1juli/augustus 2001De eenwording van Europa neemt steeds concretere vormen aan.We merken dat bijvoorbeeld aan invoering van de Euro. In veelEuropese landen verdwijnen de vertrouwde nationale munten enmaken plaats voor ??n gezamenlijke munt. De achtergrond hierbijis het zoveel mogelijk onbelemmerd laten plaats vinden van hethandelsverkeer binnen Europa.Dit laatste is ook van toepassing op cement.Tot voor kort werden inEuropa verschillende nationale normen gehanteerd voor cement. Ditbetekende dat cementen, die in de diverse landen worden geproduceerden verhandeld, aan verschillende normen moesten voldoen.Deze situatie is in een verenigd Europa niet langer gewenst.Daarom is een Europese norm voor cement opgesteld: de EN 197.EN 197: De EuropesecementnormR e g e l g e v i n gN i e u w e c e m e n t n o r m7HistorieDe voorbereidingen voor een gemeenschappelijkecementnorm werden in 1969 ge?nitieerd door deEuropese Economische Gemeenschappen (EEG).In 1973 werd het werk toevertrouwd aan deEuropese Commissie voor Normalisatie (CEN).De Technische Commissie 51 (`Cement') van CENwerd belast met het voorbereiden van een normvoor cement voor de West-Europese landen die lidwaren van de EEG dan wel van de EVA (EuropeseVrijhandels Associatie).12Aan de hand van een eerste inventarisatie mediojaren '70 heeft CEN/TC51 ongeveer 20 verschillendecementsoorten kunnen identificeren. Deze warenop nationaal niveau genormaliseerd of hadden ver-der, onder plaatselijke omstandigheden, bewezengeschikt te zijn voor normale of specifieke toe-passingen.Begin jaren '80 heeft CEN/TC51 besloten alleendie cementsoorten in de norm op te nemen die,op basis van hun productie en toepassing, reedsbekend waren in de meeste West-Europese landen.CEN/TC51 was toen van mening dat de meer regio-nale cementsoorten op nationaal niveau genorma-liseerd moesten blijven. Het Normontwerp voorcement van 1989 volgde deze benadering, echterdeze is nooit gepubliceerd omdat bij stemmingniet de vereiste meerderheid is verkregen.Een tweede inventarisatie in 1990 bracht nog eens50 andere op nationaal niveau genormaliseerdecementen aan het licht. Gelet op het grote aantalverschillende cementsoorten werd het noodzakelijkgeacht een onderscheid te maken tussen `gewonecementsoorten' en `speciale cementsoorten',cementen die bijkomende of specifieke eigen-schappen hebben.EN 197 is daarom van toepassing op de `gewonecementsoorten'. Voor de cementsoorten met specia-le eigenschappen is nog geen geharmoniseerdeEuropese norm beschikbaar, maar is wel in voorbe-reiding.Nieuwe cementnormIn juli 2000 is de nieuwe cementnorm door deEuropese normalisatie-organisatie CEN aangenomen.Door aankondiging in het Publiciteitsblad van deEuropese Gemeenschappen op 23 januari 2001 isde EN 197 met ingang van 1 april 2001 van krachtgeworden.Volgens de reglementen van CEN moet hetNederlands Normalisatie-instituut (NEN) aan dedefinitief vastgestelde Europese normen de statusvan Nederlandse norm geven en de daarmee con-flicterende nationale normen, over hetzelfdeonderwerp en toepassingsgebied, intrekken.Dit betekent dat Nederland de nationale cement-norm, NEN 3550, moet intrekken.Om de overgang van de oude naar de nieuwe normgoed te laten verlopen geldt een overgangsperiodevan ??n jaar. Vanaf 1 april 2001 mag de Europesenorm naast de nationale norm gehanteerd worden.Na 1 april 2002 moeten alle nationale cementnor-men voor gewone cementen worden ingetrokken.De Europese cementnorm bestaat op dit momentuit