Betoniek13|03 Betoniek maart 2004 1Milieuklassen van 8 naar 18Medio 2004 wordt NEN-EN 206-1 dé norm voor de betontechnoloog. Op datmoment trekt het Nederlands Normalisatie-instituut (NEN) de vertrouwde VBT(NEN 5950) in. NEN-EN 206-1 is drie jaar geleden als Europese norm voor beton-technologie gepubliceerd en heeft vervolgens de status van Nederlandsenorm gekregen. Nu deze de VBT definitief gaat vervangen, zal een aantalzaken veranderen. Eén van de dingen waar we aan zullen moeten wennen,is de benaming en indeling van de milieuklassen. Deze Betoniek afleveringgaat over die nieuwe indeling.13 03B A N D U I T G AV Emaart 2 0 0 4 V A K B L A D V O O R B O U W E N M E T B E T O N· Onderwaterbetonvloer valt in hoofdgroep X0 (foto BAM Civiel)13|03 Betoniek maart 20042· corrosie ingeleid door chloriden, niet afkomstiguit zeewater (XD);· corrosie ingeleid door chloriden afkomstig uitzeewater (XS);· aantasting door vorst / dooi wisselingen met ofzonder dooizouten (XF);· chemische aantasting (XA).De milieuklassen worden aangeduid met de letter X.Deze letter staat voor het Engelse `exposure', in hetNederlands `blootgesteld aan'. Vervolgens volgt eenletter die verwijst naar het betreffende aantastings-mechanisme.De code van twee letters wordt nog gevolgd door eencijfer dat verwijst naar een situatie die kenmerkendis voor het beschouwde aantastingmechanisme enhet betreffende bouwdeel. Meestal heeft dit betrek-king op de mate waarin vocht aanwezig is.We zullen nu de verschillende hoofdgroepen metdaaronder de diverse milieuklassen nader bekijken.X0 - Geen risico op corrosie of aantastingDe belangrijkste toepassing van beton binnenmilieuklasse X0 is het onderwaterbeton. Verderkunnen in deze milieuklasse ongewapend betonvoor funderingen en beton voor werkvloeren wordentoegepast.XC Corrosie ingeleid door carbonatatieCarbonatatie van het beton is het sleutelwoord voorhoofdgroep XC. Zoals bekend is het carbonatatiepro-Uitbreiding milieuklassenBehalve aan mechanische belastingen, wordt eenbetonconstructie tijdens zijn levensduur blootge-steld aan invloeden vanuit de omgeving, binnende betontechnologie bekend als `het milieu'. Dezeomgeving kan een schadelijke (in)werking hebbenop het beton zelf of op de wapening in een beton-constructie. Afhankelijk van de omgeving wordenmilieuklassen gedefinieerd. In Nederland kennenwij sinds 1986 een dergelijke indeling in onzebetonvoorschriften. In tabel 1 is voor de volledig-heid, en het vergelijk, de indeling volgens de VBTweergegeven.Ook binnen Europa heeft het inzicht in de diverseaantastingmechanismen en de gevolgen daarvanvoor de duurzaamheid van de betonconstructiegeleid tot indeling in milieuklassen.De beschrijving van de diverse milieus in NEN-EN206-1 is, evenals in de VBT, gebaseerd op het risicovan aantasting van de wapening, aantasting vanhet beton door vorst- en dooizouten en chemischeaantasting van het beton. De mate van waterver-zadiging én de mogelijke nat/droog wisselingen vaneen bouwdeel spelen vaak een belangrijke rol bijhet betreffende aantastingsmechanisme. Door deverschillende situaties te beschrijven, is een indruk-wekkende tabel ontstaan waarin 18 milieuklassenzijn gedefinieerd. Meer keuze lijkt gemakkelijk,maar in de praktijk blijkt dat op één bouwdeel meer-dere milieuklassen van toepassing kunnen zijn.Het is aan de ontwerper/constructeur om de maat-gevende milieuklasse te benoemen.MilieuklassenDe 18 milieuklassen zijn gegroepeerd in 6 hoofd-groepen:· geen risico op corrosie of aantasting (X0);· corrosie ingeleid door carbonatatie (XC);Tabel 1Indeling milieuklasse volgens NEN 5950 (VBT 1995)Milieuklasse Milieu1 droog2 vochtig3 vochtig in combinatie met dooizouten4 zeewater5 (a,b,c of d) agressief (zwak, matig, sterk of zeer sterk)13|03 Betoniek maart 2004 3ces niet schadelijk voor het beton zelf. Carbonatatieverlaagt de pH van het beton. Bij een hoge pH-waarde zijn