Krimparme mortels felmortel meer krimpt. Ennaarmate de mortel meer krimpt,voldoet deze minder aan hetgestelde doel.Stelruimtetussen prefab constructiedelen en tusseninstallaties en draagconstructies is noodzakelijk om tijdensde bouw afzonderlijke onderdelen zuiver te kunnenplaatsen. Na montage wordt de overgebleven ruimteveelal gevuld met mortel. Deze mortel moet minstenseenzelfde kwaliteit hebben als de te verbindenconstructiedelen.Bovendien wordt meestalvoorgeschreven dat deze mortel een minimaalkrimpgedrag moet vertonen. Zulke krimparme mortelsvormen het thema van deze aflevering van BETONlEK.Constructiedelenen installaties diemet veel zorg zijngeplaatst, mogenniet van stand of plaats veranderendoordat de mortel niet geheelvullend isaangebracht of te veelkrimpt.Van oudsher worden stelruimtesdaarom gevuld met ondersabelings-mortel. Deze mortelspecie wordtin aardvochtige toestand handmatigaangebracht, bijvoorbeeld met eenvoegspijker (foto's 1-2).Een secuur werk, omdat hetvolledig en gelijkmatigvullen van devoeg of stelruimte mede de kwali-teit van de constructie bepaalt.Ondersabelingsmortels hebben hetvoordeel dat zijdoor het geringewatergehalte vanzelfal weinigkrimp vertonen.Ingevallen dat de ondersabelings-mortelspecie eigenlijkte 'droog' isvoor goede verwerking, kan vooreen half-plastische mortelspecieworden gekozen. Deze mortel-specie moet met een troffel op zijnplaats worden gebracht; vandaar denaam troffel mortel. Het waterge-halte in deze mortelspecie ishoger,wat met zich meebrengt dat de trof-tmortelsDe introductie van gietmortels iseen logisch gevolg van de wensminder afhankelijkte zijnvan tijdro-vende handmatige werkzaamhedenop de bouwplaats enwisselende mortelkwaliteit. Meteen gietmortel iseen hoge druk-sterkte te bereiken. Ook iseenbredere toepassing mogelijk. Metdeze vloeibare mortels ishet bijvoorbeeld ook mogelijk sparingenvoor stekeinden van wapening aante gieten (foto's3-4).Het hogere watergehalte ingiet-mortelspecies introduceert echterwel een aanzienlijke krimp. Eenmortel die volstrekt niet krimpt zouinfeite het beste aan de wensvoldoen. De oplossing isgezocht intoevoeging van een zwelmiddel.Vanuit deze gedachte ontstonduiteindelijk de benaming 'krimpvrij',waaronder diverse mortels op demarkt werden gebracht. Hierdoorontstonden algauw problemen.maart 1991Verwerking vaneenandersabelingsmortel ondereen kolomvoetmpvrij?De inons land verkrijgbare mortelsbleken niet altijd te voldoen aan deeis van blijvend krimpvrij,zoalseigenlijkwas bedoeld. Weliswaartrad in het plastische stadium van demortelspecie geen of nauwelijkskrimp op, maar na verloop van tijdwas er wel degelijk sprake van(soms aanzienlijke) krimp inverharde toestand, met krimp-scheuren tot gevolg.Dit leidde op z'n minst tot eenstevige discussie met de leveran-cier. Begripsverwarring bleekdaarbij vaak de boventoon tevoeren.Hetfeit dat in het buitenlandmortels voorkomen die wel alskrimpvrij worden geclassificeerd,maakt de zaaker niet duidelijker op.Voor STUTECH vormde dit in1984 aanleiding om een discussie-nota op te stellen. Dit leidde ertoedat vanaf 1986 door CUR werdgewerkt aan een CUR-aanbeveling'Krimparme cementgebondenmortels', Deze isthans gereed.De recent verschenen aanbeveling(nr. 24) geeft een eenduidige defi-nitie van het begrip krimparmemortel, de eisen waaraan eendergelijke mortel moet voldoen enregels voor de beoordeling entoepassing.hnologie en werkingOm aan alle verwarring een eindete maken, is een krimparmecementgebonden mortel als volgtgedefinieerd:'een fabrieksmatig vervaardigdmengsel, samengesteld uit cement,toeslagmaterialen, hulpstoffen,eventueel vulstoffen en eenexpansie-bevorderende hulpstofwaardoor de krimp in de plastischefase wordt gecompenseerd'.Inde plastische fase, waarin wespreken van mortelspecie, zijntweesoorten krimp te onderscheiden,namelijk hydratatie- of