Betoniek114|15 Betoniek juni 2008B A N D U I T G AV E14 15juni 2008 V a k b l a d V o o r b o u w e n m e t b e t o nbinnen de lijnen`Uit!' roept mijn tegenspeler bij het spelen van een partijtje tennis. De bal dieik heb geslagen blijft net niet binnen de lijnen en dat kost mij een punt. Ookbij andere sporten bepalen de lijnen het spel; neem de doellijn bij het voetbal.Iedere sport heeft zo zijn eigen lijnen.Ook bij beton hebben we lijnen en is het raadzaam om binnen deze lijnen teblijven. We hebben het dan over de korrelverdeling van het toeslagmateriaal.In deze Betoniek kijken we waarom we binnen de lijnen moeten blijven envooral ook binnen welke lijnen.2 14|15 Betoniek juni 2008Bij het samenstellen van een betonmengsel hebbenwe voor de korrelverdeling van het toeslagmate-riaal te maken met lijnen. Het gaat hierbij om delijnen van de ontwerpgebieden, of ? voor de watouderen onder ons ? de begrensde gebieden. Inde NEN 5950 (VBT) werden de begrensde gebiedenin de norm genoemd. Met het verschijnen van deNEN-EN 206-1 in combinatie met de NEN 8005lijken deze begrensde gebieden echter te zijn ver-dwenen. Met een norm die geldig is in heel Europa,waar verschillende soorten toeslagmateriaal enverschillende maximale korreldiameters wordengebruikt, is het onmogelijk eenduidige grenzen aante geven voor de korrelverdeling.Toch weten we dat er eisen gesteld moeten wordenaan de korrelopbouw van het toeslagmateriaalom een lage waterbehoefte (en daarmee een laagcementgehalte) en een dicht/gesloten beton tebereiken. In deze Betoniek gaan we in op de ach-tergronden van de eisen aan de korrelverdeling, of,zoals deze eisen tegenwoordig genoemd worden, deontwerpgebieden.twee componentenOm beton te maken zijn cement, water, zand engrind voldoende. We kunnen het zelfs nog verdervereenvoudigen: als we het zand en grind als kor-rels toeslagmateriaal zien en het cement en waterals de lijm die ze aan elkaar plakt. We hebben dantwee componenten: korrels in de vorm van toeslag-materiaal en lijm in de vorm van cementpasta.Als we op deze manier naar beton kijken, ligt hetvoor de hand te streven naar een minimale hoeveel-heid lijm. De kosten voor de lijm, de cementpasta,zijn namelijk hoger dan die voor het toeslagmate-riaal. Bovendien is de cementpasta gevoeliger voorkrimp en kruip. Maar, er zijn meer eigenschappendie beton moet hebben; we willen namelijk ook eendicht materiaal maken. Daarom moet er voldoendelijm aanwezig zijn om alle holle ruimtes te vullen.Om hierbij niet teveel lijm te gebruiken moeten wehet volume holle ruimte zo veel mogelijk zien tebeperken. We doen dit door eisen te stellen aan dekorrelopbouw van het toeslagmateriaal. Om deze tebegrijpen, beginnen we met een stukje uitleg overde korrelverdeling van het toeslagmateriaal.uitleg korrelverdelingWe beginnen de uitleg met de aanname dat hettoeslagmateriaal bestaat uit ronde korrels. In depraktijk is dit natuurlijk niet zo, maar het maaktde uitleg een stuk eenvoudiger. Later zullen weterugkomen op de effecten van het niet-rond-zijnvan het toeslagmateriaal.We gaan in eerste instantie uit van korrels metdezelfde afmetingen. Wanneer we deze korrels sta-pelen, zullen ze elkaar raken op de randen. Tussende korrels blijven er echter gaten over (zie figuur 1).Wanneer we ook kleinere korrels hebben, kunnendeze de gaten vrijwel geheel opvullen (zie figuur 2).We hebben dus korrels van verschillende afmetin-gen nodig om zo min mogelijk holle ruimte tussende korrels over