wapening of andere ingestorte metalenbeschermd tegen corrosie. In gecarbonateerd betonis die bescherming niet meer aanwezig en ontstaatgevaar voor corrosie van de wapening.De mate en de snelheid waarmee het beton carbona-teert, zijn voor een groot deel afhankelijk van devochthuishouding in de betondekking. Hetzelfdegeldt ook voor de situatie waarbij de wapening nietmeer wordt beschermd door het beton en dus kancorroderen. Want ook de mate en de snelheid vancorrosie zijn afhankelijk van de vochthuishoudingin de betondekking. Reden dat hoofdgroep XC invier milieuklassen is onderverdeeld naar de matevan vochtigheid van de omgeving van het betref-fende bouwdeel.In een droge omgeving (bijvoorbeeld binnenwandenin gebouwen) treedt wel carbonatatie op, maar hetgevaar voor corrosie is gering door gebrek aan vocht.Is het beton voortdurend nat, dan zal het nauwelijkscarbonateren en is gevaar voor corrosie niet aan-wezig. Bij matige of hoge luchtvochtigheid en wisse-lend nat en droog kan het beton tot een redelijkediepte carbonateren en is er regelmatig voldoendevocht om corrosie van het betonstaal te veroorzaken.XD Corrosie ingeleid door chloriden, niet afkomstig uitzeewaterDe derde hoofdgroep is XD, een hoofdgroep waarcorrosie van de wapening en andere ingestortemetalen centraal staat. Onderscheid met hoofd-groep XC is dat het corrosieproces nu wordt geïni-tieerd door chloriden die afkomstig kunnen zijnuit bijvoorbeeld dooizouten, industriële processenof zwembadwater.Vergelijkbaar met hoofdgroep XC speelt bij corrosie,waarbij chloriden aanwezig zijn, de vochthuis-houding in de dekking een belangrijke rol.Niet alleen omdat voor het corrosieproces voldoen-de vocht aanwezig moet zijn maar ook omdat dechloriden zich alleen via het poriewater kunnenverplaatsen. Reden dat een milieu met een matige(lucht)vochtigheid (XD1) in deze hoofdgroep `min-der ernstig' wordt ingeschaald dan binnen de hoofd-groep `Carbonatatie'. We hebben daar immersgezien dat matige luchtvochtigheid wordt ingedeeldals XC3.XS Corrosie ingeleid door chloriden afkomstig uitzeewaterHoofdgroep XS geldt voor constructies in of in denabijheid van zeewater. In deze hoofdgroep spelen,evenals in hoofdgroep XD, chloriden een belang-» Bij de schampkant van de oprit moet rekening gehouden worden met XC4, XD3 en XF2rijke rol. Toch wordt het zeewatermilieu benoemdals een aparte hoofdgroep. Niet alleen de concentra-tie aan chloriden, afkomstig uit het zeewater, speelthierbij een rol, maar ook het feit dat er bij construc-ties in zeewater vaak sprake is van sterke stromingen schurend zand. Naast indringing van chloridespeelt erosie van het beton een rol van betekenis.Bovendien bevat zeewater naast chloriden nog ver-schillende andere zouten waaronder zouten vanmagnesium en sulfaat die expansie van het verhardebeton kunnen veroorzaken.NEN-EN 206-1 geeft niet duidelijk aan tot hoe vermilieuklasse XS1 zich uitstrekt. Voor constructiesdirect aan de kust is het duidelijk. Maar bij een straf-fe wind vanuit zee worden chloride-deeltjes in fijnverstoven vorm gemakkelijk een heel eind landin-waarts geblazen. De getijde-, spat-, en stuifzonebevindt zich tussen het laagste laagwater (LLW) en 5meter boven het hoogste hoogwater (HHW). Eenmooi voorbeeld van een betonwerk waarin allemilieuklassen binnen hoofdgroep XS kunnen wor-den gedefinieerd, is de Deltawerken.XF Aantasting door vorst/dooi wisselingen met of zonderdooizoutenHoofdgroep XF beschrijft de verschillende milieuswaarbij sprake is van vorst, al dan niet in combinatiemet dooizouten. Als met water verzadigd betonbevriest, wordt het water in het beton van de omge-ving afgesloten, immers het water bevriest van bui-ten naar binnen. Bij bevriezen zet het water uit,waardoor het nog niet bevroren water in het betononder druk komt te staan. Die druk kan zo hoogoplopen, dat het beton inwendig kapot kan wordengedrukt. De mate van