verhardings-krimp en plastische krimp. Hydrata-tiekrimp treedt op alsgevolg van dechemische reactie van cement metwater. Deze krimp komt vooral totuitdrukking in de vorming van fijneporiën; ook is het verschijnsel teherkennen aan het in een vroegstadium loskomen van beton van debekisting.Plastische krimp treedt op vanuithet oppervlak van beton- of mortel-specie, indien in plastische toestandwater kan verdampen. Dit hangtgrotendeels afvan de verhardings-omstandigheden.Inde definitie valt technologischgezien eigenlijkalleen de toevoegingvan een expansie-bevorderendehulpstof op. De overige compo-nenten zijn materialen diegewoonlijk worden toegepast inmortels. Opgemerkt wordt dat erbijdeze bijzondere mortels welgrote zorgwordt besteed aan opti-male korrelopbouw, de toepassingvan vulstoffen en de cementsoort.De fabrikant stemt de samenstellingafop een optimale verwerking.Waterafscheiding of schuimvor-mingmogen bijdit soort mortelsvanzelfsprekend helemaal nietoptreden.elmiddelWat is nu het effect van deexpansie-bevorderende hulpstof?13-41 Gebruik vaneengietmortef ispositiefvoor dearbeidsomstandigheden opdebouwplaatsDeze hulpstofbevat in veel gevallenaluminiumoxyde-poeder. Door devorming van fijne luchtbelletjeswerkt dit als een zwelmiddel. Demortelspecie krijgt daardoor als hetware het karakter van een cake diezwelt tijdens het bakken. Over deprecieze samenstelling van hetzwelmiddel wordt door de leveran-ciers om overigens begrijpelijkecommerciële redenen, nogalgeheimzinnig gedaan. Voor degebruiker is dit eigenlijkook nietdirect interessant. Veel belangrijkeris om te weten wat het effect vanhet zwelmiddel isop de eigen-schappen van de mortelspecie.Zoals de definitie al aangeeft, moethet zwelmiddel de krimp in de plas-tische fase tegengaan. Inde praktijkbetekent dit dat de zwellendewerking zo groot is dat enige volu-mevergroting van de mortelspecieoptreedt. Deze ligtin de orde-grootte van I à 2 %.CUR-aanbeveling 24 schrijft voordat zwellingvan de mortelspecie inde plastische fase groter dan 0, I %moet zijnen ten hoogste 2 %magbedragen.Omdat de werking plaatsheeft in deplastische fase, strekt deze zich uitover een beperkte periode vanenkele uren. Daarna, dus inverharde toestand, volgt de mortelhet gedrag van normale mortel. Ditbetekent dat krimp en uitzettingzullen optreden bijwisselingen invochtgehalte en/oftemperatuur.ktische betekenisAlvorens te besluiten tot hettoepassen van een krimparmemortel moet goed worden over-dacht welk effect verlangd wordt enwelke consequenties dit kanhebben voor de aansluitendeconstructiedelen of installaties. Inprincipe kunnen zich twee situatiesvoordoen.Eén situatie isdat de mortel aan éénzijde. meestal de bovenzijde. geheelonbedekt is. Bij deze toepassing kanvrije zwellingvan de mortelspecieoptreden. Men spreekt dan vanopen toepassing. Een voorbeeld ishet vullen van een sparing.Hiertegenover staat de zoge-noemde gesloten toepassing. Indatgeval wordt de mortelspecie aange-bracht in een ruimte die rondomzodanig isafgesloten dat de uitzet-ting kan worden belemmerd. Demortelspecie vult de ruimte en hetzwellende karakter zorgt ervoordat de optredende krimp in hetplastische stadium wordt gecom-penseerd, waardoor de ruimtevollediggevuld blijft.Veel voorkomende situaties zijnvoetplaten metankerbouten onderstaalconstructies, voegen tussengeprefabriceerde betonelementenof de stelruimte tussen de fundatie-plaat van een machine en debetonnen fundering.Infiguur 5 is het gedrag in de plasti-sche fase schematisch weerge-geven. Op langere termijn blijktdeuitdrogingskrimp bepalend te zijnvoor het uiteindelijke volume datdoor de mortel wordt ingenomen.Indien dit laatste gegeven van belangis,verdient vroegtijdig overleg metde leverancier aanbeveling.Overigens kan de zwellendewerking praktisch nooit dusdanigekrachten veroorzaken, datVolumeverandering