Beton is in onze bebouwde omgeving veruit het meest toegepaste bouwmateriaal. Dat is niet zonder reden. In alle sectoren ? woningbouw, utiliteitsbouw en infrastructuur ? wordt beton wel in een of andere vorm toegepast, vaak zonder dat we er uitgebreid bij stilstaan. Voor de generaties van nu is beton dus een gegeven. Maar hoe zit dat bij de generaties van morgen? Is voor hen het toepassen van beton straks net zo voor de hand liggend als voor ons nu? En als dat niet zo is ? en we trekken ons dat aan ? wat moeten we dan vandaag doen om de koers alsnog in de juiste richting te verleggen? Het antwoord ligt bij goed betononderwijs. Auteur:Henk Wapperom (Betonvereniging)
26 VAKBLAD I 3 2015
auteur Henk Wapperom Betonvereniging
BetononderwijsBetononderwijsBetononderwijs
in actiein actiein actiein actiein actiein actie
Beton is in onze bebouwde omgeving veruit het
meest toegepaste bouwmateriaal. Dat is niet zon-
der reden. In alle sectoren ? woningbouw, utiliteits-
bouw en infrastructuur ? wordt beton wel in een
of andere vorm toegepast, vaak zonder dat we er
uitgebreid bij stilstaan. Voor de generaties van nu
is beton dus een gegeven. Maar hoe zit dat bij de
generaties van morgen? Is voor hen het toepassen
van beton straks net zo voor de hand liggend als
voor ons nu? En als dat niet zo is ? en we trekken
ons dat aan ? wat moeten we dan vandaag doen
om de koers alsnog in de juiste richting te verleg-
gen? Het antwoord ligt bij goed betononderwijs.
H
et reguliere bouwtechnische
onder wijs in Nederland (mbo,
hbo en wo) speelt een cruciale rol in
het proces van kennisoverdracht
rondom beton. Goed betongerelateerd
onderwijs zorgt voor goed opgeleide
vakmensen en dus voor betere kansen
voor de toepassing van het materiaal
beton. Een tekort aan specifieke beton-
kennis kan leiden tot een verslechte-
ring van de concurrentie positie, tot
sub optimale toepassing van het mate-
riaal en een versterking van de
prijs concurrentiespiraal.
Beton in het curriculum
In de afgelopen twintig jaar is het
materiaal beton bij het mbo vrijwel
geheel verdwenen uit het curriculum.
Op het hbo is het materiaal goeddeels
in de afstudeerfase beland. Is de vraag
vanuit het bedrijfsleven naar goed
Over de rol van regulier en cursorisch
onderwijs en het bedrijfsleven
p26_Artikel 7 26 15-10-15 16:32
27 VAKBLAD I 3 2015
en verdieping aangeboden.
Leden van VOBN spannen zich in om
scholen en onderwijsinstellingen te
steunen. Veel betonmortelcentrales
ontvangen jaarlijks leerlingen voor een
rondleiding met uitleg. En veel mede-
werkers uit de industrie zijn naast hun
dagelijkse werk beschikbaar als docent
of gastdocent. Actuele kennis uit de
praktijk is daarmee gegarandeerd.
Samen met andere organisaties stimu-
leert VOBN het aanbieden van een
Minor Beton op mbo Bouw & Infra-
opleidingen. Deze minor voor mbo-
niveau 3 of 4 laat leerlingen kennismaken
met veel betonfacetten buiten de
bouwplaats. Naast praktijk- en theorie-
lessen worden excursies met gastles
gehouden bij een constructeur, wape-
ningscentrale, prefab-betonfabriek,
betonmortelcentrale, beton-recyclings-
bedrijf en dergelijke.
Op alle niveaus wil de branche kennis
delen, met name over innovaties en
duurzaamheid van het materiaal
betonmortel.
BFBN
In de prefab-betonindustrie is het voor-
namelijk de AB-FAB die zich actief bij
het onderwijs betrokken toont. De
Associatie van BetonFABrikanten van
constructieve elementen is een van de
sectorverenigingen binnen de BFBN.
De betrokkenheid bij het onderwijs
gaat terug tot de eeuwwisseling.