waterverzadiging speelt hier-bij dus een belangrijke rol.Ter bestrijding van de gladheid tijdens een vorst-periode wordt regelmatig gebruik gemaakt vandooizouten. Dat vormt een ernstige complicatie voorbeton. Door de werking van het dooizout vriest debuitenhuid van het beton kapot en schilfert af, inhet Engels bekend als `scaling'.In verband met de mate van waterverzadiging wordtonderscheid gemaakt tussen verticale- (XF1 en XF2)en horizontale (XF3 en XF4) bouwdelen.13|03 Betoniek maart 20044XS1XS2XS3HHWLLW5m¿ Hoofdgroep XS is van toepassing op de OosterscheldekeringXA Chemische aantastingHoofdgroep XA, chemische aantasting, staat voormilieus waarin de betonconstructie wordt blootge-steld aan agressiviteit in de natuurlijke omgeving:bodem of grondwater. Maar beton wordt ook in dezehoofdgroep ingedeeld als agressiviteit door andereomstandigheden wordt veroorzaakt, bijvoorbeelddoor afvalwater in de chemische industrie of bloot-stelling aan mest in de agrarische sector. De hoofd-groep is onderverdeeld in licht, matig of sterk agres-sief, afhankelijk van de pH-waarde en/of de concen-tratie van bepaalde stoffen in het omringendemilieu. Om te kunnen vaststellen in hoeverre eenbepaald milieu agressief is voor beton, kunnen ver-schillende onderzoeken / bepalingen worden uitge-voerd. Deze onderzoeken zijn vastgelegd in diversenormbladen (tabel 2).13|03 Betoniek maart 2004 5´ en ² Betonelementen voor de glastuinbouw en vloeistofdichte betonnen bedrijfsvloer moeten voldoen aan milieuklasse XA2De ontwerper / constructeur zal zich er altijd vanbewust moeten zijn dat, naast de mate van agressi-viteit zoals weergegeven in tabel 2, ook andere stof-fen in meer of mindere mate het beton kunnen aan-tasten. Ook indien er sprake is van hoge stroomsnel-heden van water of grondwater, in combinatie metde vermelde stoffen, is extra aandacht op zijnplaats. Concentratie, verversing en temperatuurzijn bepalend voor de werkelijke aantasting.Zijn de concentraties van agressieve stoffen hogerdan vermeld in milieuklasse XA3 volgens tabel 2,dan is het vrijwel zeker dat beton zal worden aange-tast. Nader onderzoek is dan nodig naar eengeschikte beschermlaag of om een zekere mate vanaantasting te accepteren en een inschatting te kun-nen maken van de snelheid van aantasting.Tabel 2 Overzicht bepalingsmethoden om mate van agressiviteit te kunnen vaststellenMilieuklassen XA1 XA2 XA3Agressiviteit licht matig sterkGrondwater BepalingsmethodeSulfaat (mg SO42- /l) NEN-EN 196-2 200 600 600 3000 3000 6000pH ISO 4316 6,5 5,5 5,5 4,5 4,5 4,0Kalkoplossend CO2 mg/l Ontw. NEN-EN 13577: 1999 15 40 40 100 > 100Ammonium (mg NH4+/l) NEN-ISO 7150-1:2002 15 30 30 60 60 100of ISO 7150-2:1986Magnesium (mg Mg2+/l) NEN-EN-ISO 7980: 2000 300 1000 1000 3000 > 3000BodemSulfaat (mg SO42- /kg) NEN-EN 196-2 2000 3000 3000 12000 12000 24000zuurgraad ml/kg DIN 4030-2 > 200 Baumann Gully in de praktijk niet waargenomen13|03 Betoniek maart 20046Eisen aan de betonsamenstellingOm de duurzaamheid van betonconstructies tekunnen waarborgen, stelde NEN 5950 (VBT) eisenaan de betonsamenstelling, afhankelijk van demilieuklasse. De eisen hadden betrekking op hetminimum cementgehalte, de maximale water-cementfactor en eventueel toe te passen extra lucht.Omdat de juiste geschiktheidsproeven voor hetaantonen van duurzaamheid nog niet beschikbaarzijn, gaat NEN-EN 206-1 ook uit van dit principe.In een informatieve bijlage geeft NEN-EN 206-1 grens-waarden voor het minimum cementgehalte, demaximale water-cementfactor, het luchtgehalteen de sterkteklasse. De lidstaten in Europa zijn vrijom die grenswaarden zelf in te vullen. Bovendien ishet voorschrijven van een minimum sterkteklasse,gekoppeld aan een milieuklasse een optie waarNederland geen gebruik van zal maken. De grens-waarden die Nederland zal gaan hanteren staanvermeld in NEN 8005 (tabel 3). NEN 8005 is eennieuwe norm die, voor de Nederlandse