vandemorte/-specie bijvrije zwel/ingDebekisting voor deze ondergietingwasnietsluitend. Aanhetvrije oppervlakkomthetzwellend effect dangoedtotuitingconstructiedelen van hun plaatsworden geduwd. De plastischemortelspecie vindt immers meestalzijnweg in smalle spleten en vulope-ningen,die aanwezig zijntussen bijvoorbeeld de bekisting en hetconstructiedeel.ssificatiesBij de mortels worden ten aanzienvan de technologie dezelfdeuitgangspunten gehanteerd als bijbeton. De aan te houden grootstekorrelafmeting inrelatie tot dedikte c.q. afmetingen van de voegwaari n de mortel wordt toegepast,isvan belang.Op grond van de grootste korrelaf-metingzijn de mortels ingedeeld inde volgende morteltypen.0,5 I - 2 - 4 - 8 - I6 mmoVoor de verschillende toepassingenworden in het algemeen eisengesteld aan de uiteindelijke druk-sterkte van de mortel naverhar-ding.Bijbeton is het gebruikelijkdeze vast te leggen in een B-waarde,de sterkteklasse. Ook voor deaanduiding van de vereiste druk-sterkte van krimparme mortelsisgekozen voor het aangeven van eensterkteklasse.Gezien de aard van de toepassingvan krimparme mortels, wordtmeestal een snelle sterkteontwik-kelinggeëist. De fabrikanten passendan ook cementsoorten met eenhoge aanvangssterkte toe. Daaromis de indeling insterkteklassen geba-seerd op de druksterkte na 7 dagen.De sterkteklasse wordt aangegevenaan de hand van een karakteristiekemorteldruksterkte in N/mm2na 7dagen verharding onder conditiesvolgens NEN 5965. De volgendesterkteklassen zijnonderscheiden:K30 - KSO - K70.De druksterkte wordt bepaald aanproefstukken met genormeerdeafmetingen. Deze afmetingen zijnafhankelijk van de grootste korrel-afmeting van de mortel. Bij mortel-typen met een grootstekorrelafmeting kleiner dan of gelijkaan 4 mm worden prisma's metafmetingen 40 x 40 x 160 mmgebruikt; bij grotere korrelafme-tingen kubussen met afmetingen100x 100x 100mm.erkingDe wijze van menging van demortelspecie wordt meestal doorde fabrikant aangegeven. Vaakkomthet er op neer dat eerst 2/3 deelvan het water in de menger wordtgedaan, waarna het droge mengselwordt toegevoegd. Na enige tijdmengen wordt de rest van hetwater toegevoegd.Proefondervindelijk isvastgestelddat het beste kan worden gemengdmet een dwangmenger: voor kleinehoeveelheden kan worden gewerktmet een boormachine metmengspindel.Mengen met een speciemolen geefthet slechtste resultaat. Indien bij hetmengen klonten of knikkersontstaan, dan moet het mengselworden weggegooid. Het isnamelijk niet mogelijk om dezeklonten weer stuk te mengen. Hettoevoegen van meer water dan demaximale hoeveelheid die door defabrikant isvoorgeschreven, is niettoegestaan. Eenteveel aan waterveroorzaakt onder andere wateraf-scheiding, bekend als bleeding vande mortelspecie.17-81 Voor de verbinding vandezeelementen van eenpersleidingiseenkrimp-armegietmortel gebruikt. Naverwijderingvanhetmanchetblijkt dataanhetvrijeappervlak voor degietopening zwelling isopgetredenfoto's: Beamix, EindhovenVooraf moet de ondergrondworden ontdaan van cementslik,vet en vuil.Vooral bijhet onder-gieten van kolommen of vergelijk-bare constructies moet ditgebeuren voordat de kolom wordtafgesteld op zijnankers. Nahetstellen is de ruimte te kleinom deondergrond goed te kunnenreinigen. Voorbevochtigen van deondergrond is beslist noodzakelijk,bijvoorkeur een dag voor hetaanbrengen van de mortelspecie.Vlakvoor het aangieten moet over-tollig water worden verwijderd enhet oppervlakschoongeblazen.Bij gietmortels moet altijd met eenbekisting worden gewerkt waarvande zijkanten hoger zijndan dehoogte van de te vullen ruimte.Hierdoor kan er met enige over-hoogte worden gestort. De bekis-ting moet goed gesloten wordenuitgevoerd vanwege de grote vloei-baarheid van de mortelspecie.In de te ondergieten voetplaten endergelijke moeten ontluchtings-gaten wordengemaakt om te voor-komen dat er