Een maandelijkse uitgave van deNederlandse Cementindustrieredactie-adresHerengracht 507 Amsterdamtelefoon 020-238531BasiscursusBetontechnologieIn ons jaarlijks verslag van het examen Beton-technologie CB 1 (BETON/EK 4/4) wezen weer reeds op dat deze cursus in steeds brederekring belangstelling geniet. Dit laatste is ookde opzet van dergelijke cursussen,gegevendoor de Betonvereniging in samenwerking metde Stichting Cursussen Materialenkennis.Het is niet de bedoeling te concurreren met hetbestaande dagonderwijs op allerlei niveausof met andere bestaande opleidingen, in welkevorm dan ook. Het is echter een bekend ver-schijnsel dat het 'normale' onderwijs nietaltijd kan voorzien in de behoefte van het be-drijfsleven. Uiteraard treedt dit vooral aan dedag bij zich snel ontwikkelende, specialistischevakgebieden. Hiertoe kan zeker ook de beton-technologie worden gerekend.Enkele tientallen jaren geleden werd, als onder-deel van bouwkundige opleidingen,. slechtszeër globaal aandacht besteed aan dit vak.De cursus Betontechnologie CB 1 bleek in 1959direct een schot in de roos. Vanaf dat jaarwerden in totaal ca. 1500gediplomeerde beton-technologen afgeleverd!Naast deze cursus bleek behoefte te ontstaanaan scholing zowel op lager als op hogerrilveau, Aan het eerste werd tegemoet gekomendoor :de cursus Betonpraktijk CB 2, gestart in1966.Aan het tweede bleek moeilijker te voldoen.Toch werd in 1975 begonnen met de kortecursussen CB 0 en wel met het onderwerp'Kwaliteitscontrole volgens de VB 1974'.1juni 1977Gelukkig werd het streven naar een veelbredere opzet van de CB 0 cursussen min ofmeer achterhaald door de postdoctorale cursusBetonkunde van de afdeling Civiele Techniekvan de TH-Delft, die in september van dit jaarvoor de derde achtereenvolgende maal vanstart zal gaan. Het oorspronkelijk streven vanCB 0, namelijk het behandelen door erkendevakspecialisten van bepaalde onderwerpen uitde materiaaltechnologie, behorende bij hetbouwen in beton, wordt door deze opleidingvoor een groot deel verwezenlijkt.Reorganisatie BetonverenigingInmiddels stond op andere punten de ontwik-keling ook niet stil. Met het tot stand komenvan de reorganisatie van de Betonvereniging in1976 werd de verantwoording voor alle oplei-dingen van de Betonvereniging door het be-stuur gedelegeerd aan de Commissie Onder-wijs. Daardoor kon de zo broodnodigecoördinatie en waar nodig de sanering van aldeze cursussen tot stand komen.Stichting Cursussen MaterialenkennisPassend in het beleid van de Betonverenigingwerden, naast de reeds door de Stichting be-heerde cursussen Betontechnologie en Voor-spantechnlek, ook de andere cursussen, zoalsdie voor bekistingen en voor toepassing vande computer, administratief bij de StichtingCursussen Materialenkennis te Den Haag on-dergebracht. Helaas werd enig roet in het etengeworpen door het abrupte beëindigen vande rijkssubsidie waarmee de verliezen van deStichting werden gedekt. De schade voor debetoncursussen blijkt echter nogal mee tevallen. De soms aanzienlijk verhoogde cursus-tarieven blijken toch door het bedrijfsleven teworden opgebracht.t t b......inzie vraag 2Vakcommissie TechnologieDe Commissie Onderwijs van de Betonver-eniging coördineert een aantal Vakcommissies,die ieder een bepaald gebied bestrijken. Zozijn er Vakcommissies voor ontwerp, voorwerkvoorbereiding en uitvoering en voor tech-nologie.In de Vakcommissie Technologie zijn uiteraardde 8etonvereniging en de Stichting CursussenMaterialenkennis