situatie,aanvullend is op NEN-EN 206-1.Tabel 3 Samenstellingseisen afhankelijk van milieuklasse volgens NEN 8005Milieuklasse Maximum wcf/wbf Min. cement / Minimum lucht-gehaltebindmiddelgehalte Dmax in mm % lucht1. Geen risico op corrosie of aantastingX0 0,70 2002. Corrosie veroorzaakt door carbonatatieXC1 0,65 260XC2 0,60 280XC3 0,55 280XC4 0,50 3003. Corrosie veroorzaakt door chloride niet afkomstig uit zeewaterXD1 0,55 300XD2 0,50 300XD3 0,45 3004. Corrosie veroorzaakt door chloride afkomstig uit zeewaterXS1 0,50 300XS2 0,45 300XS3 0,45 3205. Aantasting door vorst / dooi met of zonder dooizoutenXF1 0,55 300XF2 0,55 300 63 3,031,5 3,516 4,08 4,5XF2 0,45 300XF3 0,50 300XF4 0,50 300 63 3,031,5 3,516 4,08 4,5XF4 0,45 3206. Chemische aantastingXA1 0,55 300XA2 0,50 320XA3 0,45 34013|03 Betoniek maart 2004 7NEN 8005 is een Nederlandse norm in aanvulling op NEN-EN 206-1. NEN-EN 206-1 laat op een aantal plaatsen toe datzaken die niet eenduidig in deze norm zijn geregeld, nader worden ingevuld volgens de normen en/of voorschrif-ten die van toepassing zijn in de lidstaat, op de plaats van het gebruik van het beton (`place of use').Naast de normatieve tekst bevat NEN 8005 ook een aanvullende en toelichtende tekst op een aantal paragrafen uitNEN-EN 206-1. NEN 8005 kan alleen in samenhang met NEN-EN 206-1 worden toegepast. Maar ook andersom is NEN-EN 206-1 alleen te gebruiken in samenhang met NEN 8005.Strengere samenstellingseisenHet lijkt alsof de in NEN 8005 genoemde grenswaarden voor minimum-cementgehalte en maximaal toelaatbarewater-cementfactor strenger zijn dan die in NEN 5950. Dit geldt niet voor alle milieuklassen, maar is deels wel hetgeval. Deze verscherping van de grenswaarden wordt veroorzaakt door:Verlaging gehalte effectief waterIn tegenstelling tot NEN 5960 `Bepaling van de water-cementfactor van betonspecie' mag volgens NEN-EN 206-1 hetabsorptiewater van zowel het grof als het fijne toeslagmateriaal voor de berekening van de water-cementfactor ophet totale watergehalte van de betonspecie in mindering worden gebracht. Daarnaast is ook de wijze waarop hetabsorptiewater moet worden bepaald, aangepast aan de betreffende Europese norm.NEN-EN 1097-6 `Beproevingsmethoden voor de bepaling van mechanische en fysische eigenschappen van toeslag-materialen', vervangt NEN 5928 `Bepaling van de waterabsorptie'. Zonder op dit moment uitgebreid op deze nieuwenorm in te gaan, kan worden geconcludeerd dat het effectieve watergehalte van de betonspecie zal dalen doorde aangepaste meetmethode en verrekeningswijze. Dat betekent dat bij een gelijkblijvende waterbehoefte hetcementgehalte steeds verder naar beneden zou kunnen worden bijgesteld.Korrelverdeling van het toeslagmateriaalIn NEN 5950 waren voor de verschillende korrelgroepen grenslijnen voor de korrelverdeling gedefinieerd.Bij de keuze voor een continue korrelverdeling, moesten de zeefkrommen van het toeslagmateriaal zodanig zijnopgebouwd, dat deze tussen de zogenoemde grenslijnen A-B of A-C lagen. Het verschil tussen deze twee korrel-graderingsgebieden kwam onder meer tot uiting in het voorschrijven van een 20 kg/m3 hoger cementgehalte voorde korrelverdeling in het fijnere korrelgraderingsgebied A-C. In dat gebied is meer fijn materiaal aanwezig, waardoormeer cementpasta nodig is om dit te kunnen omhullen.Met NEN-EN 206-1 zijn deze bekende korrelgraderingsgebieden nu komen te vervallen.De combinatie van beide fenomenen: verlaging van het effectief watergehalte en het komen te vervallen van dekorrelgraderingsgebieden, heeft geleid tot een verscherping van de samenstellingseisen.Maatgevende milieuklasseDe uitbreiding van het aantal milieuklassen maakthet mogelijk om nauwkeurig de omstandighedente beschrijven waaronder een bepaald bouwdeeltijdens zijn levensduur geacht wordt duurzaam tefunctioneren. Als we echter naar de lijst van milieu-klassen kijken, kunnen