twee delen.In EN 197-1 staan de eisen voor de samenstelling enprestaties van de meest gebruikte cementsoorten.De verharding van deze cementsoorten hangt voor-namelijk af van de hydratatie van calciumsilicaten.In EN 197-2 zijn de procedures opgenomen waar-mee wordt vastgesteld of het cement voldoet aanEN 197-1.De offici?le EN 197-1:2000 is opgesteld in het Frans,Duits en Engels.NEN heeft de Engelstalige versie in het Nederlandsvertaald en uitgegeven als NEN-EN 197-1:2000.De Nederlandse versie heeft dezelfde status als deoffici?le versies.Nederland is steeds nauw betrokken geweest bijhet opstellen van de Europese cementnorm. Om deovergang naar een nieuwe norm soepel te laten ver-lopen heeft Nederland reeds in 1995 de nationalecementnorm (NEN 3550) grotendeels afgestemd opde toenmalige Europese Voornorm (ENV 197-1 1992 ).Dat betekent dat met het verschijnen van de defini-tieve Europese cementnorm er weinig verandert.De kwaliteit van de Nederlandse cementen wijzigtin elk geval niet!Wel worden benamingen van enkele cementen hieren daar enigszins aangepast.Met de publicatie van EN 197 geldt voor Nederlanddus het gezegde: `Oude wijn in nieuwe zakken'.De EN 197-1 omvat niet alle aspecten die in NEN3550 zijn opgenomen. Dit betreft met name despeciale eigenschappen: LH (lage hydratatiewarmte)en HS (hoog sulfaatbestand).Met het intrekken van NEN 3550 op 1 april 2002zou er dus voor cementen met deze specifiekeeigenschappen geen normering ?n daarmee ookgeen certificering meer mogelijk zijn. Om hierinte voorzien zal na 1 april 2002 een nieuwe regelingvoor de speciale eigenschappen worden getroffen.CementbenamingBij aanpassing van NEN 3550 in 1995 zijn decementbenamingen afgestemd op de voorloper vande nieuwe Europese cementnorm. De naam van bij-voorbeeld portlandcement is toen veranderd inCEM I en hoogovencement veranderde in CEM III.juli/augustus 20012B e t o n i e kHoofdbestanddelen voor cementvolgens EN 197-1Klinker KHoogovenslak SMicrosilica DNatuurlijke puzzolanen PGebrande natuurlijke puzzolanen QSiliciumhoudend vliegas VCalciumhoudend vliegas WGebrande leisteen TKalksteen L of LL(afhankelijk van gehalte organisch koolstof)Mengsel van hoofdbestanddelen MDe meeste cementgebruikers zijn intussen gewendaan de nieuwe benamingen. De wijzigingen die nunog worden doorgevoerd zijn veel minder ingrijpend.Onderstaande overzichten geven de hoofdtypen,de hoofdbestanddelen, de sterkteklasse, de cement-benaming en het verschil tussen oude en nieuwecementbenaming weer.juli/augustus 2001B e t o n i e k3Hoofdtypen gewone cementsoortenvolgens EN 197-1CEM I PortlandcementCEM II Samengesteld portlandcementCEM III HoogovencementCEM IV PuzzolaancementCEM V ComposietcementSterkteklasse volgens EN 197-1Sterkteklasse Druksterkte N/mm2Beginsterkte Normsterkte2 dagen 7 dagen 28 dagen32,5 N - 16,032,5 52,532,5 R 10,0 -42,5 N 10,0 -42,5 62,542,5 R 20,0 -52,5 N 20,0 -52,5 R 30,0 -52,5 -Voorbeeld cementbenamingCEM II/B-M (V-L) 32,5 N (portlandcomposietcement)normale beginsterktesterkteklassehoofdbestanddelen naastportlandcementklinkermengsel van hoofdbestanddelenklinkergehalte (hier 65-79 %)Samengesteld portlandcementIn de nieuwe benamingen zijn de volgende zakenveranderd: De sterkteklasse van cement wordt aan-geduid met een getal: 32,5 ? 