vertegenwoordigd. De overigeledenkornen allen voort uit de groep 'mede-werkers cursussen betontechnologie'. Dezegroep levert docenten, auteurs van lesboeken,leden voor examencommissies en dergelijke.Binnen deze groep van ervaren betontechno-logen vindt ook de afstemming plaats van om-vangen niveau van cursussen en examens.Basiscursus BetontechnologieEnige jaren ervaring met de cursus Beton-praktijk CB 2 (zie ook BETON/EK 3/6) leiddetot de conclusie dat de deelnemers aan dezecursus in twee groepen uiteenvielen. In deeerste plaats waren daar de 'laboranten',mensen die in hun dagelijks werk te makenhebben met bemonsteren en onderzoeken vangrondstoffen en betonspecie. Daarnaast warener degenen die in de uitvoerende of toezicht-houdende sfeer te maken hebben met hetbouwen in beton. Dus niet alleen met stortenen verdichten, maar ook met allerlei aspectenvan bekisting en wapening.Feitelijk trachtte de cursus Betonpraktijk CB 2aan de wensen van beide doelgroepen te vol-doen. Dit bleek toch een onbevredigendesituatie. Na zorgvuldig overleg werd beslotendeze cursus geheel te herzien. Met ingang vandit cursusjaar werd gestart met de BasiscursusBetontechnologie, eveneens op het niveau 2zoals de Stichting Cursussen Materialenkennis2zie vraag 2deze aanduiding hanteert. Deze basiscursusis van beperkter omvang dan de voormaligecursus Betonpraktijk CB 2: zeven lesavondenin plaats van tien. De cursus bevat wel eenaantal dezelfde basiselementen en vormt ookeen zelfstandig, afgerond geheel.Na het met goed gevolg doorlopen van dezeBasiscursus 8etontechnologie dient men demogelijkheid te hebben zich verder te bekwa-men op dit niveau. En dat als betonlaborantof in de betonuitvoering. Om aan het eerstete voldoen wordt door de VakcommissieTechnologie thans de cursus 'BetonlaborantBV' voorbereid. Het ligt in de bedoeling reedsdit najaar, zij het op bescheiden schaal, metdeze cursus te starten. De Betonvereniging ende Stichting zullen deze cursus uiteraard opde gebruikelijke wijze annonceren.Voor de uitwerking van de tweede vervolg-cursus, gericht op de uitvoering, zijn door deVakcommissie Technologie contacten gelegdmet instanties die wat betreft deze nietspeciaal betontechnologische onderwerpenmeer deskundig zijn. Het zal echter nog weleven duren voor een dergelijke cursus zijnvorm gevonden heeft.De eerste Basiscursus Betontechnologie werdop 28 april j.L afgesloten met een examen.Van de 113 deelnemers behaalden 90 een vol-doende. Het examen werd, evenals bij Beton-praktijk CB 2, volgens het meerkeuzevraag-systeemafgenomen.Dus een goede gelegenheid voor alle lezers omzichzelf weer eens te testen! Op het examenwas hiervoor 2 uur beschikbaar.czie vraag 2Examen basiscursusbetontechnologie 1977Categorie ADe vragen en antwoorden zijn zodaniggeformuleerd dat slechts één antwoord goed is.1. Onder water-cementfactor verstaat men:a. de verhouding tussen het gewicht van detotale hoeveelheid water en het gewicht vande hoeveelheid cement in een mengselb. de verhouding tussen het volume van detotale hoeveelheid wateren het volume van dehoeveelheid cement in een mengselc, de verhouding tussen het gewicht van hetwater in de toeslagmaterialen en het gewichtvan de hoeveelheid cement in een mengseld. de verhouding tussen het gewicht van hettoegevoegde aanmaakwater en het gewichtvan de hoeveelheid cement in een mengsel2. Welke grafiek is juist (klasse-indelingcement)? (zie grafieken bovenaan blz. 2 en 3)3. Toeslagmateriaal moet worden opgeslagenopeen terrein met een vaste of verhardeondergrond. De belangrijkste reden hiervooris data. geen vermenging plaatsvindt tussen toeslag-materiaal en ondergrondb. men een betere afwatering verkrijgtc. het toeslagmateriaal niet kan wegzakkenin de ondergrondd. men de opslagruimte gemakkelijker kanschoonhouden3tc-c.