te houden. Anders gezegd: we heb-ben een korrelverdeling nodig. Dit houdt in dat weweten welke korrelafmetingen en hoeveel van elkvan die korrelafmetingen er in het materiaal zitten.Om de korrelverdeling inzichtelijk te maken, gebrui-ken we een grafiek met daarin de cumulatieve mas-Figuur 1: Korrelstapeling met korrels met dezelfde korreldiameter. Figuur 2: Korrelstapeling met korrels met verschillende korreldiameter.314|15 Betoniek juni 2008Wanneer de korrelverdeling opschuift in de rich-ting van b, betekent dit dat er meer kleine korrelsaanwezig zijn. De ruimte tussen de grote korrelsis als het ware te klein, met als gevolg dat de grotekorrels op een grotere afstand moeten liggen om dekleine korrels de ruimte te geven (zie figuur 6).omhulling korrelsTot nu toe hebben we alleen naar de korrels gekeken,maar om beton te maken moeten we deze korrelsook aan elkaar lijmen. Om dit goed te laten gebeuren,moet iedere korrel worden omhuld door een lijmlaag,de cementpasta. Hierbij is het aanwezige oppervlakvan de korrels van belang. Dit bepaalt namelijk debenodigde hoeveelheid cementpasta. Het aanwezigeoppervlak is afhankelijk van de korrelgrootte. Kleinekorrels hebben in verhouding meer oppervlak dangrote korrels. We maken dit duidelijk aan de handvan een voorbeeld.We nemen ??n korrel met een diameter van 16 mm.Deze korrel heeft een oppervlak van 804 mm2. Wan-saverdeling. In deze grafiek staat op de horizontaleas de diameter van de korrel en op de verticale as decumulatieve massa. Een dergelijke grafiek hebbenwe eerder gezien. We kennen deze ook als een zeef-diagram van het toeslagmateriaal (zie figuur 3).Voor toeslagmateriaal in beton is de Fullerverde-ling een bekende korrelverdeling (zie `kader 1: Ful-lerverdeling' op de volgende pagina). Wanneer eenkorrelverdeling voldoet aan de Fullervergelijking,is het mogelijk met de korrels een volume te vullenzonder dat er een holle ruimte overblijft.Nu we de korrelverdeling weten waarbij er geenholle ruimte overblijft, kunnen we ook bedenkenwat er gebeurt als de korrelverdeling afwijkt vandeze lijn. We bespreken eerst de situatie dat erminder kleine korrels aanwezig zijn. In dit gevalkan niet alle ruimte tussen de grote korrels wordenopgevuld (zie figuur 5). De korrelverdeling zal indat geval verschuiven in de richting van a, zoalsaangegeven in figuur 4.01020304050607080901000,125 0,25 0,5 1 2 4 8 16 32zeefmaat in mmzeefdoorvalin%Figuur 3: Zeefdiagram van het toeslagmateriaalG(x)DiameterbaFiguur 4: Korrelverdeling volgens Fuller.Figuur 5: Korrelstapeling met te weinig kleine korrels. Er blijft ruimte overtussen de grote korrels.Figuur 6: Korrelstapeling met teveel kleine korrels. De grotere korrels liggenop een grotere afstand van elkaar.4 14|15 Betoniek juni 2008neer we nu hetzelfde volume in korrels met eendiameter van 8 mm nemen, hebben we acht korrelsnodig. Het oppervlak dat deze korrels hebben is 1608mm2. Dit is een verdubbeling van het oppervlak tenopzichte van de korrel met een diameter van 16 mm.In figuur 8 is voor een korrelverdeling met eenmaximale korrel van 32 mm de bijdrage van iederefractie aan het volume en het oppervlak aangege-ven. Uit dit figuur wordt duidelijk dat fracties metkleinere korrels weinig bijdragen aan het volume,maar veel aan het oppervlak. Neem bijvoorbeeldde korrels tot een diameter van 500 ?m. Deze heb-ben een beperkte bijdrage van 7 procent aan hetvolume. Bij het oppervlak daarentegen dragen dezekorrels 53 procent bij. Meer dan