Omdat de vereniging ontevreden was
met de kennis van beton op het hbo,
werd geïnvesteerd in een omvangrijk
pakket aan lesmateriaal dat werd
bijeengebracht in het twee dikke
multomappen omvattende Handboek
Prefab Beton. Op basis van deze
gestolde kennis werden samen met
de Haagse Hogeschool en Hogeschool
van Arnhem en Nijmegen, lesmodules
prefab beton en voorgespannen beton
ontwikkeld. Die voorzien tot de dag
van vandaag in een behoefte. Inmid-
dels gebruiken tien van de dertien
hogescholen delen van de BFBN-lesmo-
dules. Om de lesmodules praktisch in te
vullen, worden de lessen verzorgd door
ervaringsdeskundige docenten die in
de prefab-betonindustrie werkzaam
zijn. De BFBN bemiddelt daarbij.
Dezelfde service geldt voor het verzor-
gen van incidentele gastlessen en
excursies naar productielocaties en
bouwplaatsen.
Cursorisch onderwijs
Aanvullend op het reguliere onderwijs,
bieden diverse organisaties verdie-
pende kennis aan met toegesneden
cursussen. Meestal spitsen deze cursussen
opgeleide vakmensen met kennis van
beton dan zo veel afgenomen? Nee,
dat is toch niet de praktijk. Uit een
enquête van VNconstructeurs uit 2012
naar de aanwezigheid van construc-
tieve competenties bij afgestudeerden
aan hbo en wo, bleek duidelijk dat
bedrijven de kennis van materiaalkunde
en uitvoeringstechniek wel degelijk
belangrijk vinden. Maar omdat het
reguliere onderwijs deze kennis niet of
onvoldoende aanbiedt, wordt dit dan
maar zo veel mogelijk in het werkveld
aangeleerd.
De wijze waarop opleidingsinstituten
als Betonvereniging en Civilion deze
vraag naar aanvullende kennis hebben
opgepakt, wordt goed gewaardeerd
door het bedrijfsleven. Toch overheerst
ook de gedachte dat deze situatie niet
zo kan blijven bestaan. Het bedrijfsleven
bemoeit zich daarom meer en meer
met het reguliere bouwtechnische
onderwijs, verzorgt gastcolleges en
biedt stageplekken aan. Ook andersom
maakt het onderwijs graag gebruik van
de aanvullende faciliteiten die het
bedrijfsleven biedt.
Het bedrijfsleven actief
In de betonsector fungeren BFBN en
VOBN, brancheverenigingen van
respectievelijk de prefab-betonindus-
trie en de betonmortelsector, op hun
terrein als intermediair tussen hun
leden en het onder wijs. Dat blijkt uit
het hiernavolgende.
VOBN
Sinds de leden van VOBN zich hebben
uitgesproken voor maatschappelijk ver-
antwoord ondernemen (MVO) en ook
voor het keurmerk Beton Bewust, is
nog duidelijker geworden dat kennis
een onlosmakelijk onderdeel is van het
product betonmortel. Kennis binnen
de bedrijven moet op niveau zijn en
up-to-date worden gehouden. Voor het
halffabricaat betonmortel moeten ook
de gebruiker en verwerker zijn
geschoold. Het reguliere mbo en hbo
zorgen voor de basiskennis. Met oplei-
dingen en trainingen van onder meer
de Betonvereniging wordt verbreding
1
Voor het halffabricaat
betonmortel moeten
ook de gebruiker en
verwerker zijn geschoold
foto: Reen van Beek,
A2 Maastricht
p26_Artikel 7 27 15-10-15 16:32
28 VAKBLAD I 3 2015
zich toe op algemene kennisgebieden,
zoals Bouwbesluit en projectmanage-
ment. De belangrijkste spelers op
betongebied zijn Betonvereniging en
Civilion. Waar de eerste zich vooral
richt op specifieke beroepen in de
betonsector, leidt de tweede op voor
functies in de infrasector (waarvoor
beton een belangrijk bouwmateriaal is).