we ons ook voorstellendat op één bouwdeel meerdere milieuklassen vantoepassing zijn.Bijvoorbeeld op een betonnen brugdek in de buurtvan Scheveningen (fig. 7 op de uitslaander) zijn devolgende milieuklassen van toepassing:Aantastings- Corrosie ingeleid door Corrosie ingeleid Corrosie ingeleid Aantasting door vorst/mechanisme carbonatatie door chloriden door chloriden dooi- wisselingen met ofniet afkomstig uit afkomstig uit zonder dooizoutenzeewater zeewaterMilieuklasse XC1 XC2 XC3 XC4 XD1 XD2 XD3 XS1 XS2 XS3 XF1 XF2 XF3 XF4Van toepassingVoor het brugdek zal uiteindelijk één samenstellingmaatgevend zijn. Het mag duidelijk zijn dat in hetkader van de duurzaamheid aan alle milieuklassenmoet worden voldaan.Uit de samenstellingseisen die op het betreffendebrugdek in relatie tot de geselecteerde milieuklassevan toepassing zijn, blijkt dat XF4 de maatgevendemilieuklasse is (zie onderstaande tabel).Bovendien moet de keuze worden gemaakt voorXF4 zonder lucht. De samenstelling van XF4 metlucht voldoet voor wat de water-cementfactor betreftnamelijk niet aan XD3.De ontwerper / constructeur moet zich realiserendat naast de randvoorwaarden voor de betonsamen-stelling ook de dekking op de wapening of hetscheurwijdtecriterium afhankelijk zijn van degekozen milieuklasse.Een voorbeeld (fig. 8 op de uitslaander) geeft datduidelijk weer.Op het parkeerdek van de kelder, dat tevens alsrijdek fungeert, zijn de volgende milieuklassenvan toepassing:· XC4: aan de bovenzijde wordt het betondekblootgesteld aan weer en wind, dus wisselendnat en droog;· XF4: het rijdek is buiten, dus vorst in combinatiemet dooizouten;· XD3: ten gevolge van de chloriden en een wisse-lend nat en droog milieu.Bekijken we nu de onderzijde van het parkeerdek,in feite dus het dak van de kelder, dan zien we dat inde kelder een ander milieu heerst: een binnenmilieumet een matige of hoge luchtvochtigheid, dus XC3.Hierdoor zal de betonsamenstelling voor hetbetondek niet veranderen. Voor de dekking opde wapening maakt het echter wel verschil.De dikte van de dekking op de wapening is geregeldin NEN 6720 (VBC), de norm voor constructieveeisen en rekenmethoden. Ook deze norm zal doormiddel van een nieuw wijzigingsblad (A3) wordenaangepast. Zonder hier diep op dit wijzigingsblad inte gaan, betekent het dat de dekking aan de boven-zijde van het parkeerdek (XF4) minimaal 30 mm enaan de onderzijde (XC3) minimaal 25 mm moetbedragen (fig. 9 op de uitslaander).NEN-EN 206-1 versus het BouwbesluitHet vervaardigen van bouwwerken in Nederlandvalt binnen een wettelijk kader: het Bouwbesluit.Dit wijst een aantal normen aan die betrouwbaar-heidseisen bevatten voor de veiligheid en bruik-baarheid van bouwconstructies.NEN 6720 (VBC 1995) is een norm die in hetBouwbesluit is aangewezen. In diverse paragrafenvan de VBC wordt verwezen naar verschillendeparagrafen van de VBT. Voorbeelden hiervan zijnhet benoemen en beschrijven van milieuklassen inrelatie tot scheurwijdte, eisen aan de water-cement-factor en cementgehalte in relatie tot milieuklasseen eisen aan het toelaatbare chloridegehalte inbeton.Wanneer NEN-EN 206-1 in samenhang met NEN 8005de VBT vervangt, moet ook in de verwijzingsstruc-tuur vanuit de VBC het nodige zijn aangepast. In hetnog te publiceren wijzigingsblad A3 van NEN 6720wordt aangegeven waar de verwijzingen naar de VBTworden vervangen door verwijzingen naar NEN-EN206-1.13|03 Betoniek maart 20048Milieuklasse Maximaal toelaatbare Minimaal vereiste Minimum luchtgehaltewater-cementfactor/ cement-/ bindmiddel- afhankelijk van grootstewater-bindmiddelfactor gehalte in kg/m3 korrelafmetingDmax in mm %luchtXC4 0,50 300 XD3 0,45 300 XS1 0,50 300 XF4 0,50 300 31,5 3,50,45 320 Via de Regeling Bouwbesluit zal worden bekend-gemaakt wanneer het wijzigingsblad A3 van NEN6720 - en daarmee NEN-EN 206-1 en NEN 8005- inhet kader van de bouwregelgeving van kracht zalzijn. Achter de