de helft van hetaanwezige oppervlak komt dus voor rekening vandeze korrels.Bij fracties van grotere korrels is het omgekeerd:deze dragen veel bij aan het volume, maar weinigaan het oppervlak. Wanneer we de fractie van 16tot 32 mm vergelijken, zien we dat de bijdrage aanhet volume 31 procent is. Dat is substantieel. Debijdrage aan het oppervlak is echter maar 3 pro-cent. Met deze kennis (kleine korrels geven opper-vlak en grote korrels volume) begrijpen we nu ookwaarom betonmengsels met een kleinere maximalekorreldiameter een hogere waterbehoefte hebben.Door de kleinere korrels is er meer oppervlak aan-wezig. Dit vraagt om meer cementpasta om de kor-rels te omhullen.korrelvormTot nu toe hebben we steeds over ronde korrelsgesproken. Hiervan weten we dat de verhoudingtussen volume en oppervlak gunstig is. Ze hebbeneen relatief klein oppervlak ten opzichte van hetvolume.Bij een andere korrelvorm zal deze verhoudingminder gunstig zijn. Bij een gelijk volume is er dusmeer oppervlak aanwezig. Zoals bekend, leidt meeroppervlak per volume tot meer cementpasta. Eenmengsel met rechthoekig toeslagmateriaal zal bijdezelfde hoeveelheid toeslagmateriaal dus meercementpasta nodig hebben. We herkennen dit vangebroken toeslagmateriaal. In figuur 9 is voor ver-schillende vormen, bij een gelijk volume, het op-pervlak weergegeven.35 %31 % 31 %22 % 22 %16 % 16 %11 % 11 %3 % 3 %4 % 4 %6 % 6 %8 % 8 %30 %25 %20 %15 %10 %5 %0 %korrelgroepoppervlak volume0,25 0,5 1 2 4 8 16 320,125 0,25 0,5 1 2 4 8 16Figuur 8: Bijdrage aan het volume en oppervlak van verschillende kor-relgroepen bij een korrelverdeling van 0,125 mm tot 32 mm.kader 1: FullerverdelingDe theoretische korrelverdeling van ronde korrels dieeen volume vullen waarbij geen holle ruimte over-blijft is in 1907 voor het eerst beschreven door Fuller .De vergelijking die deze korrelverdeling beschrijft is:G(x) is hierin de cumulatieve massaverdeling, x is dekorreldiameter en Dmax is de maximale korrelafme-ting. Uitgangspunt bij deze verdeling is de aanwezig-heid van korrels met een diameter van 0 tot Dmax.In de praktijk zullen vaak de hele kleine korrels in hettoeslagmateriaal ontbreken. Het toeslagmateriaalheeft een minimumafmeting: dmin. Met deze mini-male korreldiameter kan de vergelijking van Fulleraangepast worden tot:Met deze vergelijking kan de optimale korrelverde-ling worden berekend met korrels van dmin tot Dmax.0%10%20%30%40%50%60%70%80%90%100%0 DmaxxG (x) = DmaxFiguur 7: Fullerverdelingx - dminDmax - dminG (x) =514|15 Betoniek juni 2008korrelverdeling en verwerkbaarheidDe hoeveelheid cementpasta wordt niet alleen be-paald door de korrelverdeling, maar ook door de ver-werkbaarheid van betonmengsels. Bij een optimalekorrelverdeling zijn alle holle ruimtes gevuld metkorrels. Je zou kunnen stellen dat ieder korreltje eeneigen plek heeft. Dit heeft gevolgen voor de verdich-ting van de betonspecie na het storten. De korrels zijnna het storten namelijk willekeurig verdeeld. Om eenoptimale verdeling te bereiken moet elke korrel opzijn eigen plek terecht komen en dat is niet eenvou-dig. Dit heeft tot gevolg dat de betonspecie niet goedverwerkbaarheid is.Als er meer kleinere korrels aanwezig zijn, hebbende grotere korrels meer ruimte. Ieder korreltje heeftals het ware meerdere keuzemogelijkheden. Bij hetverdichten is het in dit geval minder moeilijk om deaanwezige korrels de juiste plek te geven. De verwerk-baarheid wordt daardoor beter.Nu lijkt het zo dat hoe meer