Nederland telt duizenden bruggen. In het nieuwe boek De Nederlandse brug worden veertig markante voorbeelden gepresenteerd. Deze rijk geïllustreerde uitgave brengt de geschiedenis van de bruggenbouw in Nederland in beeld: van de Sint Servaasbrug in Maastricht, de Magere Brug in Amsterdam tot de nieuwe Hanzeboog over de IJssel bij Zwolle.
De Nederlandse Bruggen Stichting bewandelt verschillende wegen om het onderwerp bruggen voor het voetlicht te brengen. Het kan gaan over de historie van de bruggen, de verschijningsvormen, de techniek en andere invalshoeken. Na het verschijnen van de beide delen van het standaardwerk ‘Bruggen in Nederland (1940 – 2000)’, werd al snel een volgende uitgave geopperd: ‘Markante bruggen’. De omschrijving markant is niet gemakkelijk. Een selectiecommissie heeft zich hierover gebogen en beoordelingscriteria opgesteld. Hun eerste voorstel telde heel wat meer bruggen dan de uiteindelijke selectie. Maar gaandeweg werd duidelijk hoe deze nieuwe uitgave gestalte te geven. Bruggen komen voor in heel uiteenlopende vormen, functies en grootte. We kennen stoere bruggen over grote rivieren, charmante bruggetjes over verstilde grachten en wat te denken van de grote variatie in beweegbare bruggen, van draaibrug naar ophaalbrug, basculebrug en vlotbrug.
Uiteindelijk ontstond in de tijd gezien de volgende vierdeling:
- Oud en vertrouwd
- Ruim baan voor de auto
- Techniek uitgedaagd
- Volop creativiteit.
Binnen deze vier thema’s is het boek opgebouwd aan de hand van bestaande bruggen. Alle bruggen kunnen door wie dat wil ‘in levende lijve’ worden bekeken. Van veel bruggen heeft de fotograaf Luuk Kramer recente opnamen gemaakt. Maar ook uit andere bronnen is illustratiemateriaal gekomen, bijvoorbeeld de beeldbank van de Bruggen Stichting. Binnen de verschillende soorten bruggen is naar aansprekende voorbeelden gezocht. Het gaat om verkeersbruggen, spoorbruggen, voetgangers- en fietsbruggen, vaste en beweegbare bruggen. Bij elke brug wordt de functie gegeven, de argumentatie waarom deze brug op deze plaats is te vinden, welke aandacht is besteed aan vormgeving, landschappelijke inpassing, wat waren de bijzonderheden en waar relevant, wat was de bouwwijze. Tevens is vermeld welke bruggen een monumentenstatus hebben.
In de Nederlandse infrastructuur hebben veel bruggen een leeftijd bereikt waarop moet worden getoetst of ze nog voldoen aan de eisen van de tijd. Dat leidt tot vragen zoals is uitbreiding nodig, renovatie of mogelijk vervanging. In alle gevallen vergt het een aanpak waarbij duurzaamheid, verstandig energiebeleid en kostenbewust zijn de nodige aandacht vragen. Infrabeheerders als Rijkswaterstaat en bijvoorbeeld gemeenten werken daarin samen met marktpartijen. Dit nieuwe boek helpt om grip te krijgen op deze soms complexe materie.
Bruggen vormen een integraal onderdeel van onze samenleving en ze mogen zich verheugen in een groeiende belangstelling. Een brug verbindt twee overkanten, ofwel twee werelden. Kennis van deze kunstwerken is niet alleen van belang voor de technici en al degenen die belangstelling voor deze kunstwerken hebben, maar zeker voor de toekomstige generatie ontwerpers en bouwers. Want het bouwen van bruggen is een uitermate boeiend vak.
auteurs: Elisabeth van Blankestein, Jan van den Hoonaard, Frans Remery, Pieter Spits
fotografie: Luuk Kramer
uitgave: Uitgeverij Toth i.s.m. de de Nederlandse Bruggen Stichting
uitvoering: gebonden, 28 x 24,8 cm, 208 pagina’s
ISBN: 978 90 6868 597 8
prijs: € 34,50 (tot 24 februari 2013 € 29,95)
Reacties