Betonvereniging
De Betonvereniging is een vereniging
van aannemers, ingenieurs, bedrijven
en overheid en kent zowel bedrijfsleden
als persoonlijke leden. Alle hebben ze
affiniteit met beton. Kennisoverdracht
over beton staat centraal in haar doel-
stelling. Een van de belangrijkste activi-
teiten is daarom het organiseren van
cursussen, verdeeld over de vier aan-
dachtsgebieden technologie, construc-
tie, werkvoorbereiding & uitvoering en
onderhoud & reparatie. De curricula
van de cursussen sluiten nauw aan bij
wat mbo, hbo en wo 'afleveren'.
In de betonsector worden de diploma's
die de Betonvereniging afgeeft hoog
gewaardeerd. In relevante normen en
beoordelingsrichtlijnen, zoals NEN 8005,
BRL 1801 en BRL 3201, wordt het bezit
van een BV-diploma aangemerkt als
een kwaliteitsmaat voor bedrijven en
personen. De bekendste diploma's zijn
Betonlaborant BV, Toeslagmaterialen-
laborant BV, Betontechnoloog BV,
Betontechnologisch Adviseur BV,
Betonconstructeur BV (ASEng, BSEng en
MSEng), Betononderhoudskundige BV
en Betonuitvoerder/werkvoorbereider BV.
Om een van deze diploma's te kunnen
bemachtigen, moet vaak een heel tra-
ject van cursussen met goed gevolg
worden afgelegd.
Verder onderhoudt de Betonvereniging
contacten met het technisch onderwijs
op alle niveaus. In de zogenoemde
BestuursAdviesCommissie Onderwijs
wordt periodiek met vertegenwoordi-
gers van het onderwijs en het bedrijfs-
leven overlegd over de wederzijdse
behoeften. En voor sommige opleidin-
gen bestaan commissies waarbij de
curricula van de eigen opleidingen
samen met vertegenwoordigers van
het onderwijs tegen het licht worden
gehouden.
Civilion
Civilion is opgericht door en voor de
aannemersbedrijven in de Civiele
Betonbouw. De organisatie vormt een
platform waarop mensen samenkomen
die affiniteit hebben met techniek en
maatschappelijke verantwoordelijkheid
en verantwoord werken aan infrastruc-
tuur, watermanagement en energie-
voorziening. Op het terrein van oplei-
dingsbehoefte, actuele lesstof en
gastdocenten uit het bedrijfsleven,
werkt Civilion zeer nauw samen met
haar achterban, de civiele betonbranche.
Nieuwe opleidingsbehoeften worden
samengebracht in de Taakgroep
Arbeidsmarkt en Opleidingen, die valt
onder de Vakgroep Civiele Betonbouw
van Bouwend Nederland. Civilion zorgt
vervolgens voor het uitvoeren en facili-
teren van de gezamenlijke
ontwikkeling.
Actief heeft deze samenwerking
plaats in zogenoemde bbl-trajecten
(beroepsbegeleidende leerweg).
Hierin hebben leerlingen een arbeids -
overeenkomst met een werkgever in
de branche en volgen daarnaast één
2
Veel betonmortel
centrales ontvangen
jaarlijks leerlingen
voor een rondleiding
met uitleg
p26_Artikel 7 28 15-10-15 16:32
29 VAKBLAD I 3 2015
dag in de week een mbo- of hbo-oplei-
ding. Civilion biedt dergelijke opleidin-
gen momenteel aan op niveau 2 en 3
(mbo) en niveau 5 (tweejarige Associate
Degree hbo Civiele Betonbouw). Vanaf
volgend studiejaar komt daar nog het
in ontwikkeling zijnde bbl-niveau 4 bij.
Op het gebied van betontechnologie
worden voor alle niveaus gastlessen en
excursies verzorgd door deskundigen
uit de betonsector alsmede vanuit de
aannemerij. De programma's van de
verschillende betononderwerpen wor-
den op elkaar afgestemd, zodat er een
complementair curriculum ontstaat
zonder onnodige dubbelingen.