kleine korrels er aan-wezig zijn, hoe beter dit is voor de verwerkbaarheid,maar hier zit natuurlijk wel een grens aan. Op een ge-geven moment zijn er weer zoveel kleine korrels datdeze elkaar in de weg gaan zitten bij het verdichten.Een goed verwerkbaar mengsel heeft daarom ietsmeer kleine korrels dan alleen vanuit het oogpuntvan de optimale korrelverdeling gewenst is, maar ookweer niet teveel.meer functies cementpastaTot nu toe beschouwden we de cementpasta alleen alslijm voor het toeslagmateriaal. De cementpasta heeftin beton echter nog meer functies. Zo vult de cement-pasta de holle ruimtes tussen de korrels. Om eendicht beton te krijgen moet de cementpasta alle holleruimtes tussen de korrels vullen. Er zal dus altijdmeer cementpasta aanwezig zijn dan noodzakelijk isals lijmlaag. Verder functioneert de cementpasta ookals smeermiddel tussen de korrels. Dit vereenvoudigthet storten en verdichten van betonspecie. Hierbijgeldt: hoe meer cementpasta aanwezig is, hoe gemak-kelijker de korrels kunnen bewegen.100%124%143%132%0%20%40%60%80%100%120%140%160%bol kubus piramide cilinderoppervlakin%vanoppervlakbolFiguur 9: Vergelijking van het oppervlak van verschillende vormen bij eengelijk volume.1 Winning van toeslagmateriaalHCZandenGrind6 14|15 Betoniek juni 2008wat betekent dit in de praktijk?We hebben nu een hele uiteenzetting over de in-vloed van de korrelverdeling op de mengselsamen-stelling en de eigenschappen van beton gehad. Devraag die overblijft is: wat betekent dit in de prak-tijk? Om deze vraag te beantwoorden is in figuur10 een grafiek met een cumulatieve massaverdelinggetekend. Deze geldt voor een korrelverdeling metkorreldiameters van 0.125 tot 32 mm.Met de kennis die we hiervoor hebben opgedaanlopen we de verschillende lijnen in de grafiek door,waarbij we er steeds van uitgaan dat we een korrel-verdeling hebben die voldoet aan de genoemde lijn.Rode lijnBij een korrelverdeling volgens deze lijn kunnende korrels van het toeslagmateriaal zo geplaatstworden dat er zo min mogelijk holle ruimte is.Het gevolg hiervan is dat de waterbehoefte vanhet mengsel laag is. Er is dus relatief weinig ce-mentpasta nodig om de korrels te omhullen en deholle ruimtes te vullen. Wat de verdichting betreft,vraagt deze korrelverdeling vrij veel energie. Hetmengsel is grinderig (zie foto 4).Groene lijnBij een korrelverdeling volgens deze lijn bevat hettoeslagmateriaal meer kleinere korrels (ten op-zichte van de rode lijn). Het gevolg is dat de holleruimtes tussen de grotere korrels als het ware nette klein zijn voor de kleine korrels, de grotere kor-rels komen op enige afstand te liggen. Het gevolgis dat de waterbehoefte van het mengsel iets hogerligt. Er is dus meer cementpasta nodig om de kor-rels te omhullen en de holle ruimtes te vullen. Watde verdichting betreft vraagt deze korrelverdelingminder energie. Er is voldoende ruimte en er isvoldoende smeermiddel (zie foto 3).Blauwe lijnBij een korrelverdeling volgens deze lijn bevat hettoeslagmateriaal nog meer kleine korrels (ten op-zichte van de rode lijn). De grotere korrels liggenhierdoor op grotere afstand van elkaar. Door deaanwezigheid van veel kleine korrels is de waterbe-hoefte van het mengsel vrij groot. Er is dus relatiefveel cementpasta nodig om de korrels te omhullenen de holle ruimtes te vullen. Bij de verdichtingis er bij deze korrelverdeling en de aanwezigheidvan voldoende cementpasta, minder energie nodigom de korrels op hun plek te krijgen. Dit