteit van de constructie (bijvoorbeeld waterdichtheid) of esthetiek. Ondanks de aandacht die er aan wordt besteed is het doen van betrouwbare voorspellingen van de scheurwijdte een lastige opgave, die tot veel discussie leidt in de beroepspraktijk. Dit geldt voor beton onder belasting, maar in versterkte mate als er sprake is van trekspanningen die worden veroorzaakt door verhinderde vervormingen.
Om scheurvorming in gewapend beton betrouwbaar te voorspellen, worden er in Nederland meerdere modellen gebruikt. Alleen al in de huidige NEN-EN-1992 worden twee methoden beschreven voor het toetsen van scheurvorming. Buiten deze norm zijn er nog vele andere methoden, die op basis van gelijkwaardigheid of door aansturing vanuit de opdrachtgever, ook als betrouwbaar worden beschouwd.
Hoewel er analytisch vaak het nodige kan worden aangetoond met betrekking tot scheurvorming, blijkt in de praktijk vaak dat de constructies grotere scheuren vertonen dan verwacht, waarna de discussie tussen opdrachtgever, aannemer en constructeur al snel op gang komt. Een gevolg is vaak dat de scheuren moeten worden geïnjecteerd. Voorkomen van dit traject levert in het ontwerp vaak hoge wapeningspercentages, die evenzo leiden tot een discussie tussen de diverse partijen.
Om deze discussies meer houvast te geven, is de SBRCURnet-commissie ‘Scheurwijdtebeheersing van betonconstructies’ opgericht. Deze commissie heeft als doel meer inzicht te krijgen in de gehanteerde rekenmodellen in Nederland en de juistheid van deze modellen. Maar ook in hoe er in Nederland omgegaan wordt met de parameters in deze modellen. De blik zal worden verbreed door te kijken hoe er in andere landen omgegaan wordt met de berekening van scheurwijdte. Wat zijn de achtergronden van deze modellen en hoe kunnen de verschillende rekenmodellen misschien verbeterd worden om zo tot betrouwbaardere voorspellingen te komen voor scheurvormingsberekeningen in de toekomst? Het uiteindelijke doel is te komen tot een CUR-Aanbeveling.
Voor dit onderzoek heeft de SBRCURnet-commissie uw hulp hard nodig. Met een korte casus ‘keldervloer-wand aansluiting’ wil de commissie u vragen om uw scheurwijdteberekeningen toe te passen op deze case. Om een CUR-Aanbeveling te kunnen schrijven waar de bouwwereld iets aan heeft, is een goed inzicht benodigd in de verschillende zienswijzen op de berekeningsmethoden en de problemen waar ingenieurs op dit moment tegen aanlopen. Het maakt daarom niet uit of u veel of weinig ervaring heeft met het maken van scheurwijdteberekeningen. Iedere constructeur die ooit een scheurwijdteberekening heeft gemaakt kan meedoen. De tijd die u nodig heeft om deze case volledig in te vullen bedraagt circa 1 uur. Wij hopen dan ook dat u de moeite wilt doen om deze tijd vrij te maken om hiermee onze aanbeveling voor de bouwwereld te versterken.
Is uw belangstelling gewekt? U kunt de casus direct downloaden.
Wij danken u bij voorbaat hartelijk voor uw tijd en moeite. Wij zullen alle inzendingen zorgvuldig en anoniem behandelen.
Namens de SBRCURnet-commissie ‘Scheurwijdtebeheersing van betonconstructies’
Tom van der Pouw en Maartje Dijk
Download de casus ‘keldervloer-wand aansluiting’.
Reacties