schermen wordt hard gewerkt omdit medio 2004 te realiseren.SlotDe nieuwe Europese norm voor betontechnologie isvrijwel een feit. Volledige integratie hiervan vraagtaandacht van het onderwijs, ontwerpers en construc-teurs, betontechnologen, toezichthouders, kortomiedereen die betrokken is bij het bouwen in beton.De komende tijd zullen nog wel de nodige bestekkenop de markt verschijnen die zijn gebaseerd op NEN5950. Bovendien zijn nu werken in uitvoering dielanger zullen doorlopen dan het moment waarop deVBT wordt ingetrokken. In dergelijke gevallen zullenalle aan de bouw deelnemende partijen moeten over-leggen op welke wijze zij met de overgang zullenomgaan. Het probleem hierbij zal voornamelijk zit-ten in de administratieve afhandeling. Het beton zelfweet immers niet of het vervaardigd is volgens deVBT of volgens NEN-EN 206-1.Literatuur:NEN-EN 206-1 Beton - Deel 1: Specificatie, eigen-schappen, vervaardiging en conformiteitNEN 8005 Nederlandse aanvulling op NEN EN 206-1Beton - Deel 1: Specificatie, eigenschappen,vervaardiging en conformiteitNEN 5950 Voorschriften Beton -Technologie(VBT 1995)- Eisen, vervaardiging en keuring, metwijzigingsblad A3: 2001NEN 6720 Voorschriften Beton -TGB 1990-Constructieve eisen en rekenmethoden (VBC1995),met wijzigingsblad A3: 2004 (in voorbereiding)13|03 Betoniek maart 2004 9µ Welke milieuklassen zijn van toepassing op deze galerijplaat van een aan de kust gelegen flatgebouw?13|03 Betoniek maart 200410ColofonBetoniek is een praktijkgerichtvoorlichtingsblad op het gebied van debetontechnologie en verschijnt 10 keerper jaar. In de redactie zijn vertegen-woordigd: ENCI, MEBIN, CUR, BAM Civielen de Bouwdienst Rijkswaterstaat.Uitgave: ENCI MediaPostbus 3532,5203 DM `s-HertogenboschRedactie: (073) 640 12 31E-mail: encimedia@enci.nlWebsite: www.enci.nlAbonnementen/adreswijzigingen:Abonnementen en adreswijzigingenvoor Betoniek worden verzorgd door:Betapress Abonnementen ServicesPostbus 97, 5126 ZH Gilzetel: (0161) 45 95 86fax: (0161) 45 29 13email: betoniek@Betapress.Audax.nlAbonnementsprijzen 2004:Nederland 1 19,00België 1 20,00Overige landen 1 27,00Aanmeldingen/opzeggingen:Abonnementen kunnen op ieder gewenstmoment ingaan en lopen per kalenderjaar.Zij worden automatisch voor een jaarverlengd, tenzij vóór 1 december van hetlopende jaar schriftelijk wordt opgezegd.Overname van artikelen en illustratiesis toegestaan, onder voorwaarde vanbronvermelding.ISSN 0166-137xASR in beeldOngeveer 10 jaar geleden is het besef ontstaan dat in ons land betoncon-structies, veelal viaducten, voorkomen die door Alkali-silicareactie (ASR)zijn aangetast. Inmiddels is het aantal door ASR aangetaste constructiesopgelopen tot enkele tientallen. Rijkswaterstaat heeft, naar Amerikaansvoorbeeld, een handboek opgesteld waarmee op een eenvoudige en snel-le wijze het vermoeden van aantasting door ASR kan worden aangetoond.Met dit handboek moet een willekeurige inspecteur aan de hand vangerichte instructies en referentiefoto's kunnen vaststellen of visuele scha-dekenmerken in een betonconstructie mogelijk door ASR worden veroor-zaakt. In de komendeBetoniek aflevering worden de visuele kenmerkenvan ASR behandeld.In onze volgende uitgaveFoto pagina 1: In de agrarische sector moeten we rekening houden met hoofdgroep XA `Chemischeaantasting' (foto Frans Foekema, Drachten)XC1XC2XC3XC4Altijd droog of altijd natNormaal nat en slechts af en toe droogMatige of hoge luchtvochtigheidWisselend nat en droogXD1XD2XD3Matige (lucht) vochtigheidNat, zelden droogWisselend nat en droogBetonoppervakken blootgesteld aan chloriden uitde lucht (geen zeewind).Zwembaden.Beton blootgesteld aan chloridehoudendindustriewater.Brugdelen blootgesteld aan chloridehoudendspatwater. Verhardingen.Parkeerdekken in parkeergarages.MilieuklassenAanduiding Beschrijving van het milieu Voorbeelden van betontoepassingen in debetreffende milieuklasse.1. Geen