voordeelwordt echter voor een deel teniet gedaan doordatde kleine korrels ervoor zorgen dat het mengsel deingesloten lucht beter vasthoudt (zie foto 2).01020304050607080901000,125 0,25 0,5 1 2 4 8 16 32IIIFiguur 10: Cumulatieve massaverdeling voor een korrelverdeling van 0.125 tot 32 mm.14|15 Betoniek juni 2008 74 Opbouw van het toeslagmateriaal volgens de rode lijn3 Opbouw van het toeslagmateriaal volgens de groene lijn2 Opbouw van het toeslagmateriaal volgens de blauwe lijn14|15 Betoniek juni 20088ontwerpen binnen de lijnenNu zal bij het ontwerpen van een mengselsamenstel-ling de korrelverdeling van het toeslagmateriaal nietprecies op een beschreven lijn vallen. De beschrevenlijnen zijn als het ware grenslijnen voor gebiedenwaarbinnen een korrelverdeling ontworpen moetworden. Een goede korrelverdeling valt binnen delijnen en levert een goede basis voor het ontwerp vaneen mengselsamenstelling. Deze gebieden wordenook wel de ontwerpgebieden genoemd. Het gebiedtussen de rode en de groene lijn heet ontwerpgebied Ien het gebied tussen de groene en de blauwe lijn ont-werpgebied II. In figuur 11 op de volgende pagina iseen voorbeeld van een korrelverdeling die binnen hetontwerpgebied I valt weergegeven als lijn a.Het is ook mogelijk dat een korrelverdeling voor eendeel in ontwerpgebied I en voor een deel in ontwerp-gebied II valt. We noemen dit een `korrelverdelingbinnen ontwerpgebied I+II.' In figuur 11 is een voor-beeld hiervan weergegeven als lijn b.Bij de grenslijnen zagen we verschillen in de water-behoefte van het toeslagmateriaal. Deze zelfde ver-schillen zien we ook terug bij de ontwerpgebieden. Intabel 1 staan voor verschillende maximale korreldia-meters vuistregels gegeven voor de waterbehoefte.Wanneer we uitgaan van een maximale korreldi-ameter van 32 mm en consistentie S2, komen webij een korrelverdeling in ontwerpgebied I terechtbij een waterbehoefte van 160 liter. Kijken we naarde vuistregels in tabel 1, dan blijkt dat de water-behoefte van een mengsel met een maximale kor-reldiameter van 32 mm en een consistentie S2 meteen korrelverdeling in ontwerpgebied I+II 180 literbedraagt. Dit is, zoals verwacht, hoger dan bij eenkorrelverdeling in ontwerpgebied I.ontwerpen buiten de lijnenWe hebben tot nu toe steeds gesproken over korrel-verdelingen die binnen de ontwerpgebieden vallen.Wat nu als we een korrelverdeling hebben die bui-ten de ontwerpgebieden valt? Kunnen we dan nogbeton maken? Het antwoord is ja, maar het heeftwel gevolgen voor de betonsamenstelling.We kijken eerst naar een korrelverdeling die onderde rode lijn ligt. Dit houdt in dat we een korrelsta-peling hebben waarbij niet alle holle ruimtes zijngevuld met korrels. De cementpasta zal ook dezeholle ruimtes moeten vullen. Wanneer we onvol-doende cementpasta hebben, is het gevolg dat hetbeton geen gesloten structuur zal hebben. Dit heeftbovendien gevolgen voor de sterkte van het beton.Als een korrelverdeling boven de blauwe lijn ligt,zijn er relatief veel kleine korrels, waardoor de wa-terbehoefte (en daarmee de benodigde hoeveelheidcementpasta) snel toeneemt. Wanneer in de meng-selsamenstelling rekening gehouden wordt metdeze grote waterbehoefte, ontstaat er een mengselmet een groot aandeel cementpasta. Hiervan wetenwe dat dit gevoelig is voor krimp en kruip. Als dehoeveelheid cementpasta echter niet wordt aange-past aan de hoeveelheid kleine korrels, ontstaat erTabel 1: Waterbehoefte mengselsamenstelling (in l/m3).01020304050607080901000,125 