-.ezie vraag 24. Doseringsvoorschrift luchtbelvormer: 15 cm"per zak cement. Hoeveel van deze hulpstofmoet men doseren voor m3betonspeciemet een cementgehalte van 320 kq/rn"?a. 120 cm"b. 144 cm"c. 480 om"d. 720 cm35. Een truckmixer is in principea. een vrije-valmengerb. een tegenstroommengerc. een meerfasenmengerd. een geforceerde menger6. Bij het bepalen van de verdichtingsmaatwordt een inzakking gemeten van 80 mmo Deverdichtingsmaat bedraagt dana. 0,8b. 1,20c. 1,25d.327. Om een indruk te krijgen van de sterkte-ontwikkeling van beton in het werk wordenproefkubussen gemaakt. kubussen moetenworden bewaard volgens dea. geschiktheidsproefb. verhardingsproefc. controleproefd. verhardingsproef of controleproef8. Het verdampen van water uit verse beton-specie veroorzaakt krimpverschijnselen. Dezekrimp noemt mena. uitdrogingskrimpb. plastische krimpc. temperatuurkrimpd. verhardingskrimp9. Een kubus met een ribbe van 15 cm weegt7965 gram. Het volumegewicht (volumiekernassaern) van deze kubus isa.b.2,36c.d.2,6410. Volgens de VB 1974 zou een beton-kwaliteit B 30a. in klasse I geleverd wordenb. klasse I geleverd moeten wordenc. in klasse 11 geleverd mogen wordend. in klasse 11 geleverd moeten wordene. in klasse I en 11 geleverd mogen worden11. Om na te gaan of de vereiste betonkwaliteitinderdaad wordt bereikt, worden proefkubussengemaakt volgensa. de geschiktheidsproefb. de verhardingsproefc. de controleproefd, de kwaliteitsproef12. Om te zorgen dat het wapeningsstaal zijntaak in het beton goed kan vervullen, moet menin de eerste plaats letten opa. de juiste plaats van de wapening in deconstructieb. de temperatuur in de betonconstructiec. de afstand tussen de wapeningsstavenonderlingd. de vorm van de betonconstructie42Transport van betonspecie met behulp vaneen betonpomp (vraag 23)13. Het principe van voorgespannen beton isgebaseerd opa.betere hechting tussen beton en staalb. toepassing van hogere staalkwaliteitC. het verkleinen van de doorbuigingd. het aanbrengen van drukspanning op dieplaatsen waar later bij belasting trek-spanningen ontstaan14. De belangrijkste grondstoffen voor hetmaken van portlandcementklinker zijna. kalksteen + gips + ijzeroxydeb. kalksteen + slak + kleic, kalksteen + klei + gipsd. kalksteen + ijzeroxyde + klei15. Cement is een hydraulisch bindmiddelomdata. het uitsluitend met water reageertb. het zowel onder als boven water verhardtc. het reactieprodukt niet meer in water oplostd. de combinatie van antwoord a en antwoord c16. Cementen op basis van portlandcement-klinker zijn cementen diea. altijd portlandcementklinker bevattenb. meer portlandcementklinker dan anderestoffen moeten bevattenc. niet onderling met elkaar mogen wordenvermengdd. uitsluitend portlandcementklinker moetenbevatten17. De cumulatieve zeefrest van een bepaaldzand op zeef 1 mm :is 30%; op zeef 250 ,umis de cumulatieve zeefrest 90%. Wat kan menzeggen over de cumulatieve zeefrest van ditzand op zeef 500a. kleiner danb. minstens 30% en hoogstensc. groter dand.18. Een zeefanalyse van een zand geeft devolgende zeefresten:zeef C 4 -zeef 2 mm -zeef 1 mm -zeef 500 -zeef 250 -zeef 125 -Wat is de cumulatieve zeefrest op de zeefa. 