Kennistransfer en kennisvraag
Om inzicht te krijgen in het huidige
aanbod en een verbeteringsslag in te
zetten, wordt momenteel door een
aantal partijen gewerkt aan een zoge-
heten Actieplan Betononderwijs. In
adviseurstermen wordt hierbij een
transfer voorgesteld vanuit IST (analyse
van de huidige situatie) naar SOLL
(hypothesen met betrekking tot de
gewenste situatie). Daarbij is er aan-
dacht voor, in willekeurige volgorde:
(afstudeer)stages; hoe kunnen we de
markt van vraag en aanbod beter op
elkaar afstemmen en toegankelijk
maken;
stages en bijscholing voor docenten;
leermiddelen, inclusief laboratoria en
praktijkvoorbeelden;
(gast)colleges en adoptie van delen
van het onderwijs;
invloed op het curriculum, minors en
beroepenveldcommissies;
voorlichting en werving, open
dagen, studiekeuze (hulp vanuit de
sector);
excursies en bedrijfsbezoeken;
studieverenigingen;
honoursprogramma's en
baangarantie;
(regionale) banenmarkt en
carrièrebegeleiding;
borging van de kwaliteit van docenten
en opleidingen;
alumni.
Een heel aantal grote en kleinere acties
die niet alleen moeten worden opgezet,
maar ook onderhouden. In het verleden
zijn namelijk te vaak veelbelovende
initiatieven een vroege dood gestorven,
simpelweg omdat een of meer sleutel-
spelers stopten en er niet in opvolging
was voorzien. Om zulks te voorkomen,
zal de betonbranche aansluitend aan
het onderzoek langjarig het boven-
staande moeten gaan regisseren. De
betonbranche als kennismakelaar die
partijen aan elkaar koppelt en vraag en
aanbod op elkaar afstemt. Daarmee
kunnen de verschillende branche-
verenigingen zich naar hun achterban
toe profileren en het materiaal beton
in de maatschappij van een positief
imago voorzien. Succes is niet gegaran-
deerd; we kunnen het wel met elkaa r
afdwingen.
Voorbeeld 1: Minor Betonbouw
Een project dat als voorbeeld kan dienen voor succesvolle
participatie van het betonbedrijfsleven in het technisch
onderwijs, is de Minor Betonbouw. De pilot dateert van 2009,
toen Betonvereniging, VOBN en het Deltion College in Zwolle
(mbo) de handen ineen sloegen om de dreigende leegloop
aan kennis tegen te gaan. Dit initiatief resulteerde in een
lesprogramma van tien dagen, waarbij de (beton)lessen deels
door een docent van het Deltion College en deels door een
door het bedrijfsleven gesponsorde vakdocent worden gege-
ven. Het programma wordt aangevuld met gastlessen
verzorgd door werknemers van bedrijven in de regio, zoals een
betonmortelcentrale, prefab-betonbedrijf, ingenieursbureau,
bouwbedrijf, wapeningscentrale of bekistingsleverancier.
Natuurlijk worden daarbij ook excursies naar deelnemende
bedrijven en bouwprojecten georganiseerd. Behalve het
Deltion College hebben inmiddels ook het Albeda College in
Schiedam en het ROC Twente in Hengelo de Minor in hun
curriculum opgenomen.
Deze jaargang doen in het mbo de zogenoemde Herziene
Kwalificatiedossiers hun intrede. Binnen de hierin omschreven
Vrije Ruimte kunnen individuele scholen hun eigen accenten
aangeven, oftewel delen van het curriculum zelf invullen. Zo
kunnen ze zich onderscheiden van andere mbo's. Onder
leiding van Betonvereniging, VOBN en Deltion College wil de
betonbranche met de hier omschreven Minor Betonbouw
invulling geven aan deze Vrije Ruimte.
Voorbeeld 2: Uitvoering/werkvoorbereiding
Een mbo-student Infratechniek gaat na het behalen van
zijn diploma bij een aannemer aan de slag als assistent-
uitvoerder/werkvoorbereider in de civiele betonbouw. Om
zich al werkend in het vak te bekwamen, volgt hij bij Beton-
vereniging en Civilion de nodige vakgerelateerde cursussen.
Behalve met hun respectievelijke achterban overleggen beide
organisaties nauw met elkaar om het risico op overlap zo
gering mogelijk te maken. Op deze wijze kan iedereen zijn
eigen vervolgtraject in zijn ontwikkeling bepalen.
3
In de prefabbetonindustrie is het voornamelijk de
ABFAB die zich actief bij het onderwijs betrokken toont
p26_Artikel 7.indd 29 16-10-15 15:04
Reacties