0,25 0,5 1 2 4 8 16 32zeefmaat in mmlijn alijn bIIIzeefdoorvalin%Figuur 11: Voorbeelden van korrelverdeling binnen ontwerpgebiedenGrootstezeefmaat (mm)OntwerpgebiedConsistentieI I + II I I + II I I + II I I + II I I + IIAardvochtig (C1) 165 185 160 180 155 175 150 170 145 165Half plastisch (S2) 180 200 175 195 170 190 165 185 160 180Plastisch (S3) 195 215 190 210 185 205 180 200 175 1958 11,2 16 22,4 31,5914|15 Betoniek juni 2008L 16 tot 25 mmK 8 tot 16 mmJ 4 tot 8 mm9 2 tot 4 mm7 0,5 tot 1 mm 8 1 tot 2 mm6 0,2 tot 0,5 mm5 0,1 tot 0,3 mmHCZandenGrindmateriaal met een maximale korreldiameter van 10,12, 20 en 22 mm. Het gaat te ver om voor al deze di-ameters een ontwerpgebied in de norm op te nemen.En dan hebben we het nog niet eens over de anderevarianten die er bestaan in de rest van Europa.Dus hoewel er in de norm geen ontwerpgebiedenstaan, is het gebruik van ontwerpgebieden noodza-kelijk om een gebalanceerde mengselsamenstellingte ontwerpen. Voor een aantal gangbare maximalekorreldiameters zijn deze ontwerpgebieden be-schreven (zie figuren 12, 13, 14, 15 en 16). Echtervoor de minder gangbare korreldiameters zullendeze ontwerpgebieden zelf ontworpen moeten wor-den.Figuur 15: Ontwerpgebieden bij een maximale korreldiameter van 16 mmeen compact mengsel. Het mengsel kent een grotesamenhang. Dit heeft tot gevolg dat er veel verdich-tingsenergie nodig is om de lucht uit het mengselte trillen. Het kan zelfs zover gaan dat de lucht nietmeer uit het mengsel te trillen valt.We kunnen dus beton maken met een korrelverde-ling die buiten de lijnen van de ontwerpgebiedenligt, maar we zullen in die gevallen wel rekeningmoeten houden met de gevolgen.kunnen we zonder ontwerpgebieden?Nu we hebben gezien waarom er ontwerpgebiedenzijn en wat de gevolgen zijn als een korrelverdelingbuiten deze gebieden valt, rijst de vraag waarom deontwerpgebieden eigenlijk uit de norm zijn verdwe-nen. In zowel de NEN-EN 206-1 als de NEN 8005 zijnnamelijk geen eisen voor de korrelverdeling opgeno-men. Dat lijkt een vreemde zaak en vraagt om enigeuitleg.In figuur 10 zijn de ontwerpgebieden voor een kor-relverdeling met korrels met een diameter van 0,125mm tot 32 mm gegeven. Hieruit blijkt al dat de ont-werpgebieden afhankelijk zijn van zowel de kleinsteals de grootste korreldiameter in een korrelverde-ling. Er kunnen dus onnoemlijk veel ontwerpgebie-den gemaakt worden. In Nederland kennen we degebruikelijke maximale korreldiameters van 8, 16,32 en 63 mm, maar tegenwoordig is er ook toeslag-0204060801000,125 0,5 2 81 4 11,20,25937965513723995754626146267503725145100806040200cumulatievezeefresin%zeefmaat in mmzeefdoorvalin%III0204060801000,125 0,5 2 81 4 160,25877461483522995583620115260453323125100806040200cumulatievezeefresin%zeefmaat in mmzeefdoorvalin%IIIM Winning van toeslagmateriaal11Figuur 17: Ontwerpgebieden bij een maximale korreldiameter van 32 mm.N Winning van toeslagmateriaalHCZandenGrind0204060801000,125 0,5 2 8410,25cumulatievezeefresin%zeefmaat in mm856954392389557341792574128155100806040200zeefdoorvalin%III0204060800,125 0,5 2 8 22,41 40,25I8060402009482705846342210957347281810525705440302113IIcumulatievezeefresin%zeefmaat in mmzeefdoorvalin%0204060801000,125 0,5 2 8 31,51 160,25I88776554421931895603722137426249372819114100806040200IIcumulatievezeefresin%zeefmaat in mmzeefdoorvalin%100160204060800,125 0,5 2 8 22,41 40,25I8060402009482705846342210957347281810525705440302113IIcumulatievezeefresin%zeefmaat in