5°10b.c.d.19. Men maakt een mengsel van150 kg cement (s.g. 3,0)390 kg droog zand (s.g. 2,6)494 kg droog grind (s.g. 2,6)80 kg waterHoeveel liter betonspecie verkrijgt men als hetmengsel volledig wordt verdicht?a. 390 literb. 470 literc. 1000 literd. 111420. Als 1 m3 grind 40% holle ruimte bevat,hoeveel kg mortelspecie met een s.g. van 2,2is dan nodig om deze holle ruimte op tea. 182 kgb. 273 kgc. 880 kgd. 1320 kg21. Op het werk voegt men aan de lading vaneen truckmixer (4 m3 betonspecie) in totaal20 liter water toe. De betonspecie had voordieneen water-cementtactor van 0,52. Wat wordtnu de water-cementfactor?a.niet te berekenen met deze gegevensb. 0,02 hoger dan oorspronkelijkc. 0,05 hoger dan oorspronkelijkd. 0,08 hoger dan oorspronkelijk53Verdichten van betonspecie met behulp vaneen trilnaald (vraag 25)22. Wapeningsstaal is in dicht beton volledigbeschermd tegen roesten indiena. afhankelijk van de omstandigheden de juistedekking wordt aangehoudenb. het beton goed droog blijftc. in de betonspecie niet te grof grind werdgebruiktd. het beton na het ontklsten lang genoegwerd natgehouden23. Het pompen van betonspecie is een bijzon-der vaak toegepaste transportmethode omdata. de specie tijdens het transport al enigszinswordt verdichtb. de specie over grote afstanden kan wordenverplaatst zonder tussenkomst van mankrachtc. verschillen in de verwerkbaarheid van despecie geen invloed hebbend. hiermee beton vaneen hoge kwaliteit wordtverkregen24. Wanneer betonspecie mechanisch in be-weging wordt gehouden, moet de verwerkingvolgens de VB 1974 plaatsvindena. binnen één uur :na toevoeging van het aan-maakwaterb. binnen twee uur na toevoeging Van het aan-maakwaterc. zolang de trilnaald nog een vochtig glanzendoppervlak geeftd. binnen twee uur na aankomst op het werk25. Bij een juist gebruik van de trilnaald voorde verdichting van betonspecie zal mena. de trillende naald door zijn eigen gewichtin de specie laten zakken en meteen weeromhoogtrekkenb. de trillende naald door zijn eigen gewichtin de specie laten zakken en zo gauw hetoppervlak van de specie vochtig glanst denaald langzaam omhoogtrekkenc. de trillende naald door zijn eigen gewicht inde specie laten zakken en zo gauw het opper-vlak van de specie vochtig glanst de naaldsnel naast het werkingsgebied weer in despecie stekend. de trillende naald door zijn eigen gewichtin de specie laten zakken en voordat de specievochtig glanst langzaam omhoogtrekken26. Door het nabehandelen van beton wil menbereiken data. het water niet voortijdig uit de verhardendespecie verdamptb. het beton gelijkmatig wordt afgekoeldc. het beton onder de afdekking goedgeïsoleerd blijftd. een harde afwerklaag wordt verkregen voorgoede hechtinge. het oppervlak van de afwerklaag niet voor-tijdig wordt beschadigd27. Het kleinste te vertinnen oppervlak heefta. 1 kg zandb. 1 kg grindc. 1 kg van een mengsel van dit zand en grindd. 