luchtinsluitingenontstaan. Ditis vooral van belangindien er onder voetplaten strippenzijngelast met een constructievefunctie. Viade ontluchtingsope-ningen kan tevens worden gecon-troleerd of de ruimte volledigisgevuld.De ondergieting mag nietworden onderbroken, ook weerom te voorkomen dat er luchtin-sluitingen ontstaan (foto 6).De ondergieting moet zijn beëin-digd binnen de door de fabrikantgestelde verwerkingstijd. Mortel-specie aanbrengen op een tijdstipdat de expansie-bevorderendehulpstof is uitgewerkt, iszinloos.Dit kan inhouden dat grote onder-gietingen in segmenten moetenworden uitgevoerd om aan deze eiste kunnen voldoen. Informeer ookbijde leverancier wat de verwer-kingstijdisonder temperaturen dieveel hoger of lager zijndan 20°C.Het krimpcompenserende gedragvan de mortelspecie kan indieomstandigheden wezenlijk anderszijn.Voer de ondergieting altijd uit vanaféén zijde waarbij zoveel mogelijkdruk op de mortelspecie wordtuitgeoefend. Dit kan geschiedendoor te storten viaeen hoger opge-stelde trechter met daaraan gekop-peld een stortpijp. Bij langwerpigeondergietingen kan deze stortpijp,indien er voldoende ruimte is,zelfsin de op te vullen ruimte wordendoorgevoerd. AIstortende kan dande pijplangzaamworden terugge-trokken. Het op z'n plaats brengenvan mortels onderfundatieplatendoor middel van heth.een en weerhalen van draden of kettingen indete vullen ruimte of door trillen is uitden boze. Het gevaar isgroot datlucht wordt ingesloten en dat blee-dingontstaat.Benadrukt wordt dat het aan-houden van de verwerkingsinstruc-ties vangroot belang is.Hetgaathier om nauwkeurigsamengesteldemortels, die de nodige aandachtverdienen om optimaal resultaat tebehalen.ehandeling vereistIsde mortelspecie op zijnplaatsgebracht, dan moeten de werk-zaamheden niet als beëindigdworden beschouwd. Ondanks debenaming 'krimparm' moet demortel terdege tegen uitdroging ineen vroeg stadium wordenbeschermd. Hoewel de water-cementfactor laagis, is het waterge-halte van de mortelspecie vrij hoog,vanwege het hoge cernentgehalte.Er is dus kans op een vrij groteuitdrogingskrimp.Een zeer goedenabehandeling is dan ook eenvereiste. Bij voorbeeld door de inhet zicht biijvende gedeelten aftedekken met vochtige doeken endeze dan ook vochtig te houden.elgevingDe recent verschenen CUR-aanbe-veling24 'Krimparme cementge-bonden mortels' geeft richtlijnenvoor de samenstelling en de eigen-schappen van de mortel in plasti-sche en verharde toestand.Uitvoerig komen ook de verwer-king,keuring en controle aan deorde.Nauwgezet onderzoek naar eigen-schappenen beproevingsmethodenisaan deze aanbeveling voorafgegaan. Inhet binnenkort teverschijnen CUR-rapport 91-4 zalverslag worden gedaan van ditonderzoek.ofonratuurI. CUR-aanbeveling 24 'Krimparme cementgebonden mortels', maart1991,CUR, Gouda2. Merkblatt für Anwendung, Abnahme und Prüfung von werkgemischtemVergussmörtel, Fassung November 1982, Deutscher BetonVerein3. ASTMC 1107 - 1989.Standard Specification for Packaged Dry HydraulicCement Grout (non-shrinkable)In onzevolgende uitgave:Monoliet afgewerkte vloerenDoornauwkeurige afwerking van betonvloeren kanworden afgezienvanlateraante brengen dekvloeren. Ditvergt eenspeciale benadering inontwerp enuitvoering.BETONlEK is een praktijkgerichtvoorlkhtingsblad op het gebiedvan de betontechnologie enverschijnt 10 keer per jaar.Redactie:tel. 073 - 40 I 225Abonnementen:tel. 073 - 40 I 231ISSN0166-137xAbonnementsprijzen voor 1991:Nederland, Nederlandse Antillenen België f21 ,25andere landen f 34,-Uitgave:Vereniging NederlandseCementindustrie (VNC),Postbus 30 I I,5203 DA 's-HertogenboschAbonnementen lopen perkalenderjaar. Aan het eind vaneen kalenderjaar wordt hetabonnement automatischverlengd, tenzij voor I decemberschriftelijk wordt opgezegd.Overname van artikelen enillustraties is toegestaan, ondervoorwaarde van bronvermelding.
Reacties