mmzeefdoorvalin%0204060801000,125 0,5 2 8 31,51 160,25I88776554421931895603722137426249372819114100806040200IIcumulatievezeefresin%zeefmaat in mmzeefdoorvalin%10016Figuur 16: Ontwerpgebieden bij een maximale korreldiameter van 22 mm.Figuur 13: Ontwerpgebieden bij een maximale korreldiameter van 8 mm. Figuur 14: Ontwerpgebieden bij een maximale korreldiameter van 11 mm.0204060801000,125 0,5 2 81 4 11,20,25937965513723995754626146267503725145100806040200cumulatievezeefresin%zeefmaat in mmzeefdoorvalin%III0204060801000,125 0,5 2 81 4 160,25877461483522995583620115260453323125100806040200cumulatievezeefresin%zeefmaat in mmzeefdoorvalin%IIIAbonnementsprijzen 2008:Nederland 44 (excl. 6% btw)Belgi? 49 (excl. 6% btw)Kijk voor de mogelijkheden vaneen meeleesabonnement op www.aeneas.nlAanmeldingen/opzeggingen:Abonnementen kunnen op iedergewenst moment ingaan en wordenautomatisch voor een jaar verlengd,tenzij twee maanden voor de verval-datum schriftelijk wordt opgezegd.Overname van artikelen en illustra-ties (met uitzondering van foto's) istoegestaan onder voorwaarde vanbronvermelding.ISSN 0166-137xRedactie en uitgever stellen dezeuitgave zorgvuldig en naar besteweten samen. Zij aanvaarden ech-ter geen enkele aansprakelijkheidvoor schade, van welke aard ook,die het gevolg is van handelingenen/of beslissingen gebaseerd op deinformatie in deze uitgave. Niet altijdkunnen alle rechthebbenden vangebruikt beeldmateriaal worden ach-terhaald. Belanghebbenden kunnencontact opnemen met de uitgever.ColofonBetoniek is een praktijkgerichtvoorlichtingsblad op het gebied vande betontechnologie en verschijnt10 keer per jaar. Betoniek wordtuitgegeven in opdracht van hetCement&BetonCentrum. In de redactiezijn vertegenwoordigd: ENCI, MEBIN,CUR Bouw & Infra, BAM Infra, TU Delften de Bouwdienst Rijkswaterstaat.Uitgave:Uitgeverij ?neasPostbus 101, 5280 AC, BoxtelTel: 0411 - 650085Fax: 0411 ? 650080Email: info@aeneas.nlRedactie:0411 ? 650089E-mail: betoniek@aeneas.nlVormgeving en productie:Twinmedia bvAbonnementen/adreswijzigingen:Uitgeverij ?neasPostbus 101, 5280 AC, BoxtelTel: 0411 - 650085Fax: 0411 ? 650080Email: info@aeneas.nlIn onze volgende uitgave14|15 Betoniek juni 2008Hoewel de ontwerpgebieden niet meer in de NEN-EN 206-1 in combinatie met de NEN 8005 zijnopgenomen, wil dit niet zeggen dat daarmee demechanismen die werken bij de korrelverdeling zijnverdwenen. Integendeel, voor het ontwerpen vaneen gebalanceerde samenstelling zijn grenzen aande korrelverdeling gewenst. Hiermee krijg je eensamenstelling met een minimale waterbehoefte eneen goede verwerkbaarheid.tot slotZoals we hebben gezien kunnen we beton in essentiebeschouwen als korrels toeslagmateriaal die door ce-mentpasta (de lijm) aan elkaar zijn geplakt. Hiermeeis duidelijk geworden dat de korrelverdeling van hettoeslagmateriaal invloed heeft op de benodigde hoe-veelheid cementpasta en de verwerkbaarheid vanhet mengsel. In feite heeft de korrelverdeling daar-mee invloed op de eigenschappen van het beton.BrandBeton brandt niet en de brandveiligheid vanbetonnen constructies is normaliter dik in orde.Hoewel de kans op brand klein is, kan het grotegevolgen hebben voor een constructie. Je moetdus goed weten wat er met beton kan gebeurenbij heel hoge temperaturen en wat er gebeurtals die hoge temperaturen lang aanhouden.De recente brand die het gebouw van de facul-teit Bouwkunde van de TU Delft volledig ver-woestte is hiervan een voorbeeld. De volgendeaflevering van Betoniek