1 liter los gestort grind28. Bij het storten van een betonvloer bedraagtde zetmaat 6 cm. Door een misverstand wordtéén vloervlak gestort met een nattere specie,zetmaat 12 cm. Welke van de onderstaandebeweringen is juist?a. Het gedeelte dat met de nattere specie isgestort, moet langer worden nabehandeld(grotere scheurgevoeligheid door het meerderewater)b. Het natte gedeelte behoeft minder lang teworden nabehandeld (door meer water mindergevoelig voor uitdrogen)c. De periode van nabehandelen is alleen af-hankelijk van de temperatuur van de omgevingen wordt niet beïnvloed door droog of natstorten64Centrale voor de vervaardiging vanbetonspecie (vraag 30)29. De samenwerking van beton en staal ingewapend beton berust onder meer opa. staal kan evenals beton goed druk- en trek-krachten opnemenb. door het verharden van het cement ontstaataltijd een goede aanhechting tussen betonen staalc. beton en staal hebben dezelfde uitzettings-coëfficiëntd. beton is altijd volkomen waterdicht30. Een betoncentrale met een statlonalremenginstallatie noemt mena. een droge centraleb. een mengcentralec. een mobiele centraled. een natte centrale5Betontester (vraag 40)Categorie BGeen enkel antwoord, één antwoord of meer-dere antwoorden kunnen goed zijn.31. Enkele eisen waaraan bekistingen in hetalgemeen moeten voldoen, zijna. voldoende stevig zijn om weerstand te kun-nen bieden aan alle krachten die er op werkenb. zo veel mogelijk van staalplaat gemaakt zijnc, zodanig geconstrueerd zijn dat het stelleneenvoudig kan gebeurend. het bekistingsmateriaal moet voldoendeduurzaam zijn32. Een bekisting wordt vóór het storten voor-zien van een laagje ontkistingsmiddel opdata. hetbetonoppervlak niet wordt aangetastb. de bekisting dan roestvrij blijftc, het oppervlak waterafstotend moet wordengemaaktd. het ontkisten daardoor vereenvoudigd wordte. de betonspecie daardoor gemakkelijkerlangs de bekisting loopt33. Voor toepassing in gewapend beton kentmen de volgende staalkwaliteitena. FeB 200b. FeB 300c. FeB 400d. FeB 500e. FeB 60034. Wanneer betonspecie bij het storten overeen grotere hoogte dan ca. 1,5 m :kan vallen,moet(en) één of meerdere van de volgendemaatregelen worden genomena. een aardvochtige betonspecie gebruiken omontmenging te voorkomenb. stortluiken in de bekisting opnemenc. gebruik maken van stortkokersd. voldoende lang verdichten om de specieweer homogeen te makene. een vloeibare betonspecie gebruiken omwegspringen van het grind te voorkomen735. Eenluchtbelvormer kan worden gebruikta. voor hogere sterkteb. voor betere vorstbestandheidc. voor betere verwerkbaarheidd. als bindingsversneller36. Waarvoor dient het water in :de beton-specie?a. voor de chemische reactie met cementb. voor de verwerkbaarheidC, voor de nabehandelingd. voor hoge druksterkte van het beton37. De water-cementfactor heeft invloed op desterkte van het beton omdata. minder water en minder poriën hogeresterkte gevenb. cement voldoende water nodig heeft om tereagerenc. meer water het beton meer poreus maaktd. cement een hydraulisch bindmiddel is38. Verontreiniging in toeslagmaterialen kanschadelijk zijn voora. de hechting tussen beton en staalb. de sterkte-ontwikkeling van betonc. de hechting tussen cementsteen en toe-slagmateriaald. de verwerkbaarheid van de betonspecie39. Het verschijnsel bleeding treedt op wanneera. de specie te veel fijn materiaal bevatb. de specie te veel water bevatc, de specie te veel wordt verdichtd. de specie te veel uitdroogt40. Niet-destructief onderzoek kan worden uit-gevoerd meta. het beproeven van kubussen volgens decontroleproefb. het beproeven van kubussen volgens deverhardingsproefc. de terugslaghamerd. de betontesterAntwoordenCategorÎe A1.a,2.b,3.a,4.b,5.a,6.c,7.b,8.b,9.b,10.d,11. c, 12. a, 13. d, 14. d, d,16. a, 17. b, 18. c,19. b, 20. c, 21. a, 22. a, 23. b, 24. b, 25. b, 26. a,21. b, 28. a, 29. c,30. d.Categorie B31. a-c-d, 32. d, 33. a-c-d, 34. b-c, 35. b-c, 36. a-b,37. a-c, 38. b-c, 39. b-c, 40. c-d.8
Reacties