risico op corrosie of aantasting (X0)2. Corrosie ingeleid door carbonatatie (XC)Voor beton met wapening of andere ingestorte metalen en blootgesteld aan lucht en vocht3. Corrosie ingeleid door chloriden, niet afkomstig uit zeewater (XD)Voor beton, dat wapening of andere ingestorte metalen bevat, in contact met water dat chloriden bevat, inclusief dooizouten, maarniet afkomstig uit zeewaterXS1XS2XS3Blootgesteld aan zouten in de lucht maar niet indirect contact met zeewaterBlijvend onder waterGetijde-, spat- en nevelzoneConstructies bij of aan de kust.Delen van constructies in zee.Delen van constructies in zee.4. Corrosie ingeleid door chloriden afkomstig uit zeewater (XS)Voor beton, dat wapening of andere ingestorte metalen bevat, blootgesteld aan chloriden uit zeewater of aan lucht dat zout bevatafkomstig uit de zeeXF1XF2XF3XF4Beperkt verzadigd met water, geen dooizoutenBeperkt verzadigd met water, met dooizoutenVerzadigd met water, geen dooizoutenVerzadigd met water, met dooizouten of zeewaterVerticale betonoppervlakken blootgesteld aanregen en vorst.Verticale betonoppervlakken van wegconstructies,blootgesteld aan vorst en dooizouten.Horizontale betonoppervlakken blootgesteld aanregen en vorst.Wegen en brugdekken blootgesteld aan dooizoutenHorizontale betonoppervlakken blootgesteld aandirect gesproeide dooizouten en aan vorst.Spatzone van constructies in zee blootgesteld aanvorst.5. Aantasting door vorst/dooi wisselingen met of zonder dooizouten (XF)Voor beton dat nat en blootgesteld is aan flinke vorst/dooiwisselingenXA1XA2XA3Zwak agressief chemisch milieu, volgens tabel 2Matig agressief chemisch milieu, volgens tabel 2Sterk agressief chemisch milieu, volgens tabel 2Funderingsbalken.Bedrijfsvloeren in de zuivelindustrieBeton(elementen) in de glastuinbouw.Calamiteitenbakken in de chemische industrie.Vloeistof dicht beton en funderingspalen.Riolerings-systemen en rioolwaterzuiverings-installaties.6. Chemische aantasting (XA)Voor beton dat blootgesteld is aan chemische aantasting door natuurlijke grond en grondwater, zoals aangegeven in tabel 2X0 Beton zonder wapening of ingestort metaal:alle milieus behalve bij vorst-dooi, afslijting ofchemische aantasting.Beton met wapening of ingestorte metalen: zeerdroog.Onderwaterbeton. Beton voor werkvloeren .Beton voor ongewapende funderingen.Beton binnen gebouwen met een zeer lageluchtvochtigheid.Beton binnen gebouwen met een lage lucht-vochtigheid. Beton blijvend onder waterBeton langduring in contact met water.Veel funderingen.Beton binnen gebouwen met een matige of hogeluchtvochtigheid. Beton buiten beschut tegenregen.Betonoppervlakken blootgesteld aan contact metwater, maar die niet vallen onder milieuklasse XC2.Beton buiten onbeschut.funderingspalenXC2, XA2bovenkant parkeerdek: XC4, XD3, XF4onderkant parkeerdek is plafondvan kelder: XC3kelderwandXC4, XF3binnenwaterborstweringXC4, XF1balkon, galerijXC4, XD3, XF4vloeren, wanden(binnen) XC1gevelXC4, XF1kelderwandXC3, XD1, XF2parkeerdekXC4, XD3, XF4werkvloerX030 mm25 mmkeldervloerXC3, XD2schampkant:XC4, XD3, XF2brugdek:XC4, XD3, XS1 en XF4brugpijler: XC4, XF1poer: XC4, XD3, XF4XC3funderingspalen:XC2, XA2¶ Het brugdek van een betonnen viaduct in de buurt van Scheveningenº Milieuklassen XC4, XD3 en XF4 zijn van toepassing op de bovenzijde van het parkeerdek, aan de onderzijdemoet rekening gehouden worden met milieuklasse XC3¾ Detail van het parkeerdek met consequenties voor de betondekking ten gevolge van de milieuklasse13|03 Betoniek maart 2004 11nieuwsPoster en folder NEN-EN 206-1Uitgegeven door VOBN, 2003VOBN heeft een poster en eenhandzame folder over de nieuweNEN-EN 206-1 gemaakt. Daarinvindt u op overzichtelijke wijzede nieuwe sterkteklassen, milieu-klassen en consistentiegebieden.Tevens bieden ze een overzichtvan het tijdstip van ontkistenvolgens de NEN 6722 (VBU).Beide publicaties zijn gratis tebestellen via