is gewijd aan brandvei-ligheid en de mogelijke gevolgen van brand.Foto pagina 1: Ralf HirschBetoniekBetoniek wordt gewaardeerd om zijn functie als naslagwerk. Vanaf nu is het vakblad daarom ook vol-ledig digitaal toegankelijk. Vanaf de eerste jaargang in 1970 vindt u elke uitgave terug. Bovendien bevathet archief een uitgebreide zoekfunctie, zodat u artikelen makkelijk terug kunt vinden. Bij deze uitgavevan Betoniek vindt u een brief met uw persoonlijke gebruikersgegevens. Deze hebt u nodig om de eerstekeer in te loggen in het archief.Eerste keer inloggen? Ga naar www.betoniek.nl. In de knoppenbalk aan de linkerkant ziet u `online archief' staan; klik daarop. Ukrijgt vervolgens onderstaand scherm te zien:? Door de klikken op `naar het archief' begint umet de inlogprocedure. Allereerst krijgt u de vraag:`Is dit de eerste keer dat u gebruikt wilt maken vanhet digitale archief?' De eerste keer kiest u voor`ja', elke volgende keer dat u gebruik wilt makenvan het archief kiest u voor `nee'.? In het schermt dat volgt, vult u uw e-mailadresin. U ontvangt nu een e-mail met daarin een code.Deze code, in combinatie met uw relatienummeren abonneenummer, vormt de toegang tot het ar-chief.? Nadat u uw e-mailadres hebt ingevoerd, volgtbovenstaand scherm. Onder `code' vult u de codein die u zojuist per e-mail hebt ontvangen. Onder`abonneenummer' en `relatienummer' vult u denummers in die in de brief staan vermeld.? Nadat u op `aanmelden' hebt geklikt, krijgt u in hetscherm de vraag om een wachtwoord in te voeren. Ukunt hier zelf een wachtwoord kiezen. Onthoud hetingevoerde wachtwoord goed. Elke volgende keerdat u gebruikt maakt van het archief, doet u dat metuw e-mailadres en wachtwoord.? Nadat u op `aanmelden' hebt geklikt komt u nuterecht in het zoekscherm van het archief. Dat zieter als volgt uit (zie volgende pagina):Gebruikershandleiding online archief? U kunt nu zoeken op vier verschillenden manieren: op titel, op datum, op nummer en op tekst.? Heeft u het juiste artikel gevonden, klik dan op de link. Er opent een scherm met de pdf van het artikel.Let op: Afhankelijk van de instellingen van uw browser kan het voorkomen dat er tijdens de inlogprocedure en hetgebruik van de database een pop-up scherm verschijnt, waarin u wordt gevraagd om gebruikersnaam en wachtwoordin te voeren. De gebruikersnaam is uw emailadres en het wachtwoord is het wachtwoord dat u zelf hebt gekozen.Volgende keer inloggenVoorgaande procedure hoeft u maar ??n keer te doorlopen. Alle volgende keren dat u gebruikt wilt makenvan het archief, hoeft u enkel uw e-mailadres en wachtwoord in te voeren.Heeft u vragen? Stuur een e-mail naar lezersservice@aeneas.nl met als onderwerp `online archief Betoniek'.Titel: zoeken op woorden uit de titel van een nummervan Betoniek.Tekst: zoeken op woorden in de tekst. Met functie kuntu de tekst van alle artikelen in de database doorzoeken.Let op: deze manier van zoeken kan enige tijd in be-slag nemen.Nummer: zoeken op nummer; u kunt hier zoeken ophet nummer van een bepaalde band en/of editie.Datum: zoeken op verschijningsdatum; u kunt hierzoeken op verschijningsmaand en verschijningsjaar.Als u hier bijvoorbeeld 1999 invult, krijgt u alle Beto-nieknummers van dat jaar.
Reacties
A. F. Boonstra - particulier 17 juni 2020 17:18
Hierbij zeg ik mijn lidmaatschap op de Betoniek op. Graag ontvang ik hiervan een bevestiging. Met vriendelijke groet, Frans Boonstra abonnementsnummer: 14447 Debiteurnummer: 425233