42,5 of 52,5. Dit is deminimale normsterkte in N/mm2 na 28 dagen.Voor cementen met een snelle sterkteontwikkelingwerd aan de sterkteklasse reeds een letter R (rapid)toegevoegd. Nieuw is dat cementen, die niet vol-doen aan de eis voor een snelle sterkteontwikke-ling, een N (normaal) krijgen toegevoegd achter desterkteklasse. Alle cementen krijgen nu dus of eenN of een R.De nieuwe norm geeft aan dat uit de aanduidingvan cement, anders dan portland- of hoogovence-ment, moet blijken welke hoofdbestanddelen zijngebruikt. Zo wordt een portlandcomposietcementaangeduid met: CEM II/B-M (V-L) 32,5 N. De toege-paste bestanddelen staan tussen haakjes vermeld.In dit geval zijn dat poederkoolvliegas (V) en kalk-steenmeel (L).Een composietcement, bijvoorbeeld CEM V/A (S-V)42,5 N, wordt naast portlandcementklinker samen-gesteld uit hoogovenslak (S) en poederkoolvliegas (V).Hoogovencement met een hoog slakgehalte wordtvolgens NEN 3550 aangeduid met HS.Dit betekent dat het ermee vervaardigde beton eengoede bestandheid heeft tegen sulfaataantasting.juli/augustus 20014B e t o n i e kOude en nieuwe benamingen ENCI-cementenENCI-cement `Zo was het' `Zo wordt het'PortlandcementPortlandcement 32,5 R CEM I 32,5 R CEM I 32,5 RPortlandcement 52,5 N CEM I 52,5 CEM I 52,5 NPortlandcement 52,5 R CEM I 52,5 R CEM I 52,5 RSamengesteld portlandcementPortlandcomposietcement 32,5 N CEM II/B-M 32,5 CEM II/B-M (V-L) 32,5 NPortlandvliegascement 32,5 R CEM II/B-V 32,5 R CEM II/B-V 32,5 RHoogovencementHoogovencement 42,5 N CEM III/B 42,5 LH/HS CEM III/B 42,5 NNEN 3550: LH/HSHoogovencement 42,5 N plus CEM III/B 42,5 LH/HS plus CEM III/B 42,5 N plusNEN 3550: LH/HSHoogovencement 52,5 N CEM III/A 52,5 CEM III/A 52,5 NComposietcementComposietcement 42,5 N CEM V/A 42,5 CEM V/A (S-V) 42,5 NVerwarring cementbenamingenDe cementbenamingen die in 1995 zijn ingevoerd geven nogwel eens aanleiding tot verwarring. V??r 1995 werd de sterkte-ontwikkeling van cement aangegeven in klassen.Zo kenden we portlandcement in klassen A, B en C en hoogoven-cement in klassen A en B. Klasse B was daarbij een snellercement dan klasse A. Na 1995 is de aanduiding van de sterkte-klasse veranderd van een letter A, B of C in een getal: 32,5 - 42,5of 52,5. Dit geeft de normsterkte na 28 dagen weer.De verwarring ontstaat echter doordat de hoofdletters A, B en Cin de nieuwe benaming worden gebruikt voor een ander aspect.Hiermee wordt namelijk het aandeel portlandcementklinker inhet cement aangeduid. Er is dus geen enkele relatie meer met debetekenis van v??r 1995.CEM III/A is bijvoorbeeld een cement met een andere samenstel-ling dan het oude hoogovencement klasse A. In bestekken wordthier soms hardnekkig tegen gezondigd!Cementen die voldoen aan de eis voor lage hydratie-warmte hebben de aanduiding LH. In de nieuwenorm zijn de speciale eigenschappen LH en HS(nog) niet opgenomen, reden dat deze eigenschap-pen niet in de naamsvermelding voorkomen. Omtoch duidelijk te maken dat het cement nog steedsdezelfde eigenschappen heeft, wordt in het over-gangsjaar de aanduiding `NEN 3550: LH/HS' toege-voegd in een tweede regel onder de offici?le bena-ming. Na 1 april 2002 komt er voor deze specialeeigenschappen een andere regeling. Hoe die rege-ling er precies uit gaat zien is op dit moment nogniet geheel duidelijk.Naast aanpassing van de benaming van enkelecementen zijn ook 7 samengestelde portlandcemen-ten toegevoegd. Dit heeft te maken met de uitbrei-ding van het aantal hoofdbestanddelen: ten opzich-te van de NEN 3550 is nu ook Microsilica toegela-ten, zijn de puzzolanen gesplitst in natuurlijke engebrande natuurlijke puzzolanen, wordt vliegasonderverdeeld in siliciumhoudend en calciumhou-dend en wordt voor kalksteen onderscheid gemaaktin het gehalte totaal organisch koolstof (TOC).Ten aanzien van de prestaties is de eis voor het tijd-stip van aanvang binding voor sterkteklasse 32,5aangepast. Werd hieraan in NEN 3550 nog de eisgesteld dat die meer dan 60 minuten moest be--dragen, in EN 197-1 is deze eis verhoogd naar 75minuten.CertificatieVanaf 1 april 2001 kan voor cementen die aan denieuwe Europese norm voldoen een zogeheten CE-markering worden aangevraagd. Na 1 april 2002zijn de cementproducenten verplicht een CE-marke-ring te voeren op die cementen die in het vrij han-delsverkeer worden gebracht.Voor eigenschappen die (nog) niet in de Europese,maar wel in de Nederlandse cementnorm zijn vast-gelegd (LH en HS), kan een KOMO/Betonverenigingcertificaat worden verkregen. Voor Nederlandscement geldt dat ook het transport van bulkcementjuli/augustus 2001B e t o n i e k5Voor de invoering van een Europese markt was een technischeharmonisatie van alle bouwproducten nodig. In december 1988werd hiertoe de Richtlijn voor Bouwproducten (ook wel bekendals CPD - `Construction Products Directive') gepubliceerd.Deze CPD-richtlijn legt regels vast voor het functioneren van degrote Europese markt.In juli 2000 heeft CEN (het Europese Normalisatie Comite) deEN 197, de eerste geharmoniseerde Europese norm die beant-woordde aan de eisen van de CPD, overgedragen aan deEuropese Commissie. Met deze norm kunnen cementen wordenvoorzien van een CE-markering. Dit is een paspoort voor vrij ver-keer in de gehele Europese Unie. De CE-markering geeft aan dathet betreffende cement voldoet aan EN 197-1.Er kan op verschillende zogeheten conformiteitsniveau's wordenaangetoond dat een product voldoet aan een geharmoniseerdeEuropese norm. Hierbij is `1+' het hoogste niveau en `4' hetlaagste. De cementindustrie heeft gekozen voor het strengsteconformiteitsniveau. In de praktijk betekent dit dat een externecertificatie-instelling instaat voor de controle van de conformi-teit van de cementen.In tegenstelling tot de CE-markering zijn de nationale kwali-teitskenmerken KOMO (Nederland), Benor (Belgie), ?-zeichen(Duitsland) en BS (Verenigd Koninkrijk) vrijwillige kwaliteits-merken.CE-markeringDe afbeelding van de CE-markering moet voldoen aan eenEuropese richtlijn. Vorm en afmeting staan daarin exactomschreven. De CE-markering moet in een kader geplaatst zijn.Onder de CE-markering staat het certificaatnummer. De eerstevier cijfers zijn de codering voor de zogeheten `Notified Body',de certificerende instantie. In het geval van ENCI cementen isdat de Certificatie-instelling Stichting BMC (code 0956).De letters CPD staan voor Construction Products Directive, ditis een Europese richtlijn voor bouwproducten. De code 1101 iseen identificatie van de cementproducent. De laatste vier cijfers,in dit voorbeeld 1030, staan voor het type cement, in dit gevalCEM I 32,5 R.In het kader wordt ook de Europese norm aangeduid waarop deCE-markering betrekking heeft. Voor cement is dat de EN 197-1.(auto en schip) gecertificeerd blijft onder hetKOMO/Betonvereniging certificaat.Voor metselcement bestaat alleen een geharmoni-seerde Europese Ontwerpnorm (Ontw. NEN EN413-1). Hieraan kan dus nog geen CE-markeringworden toegekend.De kwaliteit van het Nederlandse metselcementblijft gewaarborgd onder het KOMO/Betonver-eniging certificaat.Bij het voeren van een CE-markering behoort decementproducent ook een zogeheten`Conformiteitsverklaring' op te stellen. In dit docu-ment verklaart de cementproducent het betreffen-de cement geproduceerd te hebben en dat het vol-doet aan de eisen die gesteld zijn in NEN-EN 197-1en 2.Afnemers van Nederlands cement kunnen na in-voering van de CE-markering dus twee certificaten(CE-markering en KOMO/Betonvereniging) ?n eenConformiteitsverklaring aanvragen.In de komende tijd zal de implementatie van deNEN-EN 197-1 en 2 ertoe leiden dat de CE-markeringzijn intrede doet op cementverpakkingen en op debegeleidende documenten bij bulkcement. Voor deNederlandse cementen zal daarnaast ook hetvertrouwde KOMO/Betonvereniging logo gevoerdblijven worden.SlotUit het voorgaande is duidelijk geworden dat dekwaliteit van het Nederlands cement niet veran-dert. Wel wordt in de naamsvermelding een aantalwijzigingen doorgevoerd. Sinds 1995 heeft de prak-tijk ons inmiddels geleerd dat de meeste gebruikersin het spraakgebruik ?n in de bestekteksten niet delange cementbenaming hanteren. Ook bestaat erwel eens onduidelijkheid over de betekenis van allecoderingen. Dit zal met de komst van de nieuwecementnorm niet verbeteren, maar wij gaan er vanuit dat met deze aflevering van Betoniek ?n de bij-gevoegde poster toch enige duidelijkheid is verkre-gen in de veranderingen.LiteratuurNEN-EN 197-1:2000Cement - Deel 1: Samenstelling, specificatie en con-formiteitscriteria voor gewone cementsoortenNEN-EN 197-2:2000Cement - Deel 2: ConformiteitsbeoordelingBijlageBetoniek Poster: Cementen volgens EN 197-1juli/augustus 20016B e t o n i e kDe 180 meter lange roterende ovenjuli/augustus 2001B e t o n i e k7RotterdamIJmuidenMaastrichtDe drie ENCI Cementfabriekenjuli/augustus 20018B e t o n i e kColofonB e t o n i e k is een praktijkgericht voorlichtingsblad op hetgebied van de betontechnologie en verschijnt 10 keer per jaar.In de redactie zijn vertegenwoordigd:de Nederlandse cementindustrie, MEBIN, CUR,vocBETONBOUW en de Bouwdienst Rijkswaterstaat.Uitgave: ENCI Media, `s-HertogenboschRedactie: 073 - 640 12 31E-mail: encimedia@enci.nlWebsite: www.enci.nlAbonnementen/adreswijzigingenENCI MediaPostbus 35325203 DM `s-HertogenboschTel.: 073 - 640 12 31Fax: 073 - 640 12 99E-mail: encimedia@enci.nlOvername van artikelen en illustraties is toegestaan, ondervoorwaarde van bronvermelding.Abonnementsprijzen per jaar met ingang van 2001:Nederland 36,- ( 16,34), Belgi? 37,- ( 16,79),Andere landen 51,- ( 23,14)Abonnementen kunnen op ieder gewenst moment ingaanen worden automatisch verlengd, tenzij 6 weken voor devervaldatum schriftelijk wordt opgezegd.ISSN 0166-137xIn onze volgende uitgaveHet mengselontwerp: van grondstof-pakket tot prestatiemixDeze B e t o n i e k aflevering kan wordenbeschouwd als een `kookboek voor betonsamen-stellingen'. Bedenk echter wel dat, net als in dekeuken, het bezit van een kookboek geen garan-tie geeft voor een smakelijk gerecht. Daarvoor is,ook bij beton, het aantal invloedsfactoren tegroot. In de praktijk blijkt dat zelfs het makenvan een ontwerpprogramma voor betonsamen-stellingen voor gangbare betonkwaliteitenuiterst gecompliceerd te zijn.In veel literaturen en cursusboeken is het ont-werpen van betonsamenstellingen beschreven.In deze B e t o n i e k proberen wij ons nietalleen te beperken tot de `rode draad', maar gaanop sommige punten dieper in op de materie.Na het doornemen van deze aflevering bent uniet direkt een volleerde kok, maar krijgt u `dezout, peper en andere smaakmakers', of te welde betontechnologische knoppen, beter in uwvingers.
Reacties