de website vanVOBN, www.gietbouw.nl (kiezenvoor Publicaties Bouwthema's).Infoblad Uitgeborsteld beton:stil, veilig en duurzaam!Uitgegeven door CROW, 2003Betonverhardingen zijn nietalleen duurzaam en onderhouds-arm, maar presteren tegenwoor-dig ook beter op het gebied vangeluidsreductie, zeker als hetoppervlak op de juiste wijze wordtuitgeborsteld. De geluidsproduc-tie van gemengd verkeer ligt 1 à 2dB(A) lager dan de landelijk gel-dende referentiewaarde van dichtasfaltbeton. Ook de stroefheid vanuitgeborsteld beton voldoet ruim-schoots aan de norm, ook al heb-ben stroefheid en geluidsreductievaak tegengestelde eisen.Dit infoblad vertelt in kort bestekwat uitgeborsteld beton is, wathet te bieden heeft en wat belang-rijke aandachtspunten zijn bij deuitvoering.Het informatieblad kost ? 5,- enis te bestellen bij CROW,www.crow.nl, tel.: (0318) 695300Nieuw verschenenagenda6 april 2004De Bouwrecyclingdag, DelftMeer inforatie: (0182) 540650of communicatie@cur.nl14 april 2004Stutech ledenvergadering,Rijkstorengebouw Westraven,UtrechtMeer informatie: www.stutech.nl15 april 2004ConstructeursplatformMeer informatie:www.constructeursplatform.nl20 april 2004Studiemiddag NEN-EN 206-1,BunnikMeer informatie:www.betonvereniging.nl22 april 20042e excursie Boortunnel GroeneHart, Infocentrum HSL A4Meer informatie:www.betonvereniging.nl26-28 april 2004Concrete structures:The challenge of creativity, ,georganiseerd door AssociationFrancaise de Génie Civil, AvignonMeer informatie:www.fib-avignon2004.org29 april 2004Studiemiddag NEN-EN 206-1,ZwolleMeer informatie:www.betonvereniging.nl13 03B A N D U I T G AV Emaart 2 0 0 4InternetNormen op het internet(www.nen.nl & www.nieuwebetonnormen.nl)Over normen worden vaak vragen gesteld: Welkenormen zijn op dit moment geldig? Welke normmoet geraadpleegd worden om iets over een bepaaldonderwerp te weten te komen? Waar kunnen nor-men besteld worden? etc.Een eenvoudige wijze om die vragen te beantwoor-den is het bezoeken van de onlangs vernieuwde web-site van NEN, het Nederlandse Normalisatie-instituut(www.nen.nl).De belangrijkste functie van de website is het zoekennaar normen. De snelste wijze om dat te doen is dooreen zoekterm (bijvoorbeeld hulpstoffen of 5950) inde zoekbalk op de homepage in te tikken.Als antwoord presenteert de website een overzichtvan alle gevonden normen, zowel de definitieve, deontwerp en de vervallen normen. Vaak is die lijst lan-ger dan gewenst of bevat normen die niet relevantzijn.Met behulp van de uitgebreide zoekfunctie kan devraag gespecificeerd worden waardoor het aantalgevonden normen snel afneemt:· u kunt specifiek zoeken naar een normnummeren daarbij aangeven dat u alleen de definitievenormen wilt zien;· u kunt een overzicht vragen van alle normen diedoor een bepaalde commissie zijn opgesteld (com-missie beton = 353039, commissie cement =353007);· normen op een bepaald terrein vindt u via eenICS-code (betonconstructies = 91.080.40, beton enbetonproducten = 91.100.30 en cement =91.100.10).Bij elke specificatie kan worden aangegeven vanafwelke datum en of er binnen een bepaald themagezocht moet worden. Ook voor de presentatie vande resultaten zijn er verschillende mogelijkhedendie eventueel ingesteld kunnen worden.Naast het zoeken naar normen biedt de website demogelijkheid om de gevonden normen direct tebestellen. Deze normen worden u binnen enkeledagen met een factuur toegestuurd.Als u alleen geïnteresseerd bent in de nieuwenormen NEN-EN 206-1, NEN 6722 en NEN 6720,dan kunt u de website www.nieuwebetonnormen.nlbezoeken.Deze site is een initiatief van de Betonvereniging insamenwerking met CUR-Beton en NEN en biedtactuele informatie over de genoemde normen.Daarnaast wordt er enige achtergrondinformatieaangeboden en wordt u op de hoogte gebracht opwelke wijze u meer over de normen te weten kuntkomen via studiedagen en cursussen.13|03 Betoniek maart 200412
Reacties