Betoniek13|07 Betoniek juli 2004 1Examen Betontechnoloog BV 2004Op 10 mei jl. werd voor de tweede keer het examen Betontechnoloog BVnieuwe stijl afgenomen. Hoopvol en nieuwsgierig schoven 65 kandidatenaan in de Jaarbeurs. Hoopvol omdat zij reeds in het bezit zijn van het deel-examen BBT en nieuwsgierig wat de examencommissie nu weer in petto had.Een half uur na het startsein, werd door de voorzitter een vereenvoudigingvoor één van de vragen medegedeeld. In dit vraagstuk werd voor het eerstdieper op de berekening van een zelfverdichtende betonsamenstellingingegaan. Twijfelde de examencommissie soms of ze dit de kandidaten welaan kon doen? Werd terecht deze vereenvoudiging doorgevoerd of logen-straften de kandidaten de twijfels die aan hun kennis werd gesteld?Hoe vertrouwd zijn deze relatief nieuwe berekeningsmethoden inmiddelsvoor u, de lezers van dit blad?13 07B A N D U I T G AV Ej u l i 2 0 0 4 V A K B L A D V O O R B O U W E N M E T B E T O NDit examen is het laatste dat geënt is op de oudeNEN 5950, Voorschriften Beton-Technologie (VBT).Volgende examens zullen worden gebaseerd op deEuropese Betonnorm NEN-EN 206-1 en de Neder-landse aanvulling NEN 8005. Kennis van de nieuwebetonnorm en Nederlandse aanvulling werden voordit examen nog niet verlangd.Het examen bevatte dit jaar negen open vragen waar-voor een maximale score te behalen viel van 118punten. Lag voorheen de examenstof vast in het boekBetontechnologie (CB1), tegenwoordig is dat vast-gelegd in het dictaat Betontechnoloog BV Nieuwestijl van de Betonvereniging. Nog steeds waren hetgebruik van programmeerbare rekenmachines en/ofschriftelijke naslagwerken niet toegestaan. Wel kreegelke kandidaat, zoals inmiddels gebruikelijk, eensetje algemene gegevens uitgereikt. Om dezeBetoniek niet onnodig dik te maken, zijn dezegegevens niet opgenomen.Uiteindelijk bleek dat de opgaven door 34 kandi-daten met goed gevolg werden uitgewerkt.OPEN VRAGENVraag 18 puntenEen betonfabriek maakt verschillende betonproduc-ten. In verband met de toepassing kan voor productA worden gewerkt met een goedkeurkans van 95%en voor product B met 80%.Voor beide producten wordt gewerkt met hoogoven-cement CEM III/B 32,5 N LH HS. De standaardafwijk-ing van het productieproces bedraagt 3,2 N/mm2.A. Bereken de water-cementfactor van de mengselsvoor product A en B, als bekend is dat beideproducten moeten voldoen aan de eisen voorsterkteklasse B35 en milieuklasse 5b.B. Geef voor beide mengsels aan welke water-cement-factor moet worden aangehouden voor het meng-selontwerp.Antwoord vraag 1Deze vraag vergde enig inzicht in statistiek en hoe-wel dit toch een lastig onderwerp is, werd de vraagopvallend genoeg door de meeste cursisten goedbeantwoord.A) Uit formule ?'c = 0,8 x 48 + - 45 kan de wcf wor-den berekend, indien de gemiddelde druksterktevoor beide mengsels bekend is (Normsterkte na 28dagen van CEM III/B 32,5 N LH HS is 48 N/mm2).De gemiddelde druksterkte berekenen we met deformule ?'c = ?'ck + u x \Hierin is u afhankelijk van de goedkeurkans:voor product A met goedkeurkans 95 %: u = 2,20voor product B met goedkeurkans 80 %: u = 1,88Op basis van de sterkte eis is de maximale water-cementfactor voor beide producten:Product f'c [N/mm2] wcfA 35